~jtv/corpusfiltergraph/cross-python

« back to all changes in this revision

Viewing changes to trunk/share/CORPORA/sa/EuroParl v5/Legislation/debates/tm/nl/nl/ep-99-03-23.txt

  • Committer: tahoar
  • Date: 2012-05-02 15:46:23 UTC
  • Revision ID: svn-v4:bc069b21-dff4-4e29-a776-06a4e04bad4e::266
new layout. need to update code to use the new layout

Show diffs side-by-side

added added

removed removed

Lines of Context:
 
1
<CHAPTER ID=1>
 
2
Aansprakelijkheid voor producten met gebreken
 
3
<SPEAKER ID=1 NAME="De Voorzitter">
 
4
Aan de orde is de aanbeveling voor de tweede lezing (A4-0068/99), namens de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbescherming, betreffende het gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van richtlijn 374/85/EEG van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der lidstaten inzake de aansprakelijkheid voor producten met gebreken (12872/1/98 - C4-0016/99-97/0244(COD)) (Rapporteur: mevrouw Roth-Behrendt).
 
5
<P>
 
6
<SPEAKER ID=2 NAME="Roth-Behrendt">
 
7
<SPEAKER ID=3 LANGUAGE="FR" NAME="Grossetête">
 
8
Mevrouw de Voorzitter, waarde collega's, ik denk dat we onszelf mogen gelukwensen met het feit dat de Commissie besloten heeft ook landbouwproducten in het toepassingsgebied van richtlijn 85/374/EEG op te nemen. Het Europees Parlement had hiertoe een verzoek ingediend naar aanleiding van de BSE-affaire.
 
9
<P>
 
10
Ik wil echter mevrouw Roth-Behrendt onmiddellijk laten weten dat we ons niet achter haar verslag kunnen scharen. Ze heeft immers van de gelegenheid gebruik gemaakt om de inhoud van de richtlijn te wijzigen.
 
11
Ze verandert niet alleen de definitie van diverse landbouwproducten, maar spreekt ook van psychisch letsel. Verder maakt ze een einde aan het eigen risico en het financieel maximum.
 
12
Tenslotte, en dat is naar mijn mening buitengewoon ernstig, verlengt ze de verjaringstermijn voor de schade die voortvloeit uit verborgen gebreken van 10 naar 20 jaar.
 
13
Een verborgen gebrek dat schade veroorzaakt, wordt over het algemeen pas ontdekt als de schade geleden is.
 
14
<P>
 
15
Ik wil stilstaan bij het vraagstuk van de landbouwers.
 
16
Hun producten vallen immers onder het toepassingsgebied van deze richtlijn. De arme landbouwers zijn bang voor de toekomst en zeer ongerust over de hervorming van het GLB.
 
17
We willen ze nu extra verantwoordelijkheden geven, maar de wijze waarop dit volgens mevrouw Roth-Behrendt moet gebeuren, is niet haalbaar. In de richtlijn wordt uitgegaan van de mogelijkheid van een gedeelde verantwoordelijkheid tussen de personen die bij het productieproces betrokken zijn.
 
18
Als er zich een probleem voordoet - mevrouw Roth-Behrendt neemt hierbij de BSE-affaire als voorbeeld - dan zullen er dus altijd bedrijven verantwoordelijk worden gesteld. Als we de voorstellen van mevrouw Roth-Behrendt accepteren, dan zullen de landbouwers zich genoodzaakt zien zich tegen schadeclaims te verzekeren.
 
19
U kunt zich ongetwijfeld voorstellen dat deze verzekeringen de landbouwers wel eens buitengewoon veel geld zouden kunnen gaan kosten.
 
20
<P>
 
21
U zult zich afvragen of de belangen van de consument wel goed behartigd worden in deze zaak. Ik wil u zeggen dat we het groenboek van de Commissie moeten afwachten.
 
22
De Commissie heeft immers toegezegd voor het jaar 2000 een groenboek op te stellen nadat er naar de producenten, tussenhandelaren, consumenten, landbouwers en verzekeraars geluisterd is. We kunnen een richtlijn niet zomaar ingrijpend veranderen zonder daaraan voorafgaand een degelijk onderzoek te hebben uitgevoerd.
 
23
Natuurlijk, de belangen van de consument moeten behartigd worden, maar zoals ik al heb uitgelegd, geniet de consument reeds bescherming. Iedere producent is immers verantwoordelijk voor de schade die door gebreken in zijn product wordt veroorzaakt.
 
24
<P>
 
25
Mevrouw Roth-Behrendt heeft goede bedoelingen, maar is niet wars van demagogie. Ze wil de consument beschermen, maar baseert zich niet op een degelijk, voorafgaand onderzoek.
 
26
De landbouwers zullen hiervan de dupe worden en rechtbanken zullen worden overbelast. Het spijt me, mevrouw Roth-Behrendt, maar om die reden kunnen we uw verslag niet steunen.
 
27
<P>
 
28
<SPEAKER ID=4 NAME="Eisma">
 
29
Voorzitter, de mogelijkheid tot het aansprakelijk stellen van producenten is uiterst belangrijk voor de consumenten.
 
30
Alleen met behulp van duidelijke rechten en goede informatievoorziening kunnen de consumenten volwaardige marktspelers worden die zelf bepalen welke producten worden aangeboden en welke ze willen kopen.
 
31
Aansprakelijkheid zal ervoor zorgen dat producenten zorgvuldig met de productie om zullen gaan.
 
32
Men zal elk risico voor de gezondheid van de consument ten gevolge van een gebrek aan een product willen uitsluiten.
 
33
Mocht de producent toch niet zorgvuldig genoeg hebben gehandeld dan kan de consument in ieder geval zijn recht halen.
 
34
<P>
 
35
BSE heeft een belangrijke rol gespeeld bij het totstandkomen van dit verslag.
 
36
Het is een katalysator geweest om nu eindelijk ook de agrarische producten onder de aansprakelijkheidsregeling voor de defecte producten te laten vallen.
 
37
Door onzorgvuldig handelen zijn er diverse mensen gestorven aan de ziekte Creutzfeldt-Jakob.
 
38
Met een duidelijke regeling voor aansprakelijkheid was de kans dat het kon gebeuren veel kleiner geweest.
 
39
<P>
 
40
Mevrouw Roth-Behrendt heeft in eerste lezing een duidelijk punt gemaakt.
 
41
Zij wilde alle onveilige producten onder de regeling stellen.
 
42
Ik ben het in principe met haar eens en ik vind ook dat zij het moedig heeft gedaan in eerste lezing.
 
43
Toch heb ik haar in de eerste lezing op dat punt niet gesteund.
 
44
Ik vind dat over een dergelijk belangrijk en moeilijk onderwerp een diepgaande discussie en een afgewogen besluitvorming nodig is.
 
45
Ik vond niet dat wij dat als een zijlijntje in een ander verslag moesten besluiten.
 
46
<P>
 
47
De amendementen die mevrouw Roth-Behrendt nu in tweede lezing heeft ingediend, ondersteun ik en mijn hele fractie van harte.
 
48
<P>
 
49
<SPEAKER ID=5 NAME="Blokland">
 
50
Mevrouw de Voorzitter, ik vind het onbegrijpelijk dat het gemeenschappelijk standpunt op geen enkele wijze rekening houdt met datgene wat er in eerste lezing door het Europees Parlement is voorgesteld.
 
51
Het excuus van de Commissie dat de betreffende richtlijn in het kader van Agenda 2000 aan een uitgebreid heronderzoek moet worden onderworpen, acht ik niet op zijn plaats.
 
52
Ook de Raad heeft hierin het Europees Parlement niet serieus genomen door volkomen voorbij te gaan aan de voorgestelde amendementen.
 
53
<P>
 
54
Het is volkomen terecht dat de rapporteur de betreffende amendementen opnieuw heeft ingediend.
 
55
Het acute karakter van de BSE-crisis heeft aangetoond dat uitbreiding van de aansprakelijkheid voor producten met gebreken zo snel mogelijk moet plaats vinden.
 
56
Daarnaast moeten andere, op dit moment bestaande lacunes ook worden meegenomen in de wijziging. Dat voorkomt dubbel werk.
 
57
De doelstelling van het Parlement gaat daarmee inderdaad verder dan die van de Commissie.
 
58
Dat is mijns inziens op zichzelf geen reden om deze amendementen te verwerpen, zeker gezien het feit dat de Voorzitter van het Parlement de betreffende amendementen ontvankelijk heeft verklaard.
 
59
<P>
 
60
Met name de verhoging van het plafond van 70 naar 140 miljoen euro vind ik belangrijk.
 
61
Het mag niet zo zijn dat de consument na aankoop van een gebrekkig product geen schadevergoeding kan ontvangen, omdat hij niet de eerste, maar de zoveelste is die zijn claim indient.
 
62
Ook vind ik het niet meer dan billijk, dat wanneer de schade door een gebrekkig product pas na tien jaar optreedt, de verjaringstermijn opgerekt wordt tot twintig jaar.
 
63
<P>
 
64
<SPEAKER ID=6 LANGUAGE="DE" NAME="Raschhofer">
 
65
Mevrouw de Voorzitter, sinds 1985 beschikken wij over een richtlijn die de schadevergoeding voor slachtoffers van producten met gebreken regelt.
 
66
Het voorstel van de Commissie dat wij hier voor ons hebben liggen, is erop gericht de consument beter te beschermen tegen mogelijke risico's verbonden aan het gebruik van levensmiddelen en agrarische basisproducten.
 
67
De bedoeling is nu dat het toepassingsgebied van de richtlijn in deze bijzonder gevoelige sector wordt uitgebreid tot de landbouwgrondstoffen, die tot dusver buiten beschouwing werden gelaten.
 
68
De amendementen 1 en 2 verdienen onze onvoorwaardelijke steun. Daarin wordt immers gegarandeerd dat wie genetisch gemodificeerd zaaigoed op de markt brengt voor de gevolgen hiervan aansprakelijk kan worden gesteld.
 
69
Wij kunnen niet aanvaarden dat de landbouwers ter verantwoording worden geroepen voor schadegevallen die onder de verantwoordelijkheid van de grootbedrijven vallen.
 
70
<P>
 
71
Jammer genoeg wordt het Commissievoorstel tezelfdertijd als voorwendsel gebruikt om amendementen in te dienen die inbreuk maken op het nationale privaatrecht en gespeend zijn van een objectieve basis.
 
72
Daarom kunnen wij onmogelijk onze goedkeuring hechten aan de uitbreiding van de richtlijn tot landbouwproducten.
 
73
<P>
 
74
<SPEAKER ID=7 LANGUAGE="DE" NAME="Graenitz">
 
75
Mevrouw de Voorzitter, allereerst wil ik de rapporteur danken voor haar voorstellen alsmede voor het feit dat zij de kans heeft aangegrepen Parlementsvoorstellen in te dienen die veel verder reiken dan het initiatief van de Commissie.
 
76
Ik ben van oordeel dat de Commissie de koe bij de hoorns had moeten vatten op het ogenblik waarop het verzoek tot wijziging van de wetgeving werd ingediend, in plaats van jarenlang te discussiëren over iets wat reeds lang werkelijkheid had moeten zijn.
 
77
<P>
 
78
Er wordt beweerd dat wij het komende jaar over een groenboek zullen beschikken. Zelfs indien dit er komt, kan ik maar moeilijk geloven dat wij de dienovereenkomstige wetgeving rond zullen krijgen voor 2002.
 
79
Ik herinner u eraan dat het Groenboek over de toekomst van de voedingsmiddelenwetgeving dat wij het afgelopen jaar hebben aangenomen en in het kader waarvan eenieder volmondig heeft ingestemd met de voorstellen van het Parlement tot dusver geen enkel resultaat heeft opgeleverd.
 
80
Ik bedoel hiermee dat wij momenteel over geen enkele wet beschikken die datgene wat wij toentertijd besloten hebben ook daadwerkelijk verwezenlijkt.
 
81
<P>
 
82
Mijns inziens is het volkomen misplaatst dat wij ten aanzien van een probleem dat voor de burgers van de Unie van fundamenteel belang is rustig de tijd nemen en de dingen op hun beloop laten.
 
83
Eerlijk gezegd sta ik versteld van het gemak waarmee onze collega's van de andere zijde van dit Huis een aanzienlijk deel van datgene wat wij anderhalf jaar geleden bij de besluitvorming inzake BSE eensgezind, eendrachtig en eenstemmig hebben besloten, zomaar vergeten. Ik geloof namelijk dat wij de Europese consumenten verschuldigd zijn ons aan onze besluiten te houden.
 
84
<P>
 
85
Ik zou nog een ander punt willen onderstrepen.
 
86
Als wij de aansprakelijkheid voor landbouwgrondstoffen in de richtlijn opnemen, moeten wij ons ervan vergewissen dat de ketting volledig gesloten is.
 
87
In dit opzicht heb ik in eerste lezing een amendement ingediend dat is aangenomen.
 
88
Ik vind niet dat de aansprakelijkheid uitsluitend op de schouders van de landbouwers mag terechtkomen. Zij moeten kunnen terugvallen op de producenten van de uitgangsstoffen.
 
89
Dat is een absoluut noodzakelijke voorwaarde!
 
90
Misschien moeten wij hier niet zozeer een ketting als wel een ring sluiten, zodat elke producent aansprakelijk wordt gesteld voor de producten die hij op de markt brengt. In verband hiermee dient een gepaste aansprakelijkheidstermijn te worden gegarandeerd voor producten waarvan bekend is dat de ziekten die zij kunnen veroorzaken niet na een jaar en ook niet na tien jaar aan de oppervlakte komen.
 
91
<P>
 
92
Ik zou mijn collega's dan ook willen verzoeken nog eens diep na te denken. Later zullen wij blij zijn dat wij deze kans hebben aangegrepen.
 
93
Voor die ene keer dat de Europese wetgeving blijk geeft van assertiviteit mogen wij de hele zaak niet op de lange baan schuiven met het risico dat ons verweten wordt dat wij de consument in de kou laten staan!
 
94
<P>
 
95
<SPEAKER ID=8 LANGUAGE="EN" NAME="Whitehead">
 
96
Mevrouw de Voorzitter, ik sta volledig achter hetgeen mijn collega mevrouw Graenitz zowel over de rapporteur heeft gezegd, als over die onderdelen van de amendementen die mij buitengewoon belangrijk lijken.
 
97
Ik heb het hier in het bijzonder over de amendementen 5 en 6.
 
98
Net zoals ik heeft mevrouw Roth-Behrendt naar veel bewijsmateriaal over BSE moeten luisteren, alsmede over de buitengewoon vreemde aard van deze ziekte en over de manier waarop die uiteindelijk op de mens is overgebracht.
 
99
<P>
 
100
Nu wij het hebben over de aansprakelijkheidsvoorwaarden en de schadevergoeding die wellicht nodig zal zijn, kan men niet meer volstaan met de bewering dat de verborgen gebreken in bepaalde producten, in het bijzonder levensmiddelen en medicijnen, zich noodzakelijkerwijs binnen tien jaar zullen voordoen.
 
101
<P>
 
102
Vlak voordat ik hier kwam had ik een bijeenkomst met familieleden van mensen die kinderen hebben verloren door de nieuwe CJZ variant, dat wil zeggen de menselijke vorm van BSE.
 
103
Het is niet zo dat die kinderen allemaal direct door bepaalde voedingsmiddelen besmet waren.
 
104
Er zijn gevallen van besmetting door groeihormonen.
 
105
Men denkt dan onmiddellijk terug aan softenon en neemt aan dat het gevaar dat een bepaald product met zich meebrengt zich snel manifesteert in aangeboren gebreken of iets van dien aard.
 
106
Wij begrijpen inmiddels heel goed dat dit niet het geval is en dat gebreken die door bepaalde producten veroorzaakt worden zich heel vaak later in het leven van iemand kunnen voordoen.
 
107
Als wij de gelegenheid niet aangrijpen om door middel van deze amendementen op de langere termijn iets via de normale wegen te ondernemen, lopen wij het risico dat fabrikanten zich aan hun aansprakelijkheid kunnen onttrekken zonder dat er dure processen aan te pas komen, die juist de wet kunnen veranderen.
 
108
<P>
 
109
Het is ook toe te juichen dat de amendementen van mevrouw Roth-Behrendt de mogelijkheid verschaffen om de situatie na 2000 opnieuw te bekijken.
 
110
Ik wil de rapporteur nogmaals met haar verslag feliciteren en haar mijn excuses aanbieden voor het feit dat ik niet in de gelegenheid ben geweest om naar haar toespraak te luisteren.
 
111
<P>
 
112
<SPEAKER ID=9 LANGUAGE="ES" NAME="Bru Purón">
 
113
<SPEAKER ID=10 LANGUAGE="DE" NAME="Flemming">
 
114
Mevrouw de Voorzitter, waarde collega's, het verslag dat wij hier vandaag bespreken, is vanuit economisch oogpunt bijzonder belangrijk.
 
115
Er zijn hier ernstige bezwaren gerezen, onder meer met betrekking tot amendement 4, het wegvallen van het eigen risico, en amendement 5, de verlenging van de verjaringstermijn tot 20 jaar.
 
116
Ik stel mij dan ook de vraag of wij niet nog eens diep over deze aspecten moeten nadenken.
 
117
<P>
 
118
In het geval van de amendementen 1 en 2 liggen de zaken totaal anders.
 
119
Hier gaat het om de definitie van de grondstoffen van land- en bosbouwproducten.
 
120
Ik weet dat men zich in de werkgroep van de Raad heeft gebogen over de vraag of het al dan niet wenselijk is een definitie op te nemen, al is het dan in de overwegingen.
 
121
De conclusie luidde dat iemand die genetisch gemodificeerd zaaigoed verhandelt hoe dan ook als grondstofproducent wordt beschouwd en dat een nadere verklaring derhalve volstrekt overbodig is.
 
122
Ik ben nochtans van mening dat deze redenering absoluut niet opgaat.
 
123
Integendeel, ik acht het hoogst noodzakelijk dat wij deze twee amendementen steunen.
 
124
Op die manier zou aan de landbouwers die genetisch gemodificeerd materiaal gebruiken de mogelijkheid worden geboden schadevergoeding te eisen van de producent van het genetisch gemanipuleerde zaaigoed.
 
125
<P>
 
126
Het voorstel dat wij voor ons hebben liggen, sluit deze mogelijkheid uit.
 
127
Zoals de zaken er nu voor staan, kunnen de landbouwers, met inbegrip van de kleine boeren, aansprakelijk worden gesteld voor de gebreken van genetisch gemodificeerd materiaal, terwijl grote ondernemingen zoals Monsanto en Novartis, die de genetische wijzigingen hebben uitgevoerd, hun handen in onschuld wassen. Dat is toch volkomen absurd en onvoorstelbaar!
 
128
Dat kunnen wij toch niet aanvaarden!
 
129
Ik zou u dan ook met aandrang willen verzoeken de twee voornoemde amendementen te steunen.
 
130
<P>
 
131
<SPEAKER ID=11 NAME="Roth-Behrendt">
 
132
Mevrouw de Voorzitter, waarde collega's, ik ben intussen al wel zo vertrouwd met het reilen en zeilen van dit Parlement dat ik mij geen illusies meer maak. Het is nu eenmaal een feit dat het nagenoeg onmogelijk is naar aanleiding van de hier gevoerde discussies reeds ingenomen standpunten te wijzigen.
 
133
Desondanks wil ik nog een laatste poging ondernemen. Ik richt mij daarvoor niet tot u, mijnheer Monti, aangezien u onze partner niet meer bent.
 
134
In de medebeslissingsprocedure moeten wij immers met de Raad overleggen. Ik richt mij tot de andere zijde van dit Huis, en meer bepaald tot mevrouw Grossetête, met wie wij de onderhavige kwestie zowel in de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbescherming als ook in de plenaire vergadering hebben besproken.
 
135
<P>
 
136
U heeft mij verweten dat ik te veel aan de inhoud van de richtlijn heb getornd.
 
137
U heeft de definitie ter sprake gebracht.
 
138
Welnu, het is juist daar dat ik de landbouwers een hand boven het hoofd wil houden. Uw collega's hebben het u klaar en duidelijk uitgelegd.
 
139
Mevrouw Flemming heeft er zonet nog op gewezen.
 
140
Het betreft amendementen die ik zowel van uw als van mijn fractie heb overgenomen. Ik ga ervan uit dat u de amendementen 1 en 2 wel moet steunen indien u bereid bent de landbouwers te beschermen.
 
141
Ik zou u tevens willen vragen de amendementen 5 en 6 betreffende de termijnverlenging voor verborgen gebreken en de plafondverhoging nog eens grondig na te lezen.
 
142
In verband met de optrekking van de verjaringstermijn voor verborgen gebreken wil ik u eraan herinneren dat in de afgelopen weken weer maar liefst tien mensen zijn overleden aan de nieuwe Creutzfeldt-Jakob-variant. Tien mensen!
 
143
Deze slachtoffers hebben de desbetreffende ziekte ergens in het verleden opgelopen. Het is onduidelijk of dit vijftien, acht of twintig jaar geleden is gebeurd.
 
144
De enige zekerheid die we hebben is dat hier een verborgen gebrek in het spel is en dat de slachtoffers zelf dienen te bewijzen dat dit gebrek hun schade heeft berokkend.
 
145
Met andere woorden, als benadeelde is het mijn plicht bewijzen te leveren!
 
146
U kunt zich ongetwijfeld wel voorstellen hoe vaak ik hierin zou slagen, maar desondanks willen wij deze mogelijkheid openlaten.
 
147
Ik ben ervan overtuigd dat wij de mensen deze kans daadwerkelijk moeten geven.
 
148
<P>
 
149
Sommigen onder u hebben benadrukt dat de aan de lidstaten toegestane plafondverhoging van 70 naar 140 miljoen euro een beslissing is die wij aan de lidstaten overlaten. Zij hebben daar overigens aan toegevoegd dat het totaalbedrag niet buitensporig kan worden genoemd.
 
150
Mevrouw Grossetête, u heeft iets gezegd wat mij weliswaar enigszins bedroeft, maar tegelijkertijd ook aanspreekt.
 
151
U heeft gezegd dat de landbouwers de toekomst somber inzien.
 
152
Maar het ligt juist in onze bedoeling de landbouwers te beschermen!
 
153
Denkt u nou eens over het volgende na: een landbouwer koopt te goeder trouw veevoeder voor zijn dieren in de overtuiging dat het door hem aangekochte product geen dierlijke eiwitten bevat. Hij kan dit echter niet controleren aangezien het momenteel nog steeds niet verplicht is deze gegevens op het etiket aan te brengen.
 
154
Later blijkt dat het product toch dierlijke eiwitten bevat. De dieren lijden aan BSE en er treedt schade op.
 
155
Het is dan natuurlijk niet de landbouwer maar de leverancier van het veevoeder die daarvoor de verantwoordelijkheid draagt!
 
156
Ik kan u verzekeren dat deze amendementen betreffende de verborgen gebreken juist bijdragen aan de bescherming van de landbouwers.
 
157
<P>
 
158
Ik zou u derhalve een laatste maal willen verzoeken de amendementen 5 en 6 nog eens grondig door te nemen en de mogelijkheid te overwegen deze amendementen in samenhang met de amendementen 1 en 2 te steunen. Op deze manier kunnen wij misschien tezamen een betere oplossing bedenken in het kader van de medebeslissingsprocedure!
 
159
<P>
 
160
<SPEAKER ID=12 NAME="Monti">
 
161
. (IT) Mevrouw de Voorzitter, geachte rapporteur, geachte afgevaardigden, naar aanleiding van de aanbevelingen van het Europees Parlement inzake de BSE-kwestie - met name de aanbevelingen om de in richtlijn 85/374/EEG voorziene regeling van aansprakelijkheid zonder schuld voor eind september 1997 uit te breiden tot landbouwgrondstoffen en producten van de jacht - heeft de Commissie op 1 oktober 1997 haar voorstel ingediend.
 
162
De richtlijn uit 1985 geeft iedereen die schade heeft geleden ten gevolge van een product met gebreken, recht op een vergoeding, zonder dat de schuld van de producent moet worden aangetoond.
 
163
Door dit recht uit te breiden tot de landbouwsector, herziet de Commissie haar oorspronkelijke voorstel uit 1976.
 
164
<P>
 
165
Tijdens de eerste lezing, in november 1998, heeft de meerderheid van het Parlement dit principe positief onthaald.
 
166
Ook de Raad heeft deze doelstelling onderschreven en het voorstel van de Commissie unaniem goedgekeurd.
 
167
Het risico is echter aanwezig dat de doelstelling die de drie instellingen nastreven, namelijk de uitbreiding van de regeling tot de landbouwsector, niet wordt gehaald, als er onenigheid rijst tussen het Parlement en de Raad over de termijn waarbinnen de basisrichtlijn uit 1985 ingrijpend moet worden herzien. Deze herziening moet verder gaan dan de bovengenoemde beperkte doelstelling.
 
168
Door de in eerste lezing goedgekeurde amendementen opnieuw in te dienen, raadt de bevoegde commissie het Parlement aan het gemeenschappelijk standpunt te amenderen.
 
169
Ik heb reeds opgemerkt dat de Raad verklaard heeft unaniem akkoord te gaan met de tekst van het voorstel van de Commissie, waarbij de mogelijkheid werd uitgesloten dat de richtlijn uit 1985 bij deze gelegenheid herzien zou worden.
 
170
<P>
 
171
De Commissie is van mening dat we hier te maken hebben met een zeer belangrijk en dringend onderwerp.
 
172
Het is van essentieel belang dat er op basis van het gemeenschappelijk standpunt een akkoord wordt bereikt, zodat de regels die gelden voor wettelijke aansprakelijkheid zo snel mogelijk tot de landbouwsector worden uitgebreid.
 
173
De Commissie kan de amendementen 3 tot en met 7, die betrekking hebben op psychisch letsel, het drempelbedrag, de verjaringstermijn, het maximumbedrag en de wijziging van de richtlijn in het jaar 2000, dan ook niet overnemen.
 
174
De andere drie amendementen, die uitsluitend betrekking hebben op landbouwgrondstoffen, te weten de amendementen 1 en 2 over de aansprakelijkheid voor tussenproducten en productiemiddelen en amendement 8 over de verplichting om in het jaar 2000 een verslag in te dienen over de gevolgen, blijken overbodig te zijn, als men rekening houdt met de interpretatie die er gewoonlijk wordt gegeven aan de artikels 2, 3 en 21 van de richtlijn uit 1985.
 
175
<P>
 
176
Zoals de Commissie reeds afgelopen november heeft verklaard, kan de herziening van de richtlijn uit 1985 het beste gelijktijdig gebeuren met de discussie over het verslag over de toepassing van de richtlijn, dat de Commissie bij het Parlement en bij de Raad in het jaar 2000 moet indienen.
 
177
Aan dat verslag gaat een breed overleg vooraf dat voor alle belanghebbenden open staat, in de vorm van een groenboek dat onmiddellijk na de aanname van dit voorstel wordt uitgebracht.
 
178
Dat is de snelste weg om tot een wijzigingsvoorstel te komen dat terdege rekening houdt met het belang van bovengenoemde richtlijn in het sociaal-economisch kader en dat alle elementen die van belang zijn voor de herziening van de richtlijn uit 1985, in beschouwing neemt.
 
179
Ik hoop dan ook dat het Europees Parlement deze benadering steunt en het gemeenschappelijk standpunt van de Raad niet wijzigt, zodat er niet alleen een gevolg kan worden gegeven aan de aanbeveling van het Parlement van 19 februari 1997, maar zodat het overleg dat aan het verslag van het jaar 2000 voorafgaat, ook eerder kan beginnen.
 
180
<P>
 
181
<SPEAKER ID=13 NAME="De Voorzitter">
 
182
Hartelijk dank, mijnheer Monti.
 
183
<P>
 
184
Het debat is gesloten.
 
185
<P>
 
186
De stemming vindt vanmiddag om 15.00 uur plaats.
 
187
<P>
 
188
<CHAPTER ID=2>
 
189
Mondiaal bestuur en hervorming van de Verenigde Naties
 
190
<SPEAKER ID=14 NAME="De Voorzitter">
 
191
Aan de orde is het verslag (A4-0077/99) van de heer De Melo, namens de Commissie buitenlandse zaken, veiligheids- en defensiebeleid, over de uitdagingen van mondiaal bestuur en de hervorming van de VN.
 
192
<P>
 
193
<SPEAKER ID=15 NAME="De Melo">
 
194
Mevrouw de Voorzitter, geachte collega's, wij stellen tijdens de laatste jaren van deze eeuw een versterkte tendens tot mondialisering van het beleid vast, zowel op het gebied van veiligheid als op het gebied van economische en sociale zaken en milieubescherming.
 
195
De wereldwijde aanpak van al deze kwesties vereist een internationale organisatie die in staat is universele gedragsregels op te stellen die, nadat ze aanvaard zijn, ook in acht genomen en nageleefd worden.
 
196
Deze organisatie bestaat al en zij heeft een uit alle oogpunten verdienstelijke rol gespeeld en belangrijke acties ondernomen; haar actieterrein is wel beperkt, maar zij bestaat al historisch lang.
 
197
De kleine tekortkoming van deze organisatie is misschien dat zij al bijna "historisch" is, aangezien zij niet geëvolueerd is en er niets veranderd is op het gebied van haar bevoegdheden en haar vermogen tot actie.
 
198
Ik heb het hier uiteraard over de Verenigde Naties, die de afgelopen vijftig jaar op een heel verdienstelijke wijze een belangrijke rol gespeeld hebben in de oplossing van tal van internationale kwesties en conflicten.
 
199
<P>
 
200
Om deze, mijns inziens onbetwistbare, redenen, ben ik ervan overtuigd dat de Verenigde Naties het meest geschikte kader vormen waarin de inspanningen van de internationale gemeenschap om het hoofd te bieden aan de door de mondialisering gestelde uitdagingen gecentraliseerd kunnen worden.
 
201
Hiertoe dienen de Verenigde Naties wel over de nodige middelen te beschikken, zodat zij de politieke aangelegenheden op wereldvlak doeltreffend kunnen aanpakken, en moeten om te beginnen de filosofie en de logica van de internationale betrekkingen gewijzigd worden.
 
202
<P>
 
203
In de eerste plaats moet de organisatie op het gebied van vrede en veiligheid over doeltreffende actiemiddelen beschikken en moet de inzet van deze middelen door een duidelijker recht op en plicht tot inmenging gerechtvaardigd worden.
 
204
De oprichting van het Internationaal Straftribunaal was een grote stap vooruit, aangezien aldus de internationale strafrechterlijke verantwoordelijkheid van het individu wordt vastgelegd.
 
205
De Veiligheidsraad, die nog altijd is samengesteld overeenkomstig de uitkomst van de Tweede Wereldoorlog, moet worden hervormd en moet de huidige geopolitieke evenwichten weerspiegelen.
 
206
Er moet een parlementaire dimensie aan de Verenigde Naties toegevoegd worden zodat de organisatie aan belang kan winnen tegenover de parlementen van de hele wereld.
 
207
<P>
 
208
Ten tweede hebben de mondialisering van de economie en de liberalisering van de handel en de financiële markten ertoe geleid dat de economische besluitvormingscentra van de politieke instanties naar de economische machten verschoven zijn.
 
209
Zodoende worden de belangrijke beslissingen voor de wereldeconomie grotendeels genomen door een beperkt aantal internationale ondernemingen, die buiten het bereik van elke democratische controle vallen, hetgeen vaak nefaste gevolgen heeft op sociaal vlak en voor de bescherming van het milieu.
 
210
De mondialisering van de economie moet dan ook op een meer gecontroleerde wijze verlopen.
 
211
Ik herhaal: de mondialisering van de economie moet op een meer gecontroleerde wijze verlopen.
 
212
De wederzijdse erkenning van culturen en het ethisch en billijk karakter van internationale overeenkomsten zijn onontbeerlijk om het evenwicht tussen politiek en economie te herstellen.
 
213
Met het oog op de inachtneming van deze beginselen is het positief en nuttig dat een "alomvattende" Veiligheidsraad wordt opgericht, die niet alleen de eigenlijke veiligheidsproblemen, maar ook de problemen van economische ontwikkeling, sociale rechtvaardigheid en milieubescherming coördineert en controleert.
 
214
<P>
 
215
Wat ten derde het universele karakter van de rechten van de mens, de plichten, de vrijheden, solidariteit en rechtvaardigheid betreft, moeten de Verenigde Naties en alle leden verplicht worden deze beginselen als onontbeerlijke voorwaarde voor alle overeenkomsten tussen de instellingen en de nationale staten te stellen.
 
216
Wij willen zeer zeker ook onze steun voor de oprichting van een Wereldmilieuagentschap herhalen en aldus ook voor de bevestiging en bevordering van een beleid ter bescherming van het milieu in de internationale betrekkingen.
 
217
<P>
 
218
Om deze redenen, die ik hier nu kort uiteengezet heb, maar uitgebreider behandel in mijn verslag - dat verrijkt is met de door mijn collega's voorgestelde wijzigingen, waarmee ik het in het algemeen eens was - verzoek ik u dit voorstel te steunen.
 
219
<P>
 
220
<SPEAKER ID=16 NAME="Vecchi">
 
221
Mevrouw de Voorzitter, met het debat van vandaag wordt het Europees Parlement gevraagd antwoord te geven op hoofdzakelijk twee vragen. Ten eerste: is het mogelijk in de wereld van globalisering een krachtige vorm van bestuur in te stellen voor de belangrijkste mondiale processen?
 
222
Ten tweede: is de Verenigde Naties het forum bij uitstek om deze bestuurswil en bestuurscapaciteit tot uitdrukking te laten komen?
 
223
Op beide vragen luidt ons antwoord: ja.
 
224
Ja, het is niet alleen noodzakelijk, maar ook mogelijk een democratisch bestuur in te stellen voor de grote problemen en de grote uitdagingen waarvoor de mensheid gesteld staat: van veiligheid tot armoede, tot milieu enzovoort.
 
225
Ja, de VN is de wereldorganisatie die het voornaamste forum moet vormen waarin naar de noodzakelijke antwoorden wordt gezocht.
 
226
Natuurlijk hebben wij geen visie voor ogen waarbij de Verenigde Naties alles beheerst.
 
227
Hun taken moeten duidelijk worden omschreven en er moet een synergie op gang wordt gebracht met de lidstaten, met de regionale organisaties, te beginnen met de Europese Unie, en met andere internationale instellingen.
 
228
Tegelijkertijd dient er een aantal hervormingen te worden doorgevoerd in de organisatie en de werking van de VN.
 
229
Van de hervormingen die wij aangeven, wil ik de nadruk leggen op de hervormingen die betrekking hebben op de samenstelling en de werking van de Veiligheidsraad, de vorming van een economische of een algemene Veiligheidsraad, en de rationalisering van de structuren van de gespecialiseerde organen.
 
230
<P>
 
231
Binnen de VN moet met name aandacht worden besteed aan de vraagstukken die verband houden met human development en met de strijd tegen armoede en tegen marginalisering op wereldschaal.
 
232
Daarom zijn wij ervan overtuigd dat het optreden van organen als de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds moet worden afgestemd op de doelstellingen van de VN. Dat is tot op heden nog niet gebeurd.
 
233
<P>
 
234
In het verslag voor advies dat ik namens de Commissie ontwikkelingssamenwerking heb opgesteld, staan alle detailvoorstellen die wij terzake hebben geformuleerd.
 
235
Veel zal echter afhangen van de vraag hoe samenhangend de landen van de Europese Unie in de komende jaren zullen zijn in hun benadering naar de VN toe; dat is de toetssteen die fundamenteel is voor de opbouw van een effectief Europees buitenlands en veiligheidsbeleid.
 
236
<P>
 
237
Tot slot wil ik de rapporteur, de heer De Melo, complimenteren voor het uitstekende werk dat hij voor het onderhavige verslag verricht heeft.
 
238
<P>
 
239
<SPEAKER ID=17 LANGUAGE="ES" NAME="Barón Crespo">
 
240
Mevrouw de Voorzitter, om te beginnen wil ik de heer De Melo gelukwensen met dit uitstekende verslag dat een fundamentele kwestie aansnijdt: hoe de wereld doeltreffend moet regeren op een moment waarop mondialisering de sleutel is die in alle beschouwingen en discussies wordt gehanteerd om te verklaren wat er thans in de wereld gebeurt.
 
241
De mondialisering mag geen ongecontroleerd proces zijn, zoals de ontwikkeling waarvan we nu met name getuige zijn op financieel gebied; integendeel, als we geconfronteerd worden met een mondiale werkelijkheid die steeds meer gelijke vormen neigt aan te nemen, dan hebben we ook de verplichting de rechts- en veiligheidsregels vast te stellen die hierop zijn afgestemd.
 
242
Daarom is een verslag als het onderhavige bijzonder zinvol. Het gaat immers niet alleen om theoretische beschouwingen.
 
243
<P>
 
244
Voorts zij erop gewezen dat de verantwoordelijkheid van de Europese Unie met betrekking tot de toekomst van de VN niet gering is. Waarom?
 
245
Omdat wij, de 15, op dit moment 38 % van de operationele begroting van de VN voor onze rekening nemen en wij al onze betalingen voldaan hebben.
 
246
Wat is dan ons probleem? Ons probleem is dat we optreden als 15 en niet als één, met als gevolg dat onze inspanningen te weinig effect sorteren.
 
247
Hetzelfde geldt voor de inspanning van al die vredes- en bemiddelingstroepen - in Europees jargon de "Petersberg-taken" genoemd - waarin de inbreng van de landen van de Europese Unie eveneens cruciaal is.
 
248
Verder mogen onze inspanningen ten behoeve van de ontwikkelingshulp niet onvermeld blijven.
 
249
<P>
 
250
 
 
251
Al deze inspanningen leveren echter te weinig op, en dat is des te betreurenswaardiger daar de Europese Unie als regionale organisatie gebaseerd op het streven naar vrede en samenwerking, bij uitstek geschikt is om invloed uit te oefenen op de Verenigde Naties en die organisatie te versterken.
 
252
<P>
 
253
Ik zou uw aandacht willen vestigen op een aantal punten waarop wij, de socialistische fractie, onze amendementen in het bijzonder hebben gericht.
 
254
Gezien die punten moet deze discussie ons inziens op de agenda blijven staan.
 
255
Ik vind namelijk dat wij deze inspanning met het oog op de volgende zittingsperiode moeten voortzetten, vooral nu er sinds het einde van de koude oorlog - een periode waarin de VN vrijwel geen armslag had - van de VN allerlei missies worden verwacht en zij wordt overladen met verzoeken die niet in overeenstemming zijn met de middelen waarover zij de beschikking heeft.
 
256
Dat zou tevens kunnen leiden tot een probleem waarmee we nu al steeds meer worden geconfronteerd.
 
257
<P>
 
258
Ik acht het dan ook van belang dat we tot duidelijke normen komen, niet alleen over de instelling van een Economische Veiligheidsraad maar ook over het Europese standpunt ten aanzien van de samenstelling van de Veiligheidsraad, een kwestie waarover op dit moment zelfs tussen de lidstaten nog geen consensus of basisakkoord bestaat.
 
259
<P>
 
260
Ten tweede moet gewag worden gemaakt van onze inspanning om deel te nemen aan de vredes- en veiligheidsmissies, onze inspanning met betrekking tot het Internationaal Straftribunaal, en met name onze inspanning om een dialoog met de Verenigde Staten aan te gaan.
 
261
Dat laatste is naar mijn mening van vitaal belang om de toekomst van de VN veilig te stellen, want zoals het nu is zitten we feitelijk met een blokkade van de kant van onze voornaamste bondgenoot.
 
262
<P>
 
263
Voorts moet het belang worden onderstreept van de economische structuur die is ontstaan als gevolg van Bretton Woods en die verder tot ontwikkeling moet worden gebracht; dat wil zeggen dat we met vereende krachten de toekomst van het Internationaal Monetair Fonds, de Wereldbank, de Wereldhandelsorganisatie en hun betrekking tot de Internationale Arbeidsorganisatie ter hand moeten nemen.
 
264
Daarbij dienen we ons onder meer te laten leiden door een bepaald, bijzonder relevant begrip met betrekking tot het milieu - een onderwerp dat bepalend is voor de identiteit van de Europese Unie - namelijk "duurzame ontwikkeling'.
 
265
<P>
 
266
<SPEAKER ID=18 LANGUAGE="EN" NAME="Spencer">
 
267
Mijn fractie feliciteert de rapporteur met dit verslag, dat niet alleen uitstekend, maar ook belangrijk is.
 
268
Ik was ongeveer twee weken geleden in New York en had een onderhoud over dit verslag met leden van het VN-secretariaat. Tot mijn spijt kreeg ik daar te horen dat de hervorming van de VN, die zoals werd verwacht in 2000 tijdens de Millennium Assemblée zijn hoogtepunt zou bereiken, is geblokkeerd.
 
269
De Europese Unie moet met zeer grote spoed een rol gaan spelen in het deblokkeren van dit hervormingsproces.
 
270
<P>
 
271
Ten tweede wil ik benadrukken wat al door andere sprekers is gezegd, namelijk dat wij vanuit het grote geheel te werk moeten gaan in het ten uitvoer leggen van de reorganisatie.
 
272
Het zijn niet alleen de instellingen van de Verenigde Naties, maar ook die van Bretton Woods die in deze tijd van financiële verschuivingen en globale milieu-uitdagingen allemaal vanuit een consequent beleid ontwikkeld moeten worden om beter op elkaar te kunnen inwerken.
 
273
Dat werd verleden week overduidelijk tijdens de bijeenkomst van de Wereldhandelsorganisatie in Genève over handel, milieu en ontwikkeling, die op initiatief van Sir Leon Brittan plaatsvond.
 
274
Ook werd zeer duidelijk dat de kansen op een succesrijke millenniumronde van de Wereldhandelsorganisatie af zal hangen van een gelijksoortige hervorming en versterking van andere wereldinstellingen.
 
275
<P>
 
276
Ik zou speciaal de aandacht willen vestigen op één bepaald idee in het verslag dat van grote waarde is wat betreft de wettigheid van deze wereldbestuurlijke instellingen.
 
277
Die wettigheid kan alleen van parlementariërs komen.
 
278
Ik geloof niet dat de tijd rijp is voor een volledig parlementaire assemblée op wereldniveau.
 
279
Zelfs met het functioneren van een parlement in een homogeen continent als het onze kennen wij problemen.
 
280
Maar ik sta achter het idee van een parlementaire toezichtscommissie die samengesteld is uit de voorzitters van de speciale commissies van alle parlementen over de hele wereld.
 
281
Vergaderingen van alle voorzitters van de commissies van buitenlandse zaken, of van alle voorzitters van de handelscommissies van de Wereldhandelsorganisatie, of van alle voorzitters van de milieucommissies die deel uitmaken van de Wereldmilieuorganisatie of de UNEP zouden constructief kunnen zijn.
 
282
<P>
 
283
Tot slot wil ik opmerken dat het eerste decennium van het nieuwe millennium voor ons kritiek wordt wat betreft de overleving van het menselijk geslacht.
 
284
Er kan geen betere manier zijn om het millennium te vieren dan om de mensheid van globale instellingen te voorzien die als erfenis aan de komende generatie nagelaten moeten worden.
 
285
<P>
 
286
<SPEAKER ID=19 NAME="Bertens">
 
287
Mevrouw de Voorzitter, de internationalisering en mondialisering zet door.
 
288
In tegenstelling tot anderen vindt mijn fractie dit geen probleem, maar een goed beheer van de internationale orde vereist wel een daadkrachtige mondiale instelling.
 
289
Met de Verenigde Naties hebben wij een dergelijke mondiale organisatie.
 
290
Maar de VN krijgt echter niet de middelen en de procedures en ook het aanzien, nog steeds niet, die het nodig heeft om effectief te opereren en ik ben blij dat de heer De Melo dit goed heeft neergelegd in zijn verslag waarvoor wij onze dank aan hem overbrengen.
 
291
<P>
 
292
De verloren geloofwaardigheid van de Verenigde Naties inzake vrede en veiligheid moet snel worden hersteld.
 
293
En wat is snel?
 
294
Er moet een einde komen aan verstarrende besluitvormingsmethodes.
 
295
Dat betekent concreet bijvoorbeeld dat een snelle reactie-eenheid nu moet worden opgericht.
 
296
De VN moet nu in staat worden gesteld om snel op te treden bij humanitaire rampen.
 
297
Dat kan toch simpel zijn.
 
298
Om dat mogelijk te maken moet de besluitvorming gewoon worden aangepast.
 
299
Vetorechten passen hier niet.
 
300
<P>
 
301
En tot slot, er moet financiële ruimte komen voor de VN.
 
302
Het is een schande, en dat bent u met mij eens, dat de Verenigde Staten al zolang zijn financiële verplichtingen niet voldoet en internationale druk moet worden opgevoerd om alle landen überhaupt met betalingsachterstand tot de orde te roepen.
 
303
<P>
 
304
<SPEAKER ID=20 LANGUAGE="EL" NAME="Alavanos">
 
305
Mijnheer de Voorzitter, de Verenigde Naties zijn als organisatie een erfenis van de Tweede Wereldoorlog met al zijn vernietigingen.
 
306
Zij hebben in deze tijd van polarisatie en koude oorlog, ondanks al de zwakheden en tekortkomingen waarmee zij waren behept, in de mate van het mogelijke bijgedragen aan meer veiligheid en aan het voorkomen van nog grotere conflicten en geschillen.
 
307
<P>
 
308
Na de negentiger jaren dringt zich echter een fundamentele vraag op: bestaan de Verenigde Naties nog wel?
 
309
Spelen zij nog een rol in de internationale vredesinspanningen en in het internationale veiligheidsproces?
 
310
Deze vraag wordt steeds actueler.
 
311
Het kan best zijn dan over enkele uren een militaire interventie in Kosovo, in de Republiek Joegoslavië, wordt ontketend.
 
312
Waar blijven echter de Verenigde Naties?
 
313
Wanneer hebben zij vergaderd?
 
314
Wat zei Kofi Annan?
 
315
Wij horen almaar Solana, Albright, Holbrooke, maar waar is Kofi Annan?
 
316
Waarom zwijgt hij?
 
317
Kunnen de Verenigde Naties in dit "monopolie" , in dit klimaat van volledige onderwerping van de Europese Unie, nog een rol van enig belang spelen?
 
318
<P>
 
319
Derhalve moet ik duidelijk maken dat het verslag van de heer De Melo weliswaar uitstekende en interessante voorstellen behelst die zeker de moeite waard zijn, maar men met een netwerk van maatregelen weinig kan uitrichten, zolang de grote mogendheden van deze planeet en in eerste instantie de Europese Unie, hun syndroom, hun infantiliteit niet afwerpen, zolang zij geen zelfvertrouwen en een gevoel van autonomie ontwikkelen, zolang zij niet besluiten een echte rol te vervullen en de verstikkende monopolisering van de kant van de Verenigde Staten te doorbreken.
 
320
<P>
 
321
De Verenigde Naties schitteren door afwezigheid in Kosovo. De Verenigde Naties steken de kop in het zand voor de interventie in Joegoslavië.
 
322
Zij doen niets aan de volledige onverschilligheid ten opzichte van de mensenrechten van de Koerden. Zij houden zelf dit onaanvaardbare beleid van twee maten en gewichten in stand en daarom komen zij geen stap verder.
 
323
Daarom kan men voor al deze vraagstukken alleen nog maar hoopvol de blik richten op de Europese Unie.
 
324
<P>
 
325
<SPEAKER ID=21 LANGUAGE="FI" NAME="Hautala">
 
326
Mevrouw de Voorzitter, de heer De Melo heeft een zeer goed verslag opgesteld, waarvoor ook namens de Fractie De Groenen mijn complimenten.
 
327
Momenteel ontstaat er een soort wereldwijde grondwet, maar helaas gebeurt dat op nogal ondemocratische wijze.
 
328
Het is al vaak gebeurd dat de nationale parlementen de overeenkomsten goedkeuren en aangezien er al zeer uitvoerig over onderhandeld is, kan men zich in die fase niet meer met details bezighouden. Op deze manier worden belangrijke vraagstukken eigenlijk vooral tussen regeringen onderling in geheime onderhandelingen opgelost.
 
329
Ik ben van mening dat het Europees Parlement een van de beste forums is waarin men een standpunt durft in te nemen over deze overeenkomsten, onder andere de WHO-overeenkomst.
 
330
Ik heb ook de indruk dat de nationale parlementen niet altijd de rechten durven te gebruiken die ze ten opzichte van hun regeringen hebben als er over overeenkomsten wordt onderhandeld.
 
331
Misschien zou de situatie verbeteren als er in internationale organisaties zoals de WHO een soort parlementaire vergaderingen ontstaat.
 
332
Die zullen als belangrijkste taak hebben te garanderen dat de verkrijgbaarheid van informatie verbetert en de transparantie en openheid in deze organisaties groter wordt.
 
333
Het doel moet een soort mondiaal federalisme zijn waarin een deel van de besluiten zo open en democratisch mogelijk op mondiaal niveau wordt genomen.
 
334
<P>
 
335
<SPEAKER ID=22 LANGUAGE="FR" NAME="Dupuis">
 
336
Mevrouw de Voorzitter, ik wil een aantal kritische kanttekeningen plaatsen bij dit overigens goede verslag van de heer De Melo. Deze kanttekeningen hebben met name betrekking op het vraagstuk van de Veiligheidsraad.
 
337
Net als veel andere collega's, zoals de heer Barón, denk ik dat we een stap terug hebben gezet.
 
338
In het vorige verslag hadden we om een vertegenwoordiging van de Unie binnen de Veiligheidsraad verzocht. Dit punt staat nu niet meer in het verslag genoemd.
 
339
Ik ben van mening dat het vraagstuk van de Veiligheidsraad een centrale plaats moet innemen, maar om tegengestelde redenen dan die mijn goede vriend Alavanos aandraagt.
 
340
Ik denk dat de Veiligheidsraad in zijn huidige constellatie de beperkingen van de Verenigde Naties aantoont.
 
341
<P>
 
342
Met betrekking tot Guatemala hebben we gezien hoe China het vredesproces kon blokkeren door gebruik te maken van zijn vetorecht.
 
343
Eenzelfde situatie deed zich onlangs voor met betrekking tot Macedonië, toen de vredestroepen door toedoen van China een ander mandaat kregen opgedragen.
 
344
Wat Kosovo betreft, laat Rusland zijn stem in de Veiligheidsraad sterk gelden. Het land beschikt immers over een vetorecht.
 
345
Dit alles is niet goed voor het functioneren van de Verenigde Naties en voor een eventuele versterking van deze organisatie.
 
346
<P>
 
347
De facto zijn we nu dan ook steeds meer aangewezen op het Amerikaanse leiderschap om buiten het kader van de Verenigde Naties om, vredesoperaties te ondernemen zoals waarschijnlijk binnenkort in Kosovo. Van een Europees leiderschap is immers nog geen sprake.
 
348
Deze hele situatie is betreurenswaardig en bewijst dat we de regels met betrekking tot het functioneren van de Veiligheidsraad moeten wijzigen.
 
349
Het vetorecht stelt landen in staat de zaken volkomen te blokkeren. Ik betreur het dat de heer De Melo dit punt in zijn verslag niet heeft benadrukt.
 
350
<P>
 
351
<SPEAKER ID=23 NAME="Imbeni">
 
352
Mevrouw de Voorzitter, ik zou de heer De Melo graag willen bedanken voor het uitstekende werk dat hij verricht heeft en dat aansluit bij de inspanningen van onze oud-collega Trivelli, die in 1993 een zeer belangrijke resolutie over de VN heeft opgesteld.
 
353
Ook tijdens het debat in deze Vergadering was de echo te horen van de protestgeluiden die we de afgelopen jaren in de hele wereld gehoord hebben met betrekking tot de tragedies in Afrika, Bosnië en elders.
 
354
We hebben vaak horen spreken over het falen van de VN, de onmacht van de VN, alsof er een VN zou kunnen bestaan, een vergadering van leden zogezegd, die geen rekening houdt met het belang van haar belangrijkste leden en de beslissende rol die zij spelen; en die belangrijkste leden zijn, zoals iedereen weet, de Verenigde Staten en enkele andere landen.
 
355
<P>
 
356
Maar wat is nu het probleem?
 
357
Het probleem is dat we actie moeten ondernemen om tot een hervorming te komen die, zoals het verslag van de heer De Melo terecht vermeldt, gelijke tred houdt met de grote veranderingen van onze tijd.
 
358
Wij kunnen de VN niet meer zien zoals deze in de koude oorlog heeft gefunctioneerd, toen de Sovjet-Unie er nog was en toen de dictaturen in Zuid-Afrika en in Zuid-Amerika er nog waren. We moeten over een nieuwe VN gaan nadenken.
 
359
Die nieuwe VN moet op de belangrijkste terreinen een rol spelen. Die terreinen zijn: conflictpreventie, wat vanuit historisch oogpunt een zogezegd traditioneel gebied is, de mensenrechten, die steeds meer aan belang winnen, het voorkomen van economische en financiële onrust en de coördinatie van de initiatieven die gericht zijn op het bestrijden van nieuwe en oude vormen van criminaliteit.
 
360
<P>
 
361
In dat opzicht is de hier reeds genoemde hervorming van de Veiligheidsraad een uitermate belangrijk onderwerp.
 
362
Wij moeten wat meer durven.
 
363
In de toekomst moet er tussen de belangrijkste leden eentje zitten die nu in vijftien leden is verdeeld, namelijk de Europese Unie.
 
364
Wij moeten proberen ervoor te zorgen dat de hervorming van de Veiligheidsraad, zoals wordt voorgesteld in uw verslag, mijnheer De Melo, zo snel mogelijk haar beslag krijgt.
 
365
<P>
 
366
<SPEAKER ID=24 LANGUAGE="ES" NAME="Carnero González">
 
367
Mijnheer de Voorzitter, wij zitten middenin een overgangsproces dat een nieuwe internationale orde inluidt.
 
368
Dit proces is op gang gekomen na afloop van de koude oorlog, en zoals in de voorafgaande betogen al is opgemerkt heeft die overgangsperiode - die met horten en stoten verloopt - twee duidelijke kenmerken: op politiek gebied de tendens tot een gelijke gerichtheid, en op sociaal-economisch gebied - maar ook op politiek gebied, in de ruime zin des woords - de versnelde globalisering.
 
369
<P>
 
370
Zoals onze collega Vecchi al zei, is het inderdaad de vraag of we in staat zijn om die globalisering, dit proces in goede banen te leiden.
 
371
Ik denk niet alleen dat wij hiertoe in staat zijn maar ook dat we niet anders kunnen.
 
372
Het is zaak dat ontwikkelingen die op internationale schaal plaatsvinden op democratische wijze worden benaderd, dat ze breedschalig worden aangepakt, kortom, dat ze bestuurbaar worden gemaakt.
 
373
En dat niet alleen omwille van de rechtvaardigheid maar vooral vanwege de doelmatigheid.
 
374
Doelmatigheid, om conflicten te voorkomen en crisissen te beheersen; doelmatigheid, om herhaling van financiële crisissen zoals die waarvan we nu getuige zijn, te vermijden; doelmatigheid ook om een einde te maken aan de Noord-Zuidkloof die niet alleen voortduurt maar die zelfs steeds groter wordt, tussen de rijke en de arme landen van onze planeet.
 
375
<P>
 
376
Hoe moeten we dat doen?
 
377
Volgens mij door duidelijke wegen te bewandelen.
 
378
Ten eerste door het internationaal recht te versterken en uit te bouwen, dat in theorie wel bestaat maar dat vaak niet wordt toegepast.
 
379
En om dat toe te passen, moeten we over instrumenten beschikken die daartoe de gelegenheid bieden, om te beginnen de VN.
 
380
Zoals de heer De Melo al zei, hebben de VN ondanks alle kritiek hun nut overduidelijk bewezen, want de inefficiëntie van deze organisatie is niet aan haar bestaan toe te schrijven maar onder meer aan het gebrek aan politieke wil van haar leden, aan de gebrekkige tenuitvoerlegging en naleving van haar handvest, aan het ontbreken van daadwerkelijke beslissingsbevoegdheden, aan het gebrek aan middelen en uiteraard aan het ontbreken van een alomvattend democratisch bestel.
 
381
<P>
 
382
De VN moeten worden hervormd, niet met als doel hen om zeep te helpen maar om hen te versterken en verder tot ontwikkeling te brengen.
 
383
Wat dat betreft heeft de Europese Unie een fundamentele rol te spelen, ten eerste omdat de publieke opinie dat van haar verwacht, en ten tweede, mijnheer de Voorzitter, omdat als de Europese Unie het niet doet, het de vraag is wie het dan wel doet.
 
384
<P>
 
385
<SPEAKER ID=25 LANGUAGE="SV" NAME="Schörling">
 
386
Mijnheer de Voorzitter, dit verslag over de uitdaging van mondiaal bestuur en de hervorming van de VN verdient onze steun. Ik feliciteer de rapporteur oprecht.
 
387
Naar mijn mening moet het de bedoeling zijn een nieuwe koers te vinden en een soort evenwicht te scheppen tussen de machthebbers en de burgermaatschappij.
 
388
Beslissingen op wereldniveau kunnen slechts legitiem zijn als ze representatief zijn.
 
389
Daarom moet de burgermaatschappij ook inspraak hebben en deelnemen aan de besluitvormingsprocedure voor beslissingen die op wereldniveau worden genomen.
 
390
Uit de financiële crisis in de wereld, waarbij de kloof tussen rijk en arm steeds groter wordt, en het groeiende milieuprobleem, moeten wij lessen trekken.
 
391
Het is hoog tijd dat dit gebeurt en dat wij het verband tussen bijvoorbeeld investeringen en ontwikkeling inzien.
 
392
<P>
 
393
Voordat een overeenkomst zoals de MAI-overeenkomst betreffende investeringen tot stand wordt gebracht, moet een vergelijking plaatsvinden met de gemaakte evaluaties en genomen beslissingen op de grote VN-conferenties.
 
394
150 Noordse organisaties hebben een initiatief genomen en gezegd dat het debat over een MAI-overeenkomst binnen de WHO in de VN behandeld zou moeten worden, zodat de vereiste legitimiteit verkregen wordt.
 
395
<P>
 
396
Ik vind het ook goed dat men de VS in het verslag met de vinger wijst, omdat het een schande is dat de VS zijn jaarlijkse bijdrage al lang niet meer heeft betaald.
 
397
<P>
 
398
Vrede en veiligheid zijn natuurlijk de belangrijkste taken van de VN.
 
399
Ik voeg er nog aan toe dat het mijns inziens nog te vroeg is voor een NAVO-bombardement en dat dit eerst in de VN-Veiligheidsraad besproken moet worden.
 
400
<P>
 
401
<SPEAKER ID=26 LANGUAGE="EN" NAME="Howitt">
 
402
Mijnheer de Voorzitter, naar aanleiding van het uitstekende verslag van de heer De Melo wil ik mijn amendementen van de Commissie ontwikkelingssamenwerking aan de Vergadering aanbevelen; ten eerste, amendement 13, ter ondersteuning van het werk van de VN inzake inheemse volkeren; ten tweede, amendement 23, dat het werk van het Hoog Commissariaat voor Vluchtelingen van de Verenigde Naties steunt; en tenslotte amendement 24, waarin wij verzoeken om het VN-Centrum voor transnationale ondernemingen nieuw leven in te blazen.
 
403
Ik wil al mijn spreektijd echter specifiek gebruiken om steun uit te spreken voor het instellen van een raad voor economische veiligheid binnen de Verenigde Naties.
 
404
<P>
 
405
Het hoofd van het Internationaal Monetair Fonds, de heer Camdessus, heeft officieel verklaard dat de Verenigde Naties een van de vier pilaren van het wereldsysteem vormen.
 
406
Vanuit dit gezichtspunt behandelen het Internationaal Monetair Fonds, de Wereldbank en de Wereldhandelsorganisatie de serieuze economische vraagstukken, terwijl de sociale vraagstukken aan de Verenigde Naties overgelaten worden.
 
407
Het is geen wonder dat de Wereldbank en het IMF zich ontwikkeld hebben op een manier die indruist tegen de doelstelling die zij bij hun oprichting hebben meegekregen, namelijk de armoede terugdringen.
 
408
In antwoord op de in de jaren "80 in de derde wereld heersende schuldencrisis hebben deze instellingen structurele aanpassingsprogramma's opgelegd, die in de praktijk tot verhoogde werkloosheid en een verslechtering van de sociale voorzieningen voor de minderbedeelden hebben geleid.
 
409
<P>
 
410
De enige oplossing is om de Bretton Woods-instellingen daadwerkelijk in het VN-systeem op te nemen, met het doel dat die instellingen door alle landen van de wereld ter verantwoording geroepen kunnen worden, ongeacht hun financiële status, en om het principe van het streven naar vermindering van de armoede, waarop het ontwikkelingsprogramma van de Verenigd Naties is gebaseerd, bij alle economische besluitvormingsprocessen in de wereld te laten gelden.
 
411
<P>
 
412
<SPEAKER ID=27 NAME="Ephremidis">
 
413
Mijnheer de Voorzitter, de Verenigde Naties waren, zijn en blijven - volgens mij en volgens de meesten denk ik - het enige mogelijke kader voor vreedzame oplossing van conflicten en behoud van vrede.
 
414
Deze rol hebben de Verenigde Naties sedert de Tweede Wereldoorlog vijftig jaar lang vervuld.
 
415
Het lijdt geen twijfel dat deze organisatie is behept met talrijke tekortkomingen en zwakheden, maar hoe komt dat?
 
416
<P>
 
417
Er zijn mogendheden - met name de Verenigde Staten en andere om de VS roterende instanties, zoals de NAVO - die het prestige van de VN stelselmatig ondermijnen, de VN buiten spel zetten en negeren, die initiatieven nemen die precies het tegendeel zijn van hetgeen de VN had moeten doen.
 
418
Daarom zijn wij nu op de rand van een explosieve situatie terechtgekomen, een situatie waarvan de gevolgen, voor niet alleen Joegoslavië en het Balkangebied, niet te overzien zijn.
 
419
<P>
 
420
In het verslag van de heer De Melo wordt terecht gesteld dat de Verenigde Naties als organisatie iets unieks zijn.
 
421
Ik wil er echter op wijzen dat deze organisatie gepantserd moet worden.
 
422
Wij moeten haar beschermen tegen die ondermijningspogingen, tegen die aantasting van haar prestige. Wij moeten deze organisatie in staat stellen initiatieven te ontplooien, ideeën naar voren te brengen en voorstellen te doen.
 
423
Men moet deze organisatie juist versterken en haar de gelegenheid bieden haar rol ten volle te vervullen. Ook ik zou voor afschaffing van het vetorecht in de Veiligheidsraad zijn, als wij daarmee niet van de regen in de drup zouden komen.
 
424
Zonder vetorecht worden de Verenigde Naties pas echt een aan de Verenigde Staten en een handjevol verdachte belangen onderworpen organisatie. Dan zal de Veiligheidsraad pas goed naar de pijpen van de belangen gaan dansen en de volkeren moeten vergeten.
 
425
<P>
 
426
Dan heb ik nog een laatste opmerking. Ik denk almaar na over de rol die het Internationaal Straftribunaal zou kunnen spelen.
 
427
Ik vrees dat onder het mom van "terrorisme" , van "misdaden tegen de mensheid" dit tribunaal wordt gebruikt als een instrument tot onderdrukking en repressie van zuivere vrijheidsbewegingen.
 
428
Ziet u maar eens hoe men met de Koerdische beweging omgaat en hoe men het voor elkaar heeft gekregen dat een dergelijke beweging uiteindelijk voor internationale rechtsinstanties werd gesleurd!
 
429
<P>
 
430
<SPEAKER ID=28 LANGUAGE="IT" NAME="Amadeo">
 
431
Mijnheer de Voorzitter, bij de bespreking van het verslag-De Melo willen wij graag twee vraagstukken onderscheiden: eerst het vraagstuk dat verband houdt met de hervorming van de Verenigde Naties. Die hervorming is nodig, want de heersende structuren bestaan al geruime tijd en moeten worden aangepast aan de gewijzigde eisen en aan de veranderingen in de geopolitieke situatie op de verschillende continenten.
 
432
Het tweede vraagstuk heeft te maken met het feit dat Europa keer op keer, en ook nu weer, laat zien niet in staat te zijn met één stem te spreken en met de nodige diplomatieke daadkracht op te treden. Op dit punt kunnen de Verenigde Naties een ideaal forum zijn om het gemeenschappelijk buitenlands beleid van de Unie op te bouwen.
 
433
Dankzij dat beleid zouden alle tot op heden bereikte economische verworvenheden kunnen worden versterkt.
 
434
<P>
 
435
Wat nu die noodzakelijke hervormingen betreft lijkt het ons nuttig de nadruk te leggen op een democratische en anti-elitaire hervorming van de Veiligheidsraad, een onderwerp dat overigens al onder punt 59 op de agenda van werkzaamheden van de Algemene Vergadering staat. Dat veel landen deze hervorming trouwens graag verwezenlijkt willen zien, blijkt wel uit het feit dat het aantal leden van de Coffee Group recentelijk is gestegen van 30 naar 49.
 
436
Bovendien heeft men tijdens de in Durban gehouden Top van de 113 niet-gebonden landen met grote meerderheid de verleiding weerstaan om het beroep op artikel 108 van het VN-Handvest in te trekken. Krachtens dat artikel moeten de principes van de hervorming door een twee derde meerderheid van de leden worden aangenomen.
 
437
<P>
 
438
De problematiek van de hervormingen is natuurlijk uitgebreid en ingewikkeld en kan niet in anderhalve minuut worden samengevat.
 
439
Wij hebben nu de eenheidsmunt, de volgende stap kan niets anders zijn dan een gemeenschappelijk buitenlands beleid, en de Verenigde Naties is het forum waar we de grondslagen kunnen leggen om dit belangrijke doel te bereiken.
 
440
<P>
 
441
<SPEAKER ID=29 NAME="Van den Broek">
 
442
Mijnheer de Voorzitter, mag ook ik mijn waardering en dank uitspreken aan het adres van de heer De Melo en aan alle andere leden die hebben bijgedragen aan dit volledige en zozeer ook op de toekomst gerichte verslag.
 
443
Het verschijnt op een moment dat de uitdagingen van globalisering eenieder bezighouden.
 
444
Een moment ook waarop vele de negatieve aspecten zien zonder dat er eensgezindheid bestaat over de oplossingen.
 
445
Wij moeten ervoor zorgen dat de grote potentiële voordelen van de mondialisering kunnen worden gerealiseerd en dat deze ook aan alle landen ten goede komen.
 
446
<P>
 
447
Met u ben ik van mening dat de oplossingen gevonden moeten worden binnen een verbeterd multilateraal kader.
 
448
In deze context is voor de Verenigde Naties, maar ook voor de internationale financiële instellingen en voor de Wereldhandelsorganisatie, een leidende rol weggelegd.
 
449
<P>
 
450
De regeringen van onze lidstaten moeten erop toezien dat de lopende hervormingen ook daadwerkelijk worden voortgezet.
 
451
De vele belangrijke aspecten die u in uw verslag noemt zoals mensenrechten, maar ook economische, sociale en ook de veiligheidsaspecten, dienen te worden geïntegreerd in algemeen beleid.
 
452
De vele internationale organisaties moeten zich inspannen om hun benaderingen en hun maatregelen goed op elkaar af te stemmen.
 
453
Wij menen dat de millenniumtop van de Verenigde Naties die voorzien is in de herfst van het jaar 2000 een uitstekende gelegenheid biedt de uitdagingen van mondiaal bestuur aan te geven en ook de rol van de Verenigde Naties in de 21ste eeuw nader te definiëren.
 
454
<P>
 
455
Wij hopen ook van harte dat de zich uitbreidende Europese Unie in dit hele debat een belangrijke rol zal spelen en ook haar ervaringen zal willen inbrengen, haar ervaringen over problemen en kansen bij het multinationaal integreren van de diverse genoemde beleidsaspecten in het algemeen beleid.
 
456
Maar voor een geloofwaardige positie van de Unie in dit debat is uit de aard der zaak, het is ook door uw Huis meermalen opgemerkt, ook een krachtiger, consistenter, herkenbaarder, gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de Unie nodig.
 
457
Daar moeten institutioneel en instrumenteel nog de nodige stappen voor worden genomen.
 
458
Wij hopen van harte dat die aanstaande zijn.
 
459
<P>
 
460
Staat u mij toe een enkele kanttekening te plaatsen bij de institutionele bepalingen aan het einde van de resolutie die voor ons ligt, hoewel deze voornamelijk, ik erken het, tot de lidstaten is gericht.
 
461
Het EU-memorandum is een integrerend onderdeel van de verklaring die de voorzitter van de Europese Raad jaarlijks aflegt tijdens de algemene vergadering van de Verenigde Naties.
 
462
Het is een zeer brede samenvatting van recent EU-beleid en maatregelen en betreft ook een breed scala aan thematische en geografische kwesties.
 
463
Als zodanig is het een uiterst nuttig referentiedocument.
 
464
Maar als gevolg van de diversiteit van de behandelde kwesties kan het naar mijn mening moeilijk dienen als basis voor een gemeenschappelijke strategie in de zin van artikel 13 van het Verdrag van Amsterdam.
 
465
Dergelijke gemeenschappelijke strategieën kunnen worden ontwikkeld voor exacter gedefinieerde onderwerpen en dienen minder beschrijvend van aard te zijn.
 
466
Dat is overigens gisteren tijdens de Raad Algemene Zaken ook nog eens opgemerkt toen wij ons opnieuw bogen over de in Keulen te aanvaarden gemeenschappelijke strategie voor de EU ten opzichte van haar relaties met Rusland.
 
467
<P>
 
468
Wat betreft de uitnodiging tenslotte gericht aan de Commissie om verslag uit te brengen over het standpunt van de Unie betreffende de specifieke punten in uw resolutie binnen het kader van de komende vergaderingen van de VN en andere relevante fora, zal de Commissie zeker haar gewoonte voort willen zetten om voorafgaand aan belangrijke internationale gebeurtenissen, waarvoor een overeengekomen standpunt van de Unie vereist is, mededelingen aan de Raad en aan het Parlement voor te leggen.
 
469
De Commissie zal dan natuurlijk ook de relevante commissies van het Europees Parlement op de hoogte willen blijven stellen wanneer er zich significante ontwikkelingen in het buitenlands en veiligheidsbeleid van de Europese Unie voordoen.
 
470
<P>
 
471
<SPEAKER ID=30 NAME="De Voorzitter">
 
472
Het debat is gesloten.
 
473
<P>
 
474
De stemming vindt om 15.00 uur plaats.
 
475
<P>
 
476
<CHAPTER ID=3>
 
477
Richtsnoeren ontwerp van algemene begroting voorhet begrotingsjaar 2000
 
478
<SPEAKER ID=31 NAME="De Voorzitter">
 
479
Aan de orde is het gecombineerd debat over de volgende verslagen namens de Begrotingscommissie:
 
480
<P>
 
481
A4-0109/99 van de heer Bourlanges over de richtsnoeren voor de begroting 2000: Afdeling III - Commissie, en-A4-0120/99 van mevrouw Müller, over de richtsnoeren voor de begroting 2000: Afdeling I - Europees Parlement - Bijlage: Ombudsman, Afdeling II - Raad, Afdeling IV - Hof van Justitie, Afdeling V - Rekenkamer, Afdeling VI - Economisch en Sociaal Comité, Comité van de regio's, gemeenschappelijke organisatiestructuur.
 
482
<SPEAKER ID=32 NAME="Bourlanges">
 
483
Mijnheer de Voorzitter, de triloog van Parlement, Commissie en Raad, of althans wat er van over is, is afgerond. Om met kardinaal de Bernis te spreken: ik voel me zo'n beetje de algemeen rapporteur van het voorgeborchte.
 
484
We bevinden ons immers in een situatie van buitengewoon grote onzekerheid.
 
485
<P>
 
486
Enerzijds verkeren we in institutionele onzekerheid, aangezien de zittingsperiode van het Europees Parlement op 13 juni dit jaar afloopt.
 
487
Vanaf juli zal de begrotingsprocedure zich dus, naar men mag aannemen, voltrekken in de context van een flink gewijzigd Parlement. Ook onze gesprekspartners zullen niet in alle gevallen dezelfde zijn.
 
488
De onzekerheid wordt ook veroorzaakt door het vertrek van de Commissie, die haar voorontwerp van begroting nu in een politiek onzekere tijd moet opstellen. Ik wil overigens commissaris Liikanen ervoor bedanken dat hij zijn verplichtingen niet uit de weg gaat.
 
489
Hij is aanwezig en ik hoop dat hij zich over dit onderwerp zal uitspreken.
 
490
Ook al is ze op dit moment demissionair, de Commissie blijft verantwoordelijk voor het opstellen van het voorontwerp van begroting.
 
491
Het zou dus goed zijn als de heer Liikanen hier straks iets over zegt.
 
492
<P>
 
493
Als we kijken naar de institutionele situatie, zien we dat er sprake is van grote onzekerheid.
 
494
We weten niet wat de financiële perspectieven zijn.
 
495
Ook weten we niet of er overeenstemming wordt bereikt over Agenda 2000.
 
496
Worden het Parlement en de Raad het eens over de beheersmethoden?
 
497
Met andere woorden, we weten niet of de volgende begroting een jaarbegroting wordt, gebaseerd op artikel 203, of een begroting die in de toekomstige financiële vooruitzichten wordt opgenomen.
 
498
<P>
 
499
In dit kader is het zeer moeilijk voor het Parlement bevredigende en duidelijke prioriteiten te stellen.
 
500
We hebben de nadruk gelegd op twee sleutelwoorden: een strakke begroting en concentratie van de prioriteiten.
 
501
We willen een strakke begroting en maken dit op meerdere niveaus kenbaar. We willen een geconcentreerde begroting.
 
502
<P>
 
503
In rubriek 3 - waar ons veel aan gelegen is - benadrukken we het belang van gedecentraliseerde voorlichtingsmaatregelen wat betreft de vluchtelingenopvang en de financiering van EURODAC.
 
504
We hopen dat deze rubriek in het kader van het streven naar een groene begroting op een aantal terreinen kan worden uitgebreid.
 
505
We willen verder dat de Commissie zich met behulp van deze begroting voorbereidt op de uitbreiding van de bevoegdheden van de Europese Unie wat betreft de volksgezondheid en de bescherming van de consument.
 
506
We willen tenslotte dat er met betrekking tot het onderzoeksprogramma een evenwicht wordt bewerkstelligd tussen de financiële vereisten voor dit programma, het bedrag dat men bereid is eraan te spenderen en de gewenste financiële marges voor het binnenlands beleid. Deze marges mogen namelijk niet te klein zijn.
 
507
Het kaderprogramma voor onderzoek en ontwikkeling mag niet alle andere uitgaven van rubriek 3 overschaduwen.
 
508
<P>
 
509
Wat rubriek 4 betreft staan we erg positief jegens het verzoek van de bevoegde commissie om de communautaire hulp te concentreren op de allerarmste ontwikkelingslanden.
 
510
Wij denken dat het belangrijk is prioriteiten te stellen.
 
511
Maar nogmaals, dit idee moet verder worden uitgewerkt.
 
512
De kern van onze boodschap heeft betrekking op de bezuinigingen die we willen doorvoeren.
 
513
Wij zijn van mening dat er op het gebied van het beheer nog heel wat inspanningen in deze richting moeten worden verricht.
 
514
<P>
 
515
Dit geldt in eerste instantie voor rubriek 1. Wat het beheer van landbouwsteun betreft, moet er flink bezuinigd worden, maar we moeten ook weten wanneer de grens bereikt is.
 
516
In rubriek 2 moet de verandering in de nomenclatuur van een aantal kredieten ervoor zorgen dat niet de verdeling van de administratieve diensten, maar de doelstellingen van de structuurfondsen als uitgangspunt dienen voor het beheer van de uitgaven.
 
517
We willen dan ook dat de nomenclatuur in dit opzicht wordt aangepast.
 
518
Bovenal echter moeten onze inspanningen zich richten op rubriek 5.
 
519
<P>
 
520
In rubriek 5 is het vraagstuk inzake het beheer aan de orde.
 
521
We willen dat de bureaus voor technische bijstand geleidelijk ontmanteld worden.
 
522
Verder willen we dat de personele behoeften opnieuw onderzocht worden in het licht van de activiteiten die ondernomen moeten worden.
 
523
We willen in ieder geval dat voor 30 juni aanstaande de Commissie ons openheid van zaken geeft en ons duidelijk aangeeft hoeveel personeel ze nodig denkt te hebben om haar taken te kunnen uitvoeren.
 
524
Het wordt tijd dat er meer openheid van zaken gegeven wordt en dat de Commissie haar behoeften duidelijk aangeeft, zodat de begrotingsautoriteit zich hierover kan uitspreken en met kennis van zaken de middelen in overeenstemming kan brengen met de taken die moeten worden uitgevoerd.
 
525
Het is er ons in eerste instantie om te doen deze belangrijke boodschap van bezuiniging en verduidelijking over te brengen.
 
526
<P>
 
527
Applaus
 
528
<P>
 
529
<SPEAKER ID=33 NAME="Müller">
 
530
Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de commissaris, waarde collega's, tijdens de voorbije weken hebben de Europese instellingen misschien wel voor het eerst de aandacht gekregen die zij verdienen, gelet op de politieke betekenis van de besluiten die dezer dagen door de instellingen van de Unie moeten worden getroffen.
 
531
Er staan immers taken op het spel die veel verder reiken dan een simpele aflossing van de wacht.
 
532
De burgers - en ook het personeel van de instellingen - verwachten met recht structurele hervormingen, ook bij de Raad en het Europees Parlement.
 
533
Er wordt van ons verlangd dat wij een moderne administratie in het leven roepen die de openbare instellingen in de gelegenheid moet stellen de efficiëntie van de privé-economie te benaderen.
 
534
<P>
 
535
In het rapport van de vijf wijzen neemt het begrip verantwoordelijkheid een centrale plaats in.
 
536
Ook ik ben van oordeel dat rekenschap afleggen het kernpunt van de hervormingen moet worden.
 
537
In de toekomst zullen de toerekenbaarheid en de aansprakelijkheid nauwkeuriger moeten worden vastgesteld, niet enkel op het niveau van de commissarissen maar ook op dat van de ambtenaren, en niet alleen bij de Commissie maar ook bij het Europees Parlement.
 
538
Daarom heb ik samen met de heer Bourlanges het initiatief genomen om de ervaringen van de individuele lidstaten en regio's op het gebied van de begroting of liever de zogenaamde activity based budgeting te benutten en de Commissie te steunen bij de werkzaamheden die zij in dit opzicht verricht.
 
539
<P>
 
540
Dat is zeker ook in het belang van de medewerkers van ons Huis en van de overige instellingen, want volgens wat wij uit de ervaringen van de verschillende lidstaten en regio's hebben kunnen opmaken, werkt een gedecentraliseerde en transparante verantwoordelijkheid heel motiverend.
 
541
De toenemende belangstelling voor onze instelling als controlerend orgaan is een verantwoordelijkheid die wij moeten waarmaken.
 
542
Wij weten maar al te goed dat het Europees Parlement zelf nog heel wat huiswerk te doen heeft.
 
543
Wanneer bijvoorbeeld wordt voorgesteld om voor het jaar 2000 3, 8 miljoen euro op de begroting van het Europees Parlement uit te trekken voor de inrichting van een supermarkt, moeten wij ook hier onze controlefunctie uitoefenen, zoals ik in samenspraak met de Begrotingscommissie voorstel.
 
544
Activiteiten die niets met de werkzaamheden van de instelling te maken hebben, mogen niet met subsidies uit de begroting van het Parlement worden gesubsidieerd, maar moeten zichzelf kunnen bedruipen.
 
545
<P>
 
546
Met het oog op het begrotingsdebat heb ik de Raad gevraagd een kostenraming op te stellen voor het statuut van de leden van het Europees Parlement dat nog door de Raad moet worden goedgekeurd.
 
547
Al naar gelang van een verplichte of vrijwillige basis wordt uitgegaan, worden de kosten respectievelijk op 60 miljoen euro en 45 miljoen euro geschat.
 
548
Door voor het jaar 2000 al geld op de begroting te zetten tonen wij aan dat het ons ernst is met het statuut. Volgens wat ik gisteren uit het betoog van de heer Verheugen heb kunnen afleiden, zal ook het Duitse Raadsvoorzitterschap alles in het werk stellen om het statuut nog tijdens dit voorzitterschap rond te krijgen.
 
549
<P>
 
550
Met uw welnemen zou ik nog een ander gevoelig punt willen aansnijden, namelijk het vrijwillige pensioen voor leden van dit Huis.
 
551
Het gaat eigenlijk om een soort privé-fonds waarbij de beslissingen op het niveau van het beheer, zoals bijvoorbeeld de vaststelling van de bijdragen en de rechten, onder de bevoegdheid van het Bureau vallen.
 
552
Hierdoor is trouwens in het verleden het beruchte tekort ontstaan.
 
553
Afgezien van mijn alom bekende kritische houding tegenover het fonds als zodanig, zou ik mijn collega's met aandrang willen verzoeken zich achter de door alle fracties gesteunde hervormingsalliantie te scharen en toch tenminste de institutionele scheiding van het Parlement en het vrijwillige pensioenfonds die in amendement 6 wordt bepleit, geen stokken in de wielen te steken.
 
554
Ook voorstanders van het fonds delen deze mening.
 
555
<P>
 
556
Bovendien moeten wij ook de kwestie van de belangen van de afgevaardigden kordaat aanpakken en wel door ons op het Internet te begeven.
 
557
De Commissie heeft collectief de verantwoordelijkheid voor de vastgestelde gebreken op zich genomen omdat het Parlement zijn controletaak naar behoren heeft uitgevoerd.
 
558
Binnen twee maanden zullen de kiezers hun controlefunctie ten overstaan van het Parlement uitoefenen.
 
559
Laten wij derhalve al het mogelijke doen om aan te tonen dat de instellingen voor de begroting 2000 op een moderne, efficiënte en transparante administratie zullen kunnen rekenen!
 
560
<P>
 
561
Applaus
 
562
<P>
 
563
<SPEAKER ID=34 NAME="Ferber">
 
564
Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de commissaris, waarde collega's, onze algemeen rapporteur voor de begroting 2000, mijn vriend Jean Louis Bourlanges, is in zijn voortreffelijke uiteenzetting ingegaan op de institutionele problemen, met name op de moeilijkheden die mij als rapporteur van de Commissie onderzoek, technologische ontwikkeling en energie bijzonder interesseren.
 
565
Om kort te gaan, wij wensen dat de resultaten van de besluitvorming betreffende het vijfde kaderprogramma voor onderzoek in acht worden genomen en dat de rechten van het Parlement ten volle worden gerespecteerd.
 
566
Dat is wat wij in de bemiddelingsprocedure hebben verdedigd.
 
567
De onderhandelingen zijn uiterst moeizaam verlopen.
 
568
De zogenaamde guillotineclausule heeft veel stof doen opwaaien. Het ging daarbij met name om de weerslag van de financiële vooruitzichten op het algemene financiële kader van het vijfde kaderprogramma voor onderzoek.
 
569
Op dit punt zijn we erin geslaagd aan de rechten van het Parlement vast te houden. Wij zullen dan ook niet aanvaarden dat het Parlement de mond wordt gesnoerd in het kader van het op handen zijnde begrotingsdebat.
 
570
<P>
 
571
Voorts willen wij eens te meer garanderen dat de verantwoordelijkheden die de Europese Unie op zich neemt op het vlak van het energiebeleid, bijvoorbeeld in verband met de verlaging van de uitstoot van broeikasgassen, ook in de begroting worden vastgesteld.
 
572
Verklaringen afleggen is één zaak. Deze omzetten in een duidelijk beleid en concrete begrotingsposten is de tweede taak die ons te wachten staat.
 
573
Door een kaderprogramma voor energie in het leven te roepen hebben wij daarvoor het nodige juridische kader gecreëerd. Wij wensen natuurlijk ook dat dit in de begroting tot uiting komt.
 
574
Kort samengevat zijn dit de wensen van de Commissie onderzoek, technologische ontwikkeling en energie met betrekking tot de begroting 2000. Ik hoop dat wij daarvoor ook in het verdere verloop van de procedure op de steun van onze collega's kunnen rekenen.
 
575
<P>
 
576
<SPEAKER ID=35 NAME="Carlotti">
 
577
Mijnheer de Voorzitter, mijnheer de commissaris, de heer Bourlanges gaat in zijn ontwerpresolutie uit van een aantal belangrijke beginselen. Hij benadrukt met name dat er in de begroting 2000 ruimte moet blijven voor ontwikkelingssamenwerking.
 
578
Deze ontwikkelingssamenwerking vormt immers het gezicht van de Unie, die in haar beleid een centrale plaats toekent aan het solidariteitsbeginsel. Solidariteit draagt immers ook bij aan een sterkere Europese Unie in de wereld.
 
579
<P>
 
580
De Commissie ontwikkelingssamenwerking wil de Commissie unaniem laten weten dat noch de uitbreiding, noch de hervorming van de structuurfondsen of van het GLB ertoe mag leiden dat de Europese Unie haar ontwikkelingsbeleid verslapt of zelfs opgeeft.
 
581
De Commissie geeft weliswaar de voorkeur aan steun aan de landen die geografisch gezien dicht bij de Unie liggen, maar dit mag niet betekenen dat ze haar steunverlening aan de ACS-landen op een lager pitje zet.
 
582
De Commissie ontwikkelingssamenwerking geeft voorrang aan de armoedebestrijding. In rubriek 4 moet dan ook meer aandacht worden geschonken aan de allerarmste landen.
 
583
<P>
 
584
We hebben een ambitieuze doelstelling, want we willen het aantal mensen dat in buitengewoon grote armoede leeft tussen nu en 2015 met de helft verminderen.
 
585
Wat dit punt betreft, zouden we de lidstaten kunnen verzoeken de aanbevelingen van de Verenigde Naties op te volgen en ten minste 0, 7 % van hun BNP af te staan aan ontwikkelingssamenwerking.
 
586
<P>
 
587
Wij verklaren dus nogmaals dat we het zeer belangrijk vinden dat het EOF in de begroting wordt opgenomen, en menen dat de niet-gebruikte kredieten van bijvoorbeeld de PHARE-, TACIS- en MEDA-programma's moeten worden aangewend ten behoeve van lagelonenlanden.
 
588
Wij willen dat er voldoende humanitaire steun wordt verleend. We zullen ons uiteraard inzetten voor onze belangrijkste thema's zoals het milieu, het tropisch regenwoud, de gelijkheid van man en vrouw, de strijd tegen het gebruik van landmijnen, enzovoort.
 
589
<P>
 
590
Wat betreft de rehabilitatie-reconstructie ben ik van mening dat we de begrotingslijnen moeten hergroeperen. Het aanwenden van kredieten per geografische regio leidt immers tot versnippering en gebrek aan samenhang.
 
591
Wij hechten verder veel waarde aan de werkzaamheden van de NGO's en hopen dat er voor de begrotingslijn B7-6000 voldoende betalingskredieten beschikbaar zijn.
 
592
We moeten ervoor waken dat in de nieuwe bepalingen van de Commissie de kleine NGO's er in vergelijking tot de grote NGO's op achteruitgaan.
 
593
<P>
 
594
Ik onderschrijf tenslotte met nadruk de opmerkingen die de rapporteur over rubriek 5 gemaakt heeft, met name zijn opmerkingen inzake het personeelstekort van de Commissie.
 
595
Ik wil benadrukken dat het vraagstuk betreffende het DG VIII en ECHO van bijzonder groot belang is.
 
596
<P>
 
597
<SPEAKER ID=36 LANGUAGE="EN" NAME="Wynn">
 
598
Mijnheer de Voorzitter, namens mijn fractie behandel ik beide verslagen.
 
599
Allereerst wil ik het over het verslag van mevrouw Müller hebben en haar bedanken voor het werk dat zij heeft verricht.
 
600
Wij zullen niet voor alle aspecten van haar tekst of haar amendementen stemmen, maar zij weet dat wij, zoals de meeste fracties in de Begrotingscommissie, naar dezelfde doelen streven.
 
601
Wij hebben alleen verschillende manieren om die te bereiken.
 
602
<P>
 
603
De gevoelens, als ik het zo mag uitdrukken, van de rapporteur en van de commissie worden in de eerste paragraaf van het verslag, paragraaf 1, geresumeerd. Daarin roept de rapporteur de instellingen en commissies op - ik gebruik de woorden instellingen en commissies en niet, zoals in het amendement van mevrouw Müller, "organen' - een strategie te ontwikkelen die de efficiëntie moet verhogen door verbetering van doorzichtigheid, motivatie, mobiliteit en aanvullende opleidingen.
 
604
Dat is precies wat wij van richtsnoeren verwachten.
 
605
Er waren ook opmerkingen die ons onnodig leken, en wij hebben derhalve tegen een aanzienlijk aantal paragrafen uit dit verslag gestemd.
 
606
<P>
 
607
Ik kan niet anders dan kritisch zijn over het feit dat mevrouw Müller acht amendementen heeft ingediend.
 
608
Dat voorrecht heeft de rapporteur niet, die immers dienaar van de commissie is.
 
609
Zij zou zich dus moeten beperken tot het presenteren van het verslag van de commissie aan het Parlement, en geen amendementen namens haar fractie moeten indienen.
 
610
<P>
 
611
De amendementen die zij heeft ingediend kunnen in twee categorieën verdeeld worden.
 
612
Sommige daarvan hebben in de Begrotingscommissie al een nederlaag geleden en wij zullen uiteraard tegen die amendementen stemmen omdat wij dat al eerder gedaan hadden. Er zijn ook enkele volkomen nieuwe amendementen.
 
613
Het feit dat wij geen debat over deze nieuwe amendementen gehouden hebben, betekent dat wij ook in de voltallige vergadering tegen deze amendementen zullen stemmen.
 
614
Ik zou mij niet gerust voelen bij de gedachte dat deze amendementen uitsluitend als politieke manoeuvre zijn ingediend, of om aan de pers vrijgegeven te worden; dit gezien het feit dat de bewoners van het Quartier Leopold door de amendementen in staat zouden worden gesteld om van de voorzieningen binnen het Parlement, zoals de winkels, gebruik te maken.
 
615
Aan de andere kant zou ik het ook jammer vinden als wij ervan verdacht werden onze steun aan de bewoners uit de onmiddellijke omgeving te willen ontzeggen.
 
616
Dit terzijde gelaten, kunnen wij gevoeglijk stellen dat er hier geen sprake is van richtsnoeren en dat deze amendementen derhalve niet in dit verslag thuis horen.
 
617
<P>
 
618
Ik ga nu over naar het verslag van de heer Bourlanges en wil hem allereerst bedanken voor het werk dat hij heeft verricht.
 
619
Het is niet een tekst die wij geschreven zouden hebben, maar, zoals hij weet stemmen wij er toch voor.
 
620
Paragraaf 2, zoals de heer Bourlanges al zei, zet de prioriteiten uiteen, met name die welke betrekking hebben op het scheppen van werkgelegenheid.
 
621
Dat moet altijd op de voorgrond van onze gedachten staan.
 
622
Maar er is ook een verwijzing naar de bureaus voor technische bijstand.
 
623
Dit is een onderwerp dat nooit verdwijnt, dat in elke discussie en bij de strategie voor de begroting voor het jaar 2000 en daarna voorop staat.
 
624
Maar als wij bereiken wat wij nastreven met de opheffing van de BTB's, waar de Commissie het werk kan doen, dan zullen zowel wij als de Raad natuurlijk de eventuele consequenties van zo'n keuze moeten aanvaarden.
 
625
<P>
 
626
Zo komen wij bij rubriek 5 terecht.
 
627
Als rubriek 5 niet met 1, 5 % toeneemt, dan zullen er tussen 2000 en 2006 4000 banen verloren gaan.
 
628
Wij hebben nog steeds het probleem van de 850 vacatures binnen de Commissie waarin niet wordt voorzien.
 
629
Daarom is de interinstitutionele overeenkomst zo belangrijk, net als het werk van de heer Colom i Naval en de andere deelnemers aan de trialoog, die vanmorgen bijeen zijn gekomen.
 
630
Het is uitermate belangrijk dat er een overeenkomst op tafel komt.
 
631
<P>
 
632
Vóór de vergadering van Berlijn moeten wij over dit verslag stemmen, aannemend dat er in de Raad overeenstemming zal komen over Agenda 2000, en tussen de Raad en het Parlement over de interinstitutionele overeenkomst.
 
633
Zo niet, dan zal zeker aandacht aan overweging C en paragraaf 1 van het verslag-Bourlanges besteed moeten worden.
 
634
Het lijkt me toe dat de situatie niet veel van die van 1994 verschilt, of van de begroting voor 1994, toen wij de hele maand december nodig hadden voordat wij wisten hoe de definitieve situatie er uit zou zien.
 
635
Laten we hopen dat deze zaak lang vóór december rond zal zijn.
 
636
<P>
 
637
<SPEAKER ID=37 NAME="Müller">
 
638
Mijnheer de Voorzitter, de heer Wynn heeft kritiek geuit op mijn zienswijze en mijn gedrag.
 
639
In dit verband zou ik een en ander willen rechtzetten.
 
640
Ten eerste zijn alle amendementen die ik indien wel degelijk in de commissie aan de orde geweest.
 
641
Het enige nieuwe amendement, waarin wordt voorgesteld de supermarkt voor iedereen toegankelijk te maken, is niet van mij afkomstig, maar van een lid van mijn fractie.
 
642
Ten tweede heb ik niet op eigen houtje gehandeld, maar heb ik samen met de heer Bourlanges een persconferentie gehouden om het verslag aan de publieke opinie voor te stellen. Het op de supermarkt van toepassing zijnde cijfer hebben wij in de commissie bij meerderheid goedgekeurd.
 
643
Ik kan dan ook alleen maar benadrukken dat ik mij ertoe beperkt heb de pers de uitslag van de stemming in de Begrotingscommissie mee te delen.
 
644
<P>
 
645
<SPEAKER ID=38 NAME="De Voorzitter">
 
646
Dat was geen motie van orde, mevrouw Müller.
 
647
<P>
 
648
<SPEAKER ID=39 LANGUAGE="EN" NAME="Elles">
 
649
Mijnheer de Voorzitter, onze rapporteurs hebben ons altijd uitstekende inleidende notities vanuit de Begrotingscommissie verschaft.
 
650
De heer Bourlanges heeft terecht de onzekerheid onderstreept waarmee wij in deze begrotingsprocedure geconfronteerd worden.
 
651
Ik moet, als iemand die al sinds 1984 lid is van de Begrotingscommissie, toegeven dat wij in onze begrotingszaken aan onzekerheid gewend zijn geraakt. Wij verwerpen begrotingen, we gebruiken constant onze reserves; wij hebben hele reeksen onderhandelingen met de Commissie, maar door dit alles heen zijn wij er toch in geslaagd om de voorstelling gaande te houden.
 
652
Ik ben er zeker van dat onze rapporteur dit onder deze moeilijke omstandigheden ook zal doen, hoewel men ons nog nooit zonder een Europese Commissie door de vaarwaters heeft moeten loodsen.
 
653
Ik verheug mij over het feit dat de Commissie, ondanks het feit dat zij demissionair is, de moeite heeft genomen om bij ons te zijn, en dat de Commissieleden hier ongetwijfeld ook het woord zullen voeren.
 
654
<P>
 
655
Namens mijn fractie wil ik twee opmerkingen maken; de eerste betreft de begroting van het Europees Parlement, de tweede de begroting van de Commissie.
 
656
Ik kan de heer Wynn mededelen dat wij de meeste amendementen die mevrouw Müller heeft ingediend zullen steunen.
 
657
Deze zijn in onze commissie besproken, wij vonden dat ze redelijk waren, en dus verdienen zij onze steun.
 
658
Wat mij bijzonder spijt is het feit dat de Raad hier vandaag niet bij is. Ik had graag van de Raad gehoord hoe groot de kansen is dat er een statuut van de leden en medewerkers komt, want daarover hebben wij zo spoedig mogelijk besluiten van de Europese Raad nodig.
 
659
<P>
 
660
Ik ga nu over op de begroting van de Commissie en constateer dat wij hier wederom duidelijk te maken hebben met een strakke begroting.
 
661
Zowel de Commissie als de Raad als wijzelf hebben in de laatste jaren strakke begrotingen gehad.
 
662
En dit is geen uitzondering.
 
663
Het is zelfs zo dat de prioriteiten ook vrijwel gelijk zullen zijn aan die welke in het voorontwerp van begroting van de Commissie zijn opgenomen.
 
664
Maar waar het echt om draait in deze begroting 2000 zijn de administratieve uitgaven en het vervolg op het verslag van de wijzen.
 
665
De vraag is, hoeveel is er nodig aan middelen?
 
666
Wat zijn de echte behoeften?
 
667
Dat is het soort debat dat wij ongetwijfeld later in het jaar gaan houden, maar zoals de zaken er nu voor staan kan ik wat onze fractie betreft vaststellen dat wij met name dit aspect van de begroting met een veel kritischer blik onder de loep zullen nemen dan welk ander aspect ook.
 
668
<P>
 
669
<SPEAKER ID=40 LANGUAGE="EN" NAME="Brinkhorst">
 
670
Mijnheer de Voorzitter, zoals Reinhold Niebur zei, leven wij in de tijd tussen de Tijden, en sommigen van onze collega's hebben dat ook duidelijk benadrukt.
 
671
Wij mogen er zeer dankbaar voor zijn dat twee ervaren collega's als de heer Bourlanges en mevrouw Müller, dit Parlement en het volgende Parlement door de moeilijke begrotingsperiode zullen gidsen.
 
672
<P>
 
673
Ik heb twee specifieke opmerkingen.
 
674
Ten eerste zullen wij ons in de komende periode minder hoeven te concentreren op nieuwe middelen dan in het verleden, en meer op het beheer van de financiën die thans beschikbaar zijn.
 
675
Het is daarom in deze periode van onzekerheid van groot belang dat het Parlement zelf laat zien dat het zich volkomen bewust is van zijn centrale verantwoordelijkheid in deze.
 
676
In de laatste vijf jaar hebben wij in het Parlement enorme vooruitgang geboekt in de kwaliteit van het uitvoeren en het inschakelen van andere commissies naast de Begrotingscommissie.
 
677
De betrokkenheid van die andere commissies is van essentieel belang voor de toekomst als wij aan onze verantwoordelijkheden willen voldoen.
 
678
<P>
 
679
Het is natuurlijk van essentieel belang dat er een betere institutioneel evenwicht geschapen wordt.
 
680
Ik neem aan dat het weer de ironie van het noodlot is die verantwoordelijk is voor het feit dat de Raad de dag voor de behandeling van Agenda 2000 en de hele financiële structuur afwezig is.
 
681
Maar wij moeten desondanks doorgaan met dit punt, en ik hoop dat het nieuwe Parlement dat ook zal doen.
 
682
Waar het op neer komt is dat wij een nieuwe interinstitutionele overeenkomst nodig hebben, maar niet ten koste van alles.
 
683
Daarom moeten wij alle aandacht vestigen op de open situatie die de heer Bourlanges voorziet, namelijk een begroting krachtens artikel 203.
 
684
<P>
 
685
Wat het verslag van mevrouw Müller betreft, is het belangrijkste punt, zoals zij aantoont, dat de begroting op activiteiten moet worden gebaseerd.
 
686
Ik ben blij dat commissaris Liikanen dat eerder heeft onderstreept.
 
687
Wij moeten vandaag de tegenstrijdigheid in het standpunt van de Raad in het volle licht zetten.
 
688
Aan de ene kant wil de Raad bezuinigingen, wat, zoals de heer Wynn al heeft gezegd, tot enorme besnoeiingen op personeel kan leiden.
 
689
Aan de andere kant geeft het Comité van Wijzen ons de tegenstrijdige voorspelling dat wij het zicht op de controle verliezen als wij de zaken aan de BTB's overlaten.
 
690
Op die tegenstrijdigheid moet het Parlement zich in de komende periode concentreren.
 
691
Ik hoop, en vertrouw erop, dat mevrouw Müller een goede gids gedurende dit proces zal zijn.
 
692
<P>
 
693
Mijnheer de Voorzitter, aangezien dit waarschijnlijk het laatste begrotingsdebat is waaraan ik hier zal deelnemen, moet het mij van het hart hoezeer ik hoop dat het nieuwe Parlement, onder de bekwame leiding van onze twee tot het jaar 2000 aanblijvende collega's verdere vooruitgang zal boeken.
 
694
<P>
 
695
<SPEAKER ID=41 LANGUAGE="FR" NAME="Giansily">
 
696
Mijnheer de Voorzitter, waarde collega's, wat de begrotingsprocedure 2000 betreft, wil ik geen geheim maken van mijn ongerustheid. Deze ongerustheid hangt samen met de enorme onzekerheid waarvan momenteel sprake is.
 
697
We weten nog altijd niet of het Interinstitutioneel Akkoord hernieuwd wordt en of er nieuwe financiële perspectieven worden vastgesteld voor de periode 2000-2006.
 
698
We hebben overigens zojuist nog kunnen constateren dat de rapporteur zelf ook van toeten noch blazen weet.
 
699
In navolging van Sacha Guitry zou ik willen zeggen dat de Raad wankelt en de Commissie op sterven na dood is. Bovendien komt de rapporteur niet erg moedig over.
 
700
<P>
 
701
De onzekerheid wordt met name gevoed door het al dan niet uitgesproken standpunt dat de meeste delegaties van de Raad er op nahouden. Deze delegaties hebben als belangrijkste, zo niet enige doel zo min mogelijk bij te dragen aan de financiering van Europa.
 
702
Kortom, ze pleiten voor nulgroei van de begroting ofwel voor een stagnering van de Europese financiën.
 
703
<P>
 
704
Hoewel er geen overeenstemming bestaat over de nieuwe financiële perspectieven, is het duidelijk dat het financiële kader van de begroting 2000 moet worden bepaald op basis van de aanpassing van de maxima van de rubrieken, overeenkomstig artikel 25 van het Interinstitutioneel Akkoord van 29 oktober 1993. Onze waarde collega Jean-Louis Bourlanges heeft dit punt overigens ook uitvoerig behandeld.
 
705
Dit betekent dat de begrotingsautoriteit ervoor moet zorgen dat de hand wordt gehouden aan de bedragen die voor de proefprojecten en voorbereidende acties overeen zijn gekomen.
 
706
<P>
 
707
Met andere woorden: de begroting 2000 dient weer in het teken te staan van bezuinigingen. De begrotingsdiscipline is een belangrijk doel, maar we moeten er wel zeker van zijn dat we kunnen beschikken over de middelen die voor het beleid van de Unie nodig zijn, zoals wordt bepaald in artikel F, lid 3 van het EU-Verdrag.
 
708
Dit betekent dat ondanks de huidige moeilijkheden de mede-begrotingsautoriteit een strakke, strenge en doelmatige begroting moet opstellen voor het jaar 2000; een begroting waarin rekening wordt gehouden met de politieke verplichtingen van de Unie, volgens de letter en geest van het Interinstitutioneel Akkoord. Ik denk dat het zelfs aanbevelenswaardig is dat de mede-begrotingsautoriteit een dergelijke begroting opstelt.
 
709
<P>
 
710
Ik vrees echter dat de Raad er anders over denkt.
 
711
We scharen ons dus volkomen achter de richtsnoeren van Jean-Louis Bourlanges. Tegelijkertijd veroordelen we scherp dat een aantal delegaties van de Raad op politiek gebied onverantwoordelijk te werk gaat en weinig communautaire solidariteit toont.
 
712
Ik moet zeggen dat ik buitengewoon geschokt was door de inhoud van het artikel "La Tribune" dat gisteren in Le Figaro gepubliceerd werd. In dit artikel roept de Britse staatssecretaris mevrouw Hewitt schaamteloos op tot de ontmanteling van het GLB door middel van renationalisatie.
 
713
<P>
 
714
Hoewel de prioriteiten van de Raad met betrekking tot de begroting 2000 nog niet duidelijk zijn - deze zullen immers grotendeels afhangen van de resultaten van de onderhandelingen over Agenda 2000 - weten we dat de meeste delegaties van mening zijn dat de uitgaven van de communautaire begroting niet sneller mogen stijgen dan de uitgaven van de nationale begrotingen.
 
715
Het syndroom van Fontainebleau doemt hier dus telkens opnieuw op.
 
716
<P>
 
717
Door deze opvatting van de delegaties, die indruist tegen de belangen van de ontwikkeling van de Europese Unie, zou ons wel eens een zeer moeilijke procedure te wachten kunnen staan waarvan de uitkomst onzeker is. We willen immers vermijden dat we een begroting krijgen opgelegd die ons niet in staat stelt het beleid van de Unie op alle noodzakelijke punten te verwezenlijken en die ons volkomen afhankelijk maakt van de electorale grillen van de ministers van Financiën.
 
718
<P>
 
719
Wij zijn realistisch. We accepteren een strakke begroting, maar in tegenstelling tot de Raad willen we vorderingen kunnen boeken waarbij we de bezuinigingen niet uit het oog verliezen, maar tegelijkertijd de politieke beloften van de staatshoofden en regeringsleiders willen nakomen en de akkoorden die mede door de Raad zijn ondertekend willen naleven.
 
720
Als we dit uit het oog verliezen, zouden we Europa zelf tekort doen.
 
721
In het uitstekende verslag van mevrouw Müller is deze onzekerheid minder dominant aanwezig. Onze fractie kan zich achter dit verslag scharen zoals het in de commissie is geamendeerd.
 
722
<P>
 
723
<SPEAKER ID=42 LANGUAGE="DE" NAME="Müller">
 
724
Aangezien ik mij niet in tweeën kan delen, neem ik nu het woord om mijn standpunt betreffende het verslag van mijn collega Jean-Louis Bourlanges uiteen te zetten.
 
725
De in deze begroting opgenomen strategische benaderingswijzen van het probleem van de herallocatie moeten zich op grond van het belangrijke aandeel van de verplichte uitgaven en de meerjarenprogramma's voornamelijk toespitsen op het binnenlands en het buitenlands beleid.
 
726
Ik ben dan ook bijzonder ingenomen met ons gemeenschappelijk streven om het ontwikkelingsbeleid binnen de gemeenschappelijke begroting te versterken.
 
727
Voorwaarde hiervoor is echter dat elke euro die wordt uitgegeven aan een duurzame ontwikkeling bijdraagt, zowel in de ecologische als in de economische zin van het woord.
 
728
<P>
 
729
Met uitzondering van noodsituaties moet de hulpverlening meer dan vroeger afhankelijk worden gesteld van de eis van good governance .
 
730
Bij de toekenning van onze voedselhulp moeten wij meer rekening houden met de macro-economische gevolgen, en de belangen van de landbouwbegroting moeten naar de achtergrond worden verschoven.
 
731
In verband hiermee volstaat het ons debat over de steun aan Rusland in herinnering te brengen.
 
732
Zoals overigens ook de Wereldbank in haar rapport Assessing Aid aangeeft, moet de ontwikkelingshulp zoveel mogelijk worden gemultilateraliseerd. Dit betekent onder meer dat zij van de lidstaten naar de Unie moet worden verlegd.
 
733
Om geloofwaardig te blijven moeten wij echter ook meedelen op welke punten wij bereid zijn te bezuinigen. Ik denk dan in de eerste plaats aan het omstreden KEDO-project.
 
734
Maar ook de programma's ter bevordering van de uitvoer zijn aan een herziening toe, niet enkel met het oog op de Europese meerwaarde maar ook in het licht van de vraag of deze taak überhaupt de Europese gemeenschappelijke handel toekomt.
 
735
<P>
 
736
In hoeverre zijn wij bereid om datgene wat wij hier nu reeds dagenlang eisen ook werkelijk in de praktijk te brengen? Zullen wij ons inderdaad op het wezenlijke toespitsen?
 
737
Ik hoop van harte dat de bespreking van het verslag en de prioriteiten van Jean-Louis Bourlanges ons zullen helpen een belangrijke stap voorwaarts te zetten op het gebied van het ontwikkelingsbeleid.
 
738
<P>
 
739
<SPEAKER ID=43 LANGUAGE="IT" NAME="Dell'Alba">
 
740
<SPEAKER ID=44 NAME="Van Dam">
 
741
Mijnheer de Voorzitter, wat betreft het verslag-Bourlanges. Eén van de meest omvangrijke problemen in de begrotingsprocedure 2000, is de enorme omvang van de nog te besteden gelden.
 
742
Om dit zo snel mogelijk aan te pakken, stelt de rapporteur voor 50 % van de betalingskredieten op te nemen in de begroting voor 2000.
 
743
Wanneer daarbij de te verwachten "verse middelen" worden opgeteld, komen we uit op een begroting van 95 miljard euro.
 
744
<P>
 
745
Afgezien van de vraag of zo'n ruime begroting op bijval kan rekenen in de Raad, geloof ik niet dat dit de oplossing is.
 
746
Hoe komt het toch, mijnheer de rapporteur, dat de betalingen zo achterlopen bij de vastleggingen?
 
747
U wijst op het restrictieve begrotingsbeleid in de afgelopen jaren.
 
748
Maar is dat de werkelijke reden?
 
749
De afgelopen jaren heeft de begrotingsautoriteit de Commissie opgezadeld met een berg aan vastleggingen.
 
750
Is de echte oorzaak niet veel meer gelegen in het feit dat de diensten van de Commissie niet in staat zijn om die goed te beheren?
 
751
Gelet op de conclusies van het Comité van Wijzen, ben ik bang van wel.
 
752
Een geforceerde verhoging van de betalingskredieten in 2000 is daarom niet op zijn plaats.
 
753
Dat is vragen om moeilijkheden.
 
754
<P>
 
755
De oplossing moet veel meer gezocht worden in een wijze zelfbeperking.
 
756
De vastleggingskredieten moeten worden afgestemd op de uitvoeringscapaciteit van de Commissie.
 
757
De Unie moet zich beperken tot die beleidsterreinen waar Europees optreden een meerwaarde heeft.
 
758
Programma's die niet doelmatig zijn te beheren, moeten we snel afstoten.
 
759
<P>
 
760
<SPEAKER ID=45 NAME="Samland">
 
761
Mijnheer de Voorzitter, waarde collega's, ofwel is de begroting 2000 de eerste die op nieuwe financiële vooruitzichten berust ofwel gaat zij terug op artikel 203 van het Verdrag betreffende de Europese Unie.
 
762
Dit zal morgen en overmorgen duidelijk worden.
 
763
Vanmorgen heeft hier driezijdig overleg plaatsgevonden en hebben wij met het voorzitterschap van de Raad de kwestie van de minimumbedragen besproken die wij met betrekking tot de ontwikkeling van de rubrieken 3, 4, 5, en 7 als voorwaarde voor een mogelijk interinstitutioneel akkoord stellen.
 
764
Bij de interpretatie van het voorstel van de heer Bourlanges dient derhalve rekening te worden houden met twee mogelijke scenario's: ofwel komt er een interinstitutioneel akkoord ofwel komt er geen interinstitutioneel akkoord.
 
765
<P>
 
766
Wij hebben hier vanmorgen tijdens het driezijdig overleg klaar en duidelijk gezegd dat wij over meer geld zullen beschikken wanneer er geen interinstitutioneel akkoord wordt bereikt dan wanneer er wel een akkoord uit de bus komt.
 
767
Het is duidelijk dat slechts indien de nationale begrotingen in de komende jaren keer op keer met een deficit van 0, 9 % worden afgesloten en de groei minder dan 1, 5 % bedraagt, een situatie zal ontstaan waarin de uitgaven, op grond van de helft van het maximumbedrag, onder die van de nog vast te stellen nieuwe financiële vooruitzichten zullen liggen.
 
768
Deze woorden zijn eigenlijk eerder aan de hier niet aanwezige Raad dan aan mijn collega's gericht, aangezien de Raad deze redenering goed voor ogen moet houden wanneer hij morgen en overmorgen in Berlijn bepaalt hoe de rubrieken 3, 4 en 5 financieel zullen worden ingevuld.
 
769
<P>
 
770
In verband hiermee zou ik nog een tweede punt willen aanstippen.
 
771
Ik geloof dat mevrouw Müller er reeds naar heeft verwezen.
 
772
Indien de begroting 2000 en de begroting voor de daaropvolgende jaren daadwerkelijk wordt gebaseerd op de voorstellen inzake personeelskosten en administratieve kosten die de Raad momenteel bespreekt, houdt de bevriezing van de begroting in dat de Europese Unie in totaal 3.880 arbeidsplaatsen zal moeten afbouwen.
 
773
Er zullen 420 arbeidsplaatsen moeten verdwijnen bij het Parlement, 3.000 bij de Commissie, 182 bij het Hof van Justitie, 58 bij de Rekenkamer en 220 bij het Comité van de regio's en het Economisch en Sociaal Comité. Eén ding is duidelijk.
 
774
Wie van administratieve bevriezing spreekt, brengt 3.880 arbeidsplaatsen in gevaar.
 
775
<P>
 
776
Het heeft geen zin enerzijds een gestage ontwikkeling van de programma's na te streven en anderzijds te eisen dat de administratieve kosten worden bevroren of nog worden verlaagd.
 
777
Het ligt allerminst in mijn bedoeling - ik zeg dit om mogelijke misverstanden uit de weg te ruimen - een evolutie in de zin van "nu willen wij onze slag slaan en meer personeel aanwerven" te bewerkstelligen. Ik wil enkel duidelijk maken dat het bevriezen van de begroting verlies van arbeidsplaatsen tot gevolg heeft en dat er in dit geval geen extra werkgelegenheid zal worden geschapen.
 
778
Dat betekent dat het Parlement ook hier zijn verantwoordelijkheid moet opnemen en voor een passend financieel kader moet zorgen.
 
779
<P>
 
780
Tot slot zou ik nog kort op het probleem van de backlog willen ingaan.
 
781
De backlog die zich het voorbije jaar heeft opgehoopt, is grotendeels toe te schrijven aan het feit dat men met betrekking tot de uitgaven van de Gemeenschap steeds meer oog heeft voor de betalingen en steeds minder aandacht besteedt aan de verplichtingen.
 
782
Onze begroting valt echter in twee delen uiteen: eerst worden de verplichtingen aangegaan en vervolgens worden de betalingen verricht. De vorige spreker vergist zich.
 
783
Het is niet de schuld van de Commissie dat deze middelen niet zijn afgevloeid, maar wel van de lidstaten of de niet-lidstaten, met name de landen uit Midden- en Oost-Europa. Zij zijn het die de afvloeiing van de middelen uit de structuurfondsen, het onderzoeksbeleid en de programma's in het kader van het buitenlands beleid met hun werkzaamheden corrigeren of regelen.
 
784
En het is daar dat zich - ongewild of niet - een ophoping van meer dan 40 miljard voordoet.
 
785
Om dit probleem op te lossen kunnen wij het desbetreffende bedrag niet gewoon even bovenaan de begroting plaatsen. Dit zou inderdaad, zoals u zegt, tot gevolg hebben dat wij voor de begroting 2000 met groeipercentages te maken krijgen die absoluut niet realistisch zijn en niet aan de feitelijke ontwikkelingen van de uitgaven beantwoorden daar zij enkel de reeds van vroeger daterende verplichtingen weerspiegelen die een blok aan ons been zijn en zo spoedig mogelijk moeten worden afgehandeld.
 
786
Daarom steunen wij het voorstel van de heer Bourlanges om de begroting in twee delen op te splitsen en alles niet in een enkel budget onder te brengen. Op die manier kunnen wij een duidelijk onderscheid maken tussen nieuwe middelen en vroegere lasten die nog moeten worden afgelost.
 
787
<P>
 
788
<SPEAKER ID=46 LANGUAGE="EL" NAME="Hatzidakis">
 
789
Mijnheer de Voorzitter, dit debat vindt in een zeer kritieke periode voor de Europese Unie plaats.
 
790
Over twee dagen zal de Europese Raad een besluit nemen over Agenda 2000 en de financiële perspectieven.
 
791
Ik hoop tenminste dat dit besluit zal worden genomen. Iedereen weet dat dit een moeilijke bevalling is.
 
792
Ik ben een van de politici die geloven dat zonder geld geen goed beleid mogelijk is, alhoewel tegenwoordig dergelijke uitlatingen in de Europese Unie bijna als ketterij worden beschouwd.
 
793
Afijn, als rapporteur voor het advies van de Commissie regionaal beleid voor de begroting 2000, wil ik namens mijn commissie drie opmerkingen maken over de nieuwe begroting.
 
794
<P>
 
795
Ten eerste moet volgens ons worden gezorgd voor voldoende betalingskredieten.
 
796
Zonder voldoende betalingskredieten zullen de programma's die momenteel in het kader van de structuurfondsen ten uitvoer worden gelegd, in liquiditeitsproblemen geraken. Dit vraagstuk moet natuurlijk worden gezien in verband met Agenda 2000 en de nieuwe structuurprogramma's.
 
797
<P>
 
798
Ten tweede willen wij dat de in 1998 niet gebruikte vastleggingskredieten van Titel II op de begroting voor 2000 worden gezet. Anders kan men de in Edinburgh aangegane verplichtingen niet nakomen.
 
799
<P>
 
800
Ten derde wil de Commissie regionaal beleid de Commissie verzoeken soepel te zijn bij een eventuele verlenging van de programma's die momenteel in het kader van de structuurfondsen worden uitgevoerd. Waar verlenging gerechtvaardigd is, moet deze ook worden toegekend.
 
801
Dan zal het Delors II-pakket op efficiënte wijze kunnen worden afgerond.
 
802
<P>
 
803
In de ontwerpresolutie van het Parlement staan twee paragrafen over rubriek 2. Dat zijn de paragrafen 12 en 13.
 
804
Deze zijn zeer belangrijk.
 
805
Daarin worden weliswaar technische problemen aan de orde gesteld, maar als Commissie regionaal beleid zijn wij van mening dat desalniettemin een duidelijke politieke oriëntatie nodig is en die ontbreekt. Wij moeten ook onze politieke visie geven ten aanzien van de structuurfondsen 2000.
 
806
<P>
 
807
<SPEAKER ID=47 LANGUAGE="FI" NAME="Virrankoski">
 
808
Mijnheer de Voorzitter, beide rapporteurs hebben over de richtsnoeren voor de begroting voor volgend jaar verslagen opgesteld, die een goede basis voor verdere behandeling vormen.
 
809
Hiervoor mijn hartelijke dank aan zowel mevrouw Müller als de heer Bourlanges.
 
810
Ik wil alleen nog enkele zaken onder de aandacht brengen.
 
811
De Europese personeelsvoorschriften moeten worden herzien. De verantwoordelijkheid van de ambtenaren moet worden verduidelijkt.
 
812
De nadruk die het Comité van onafhankelijke deskundigen, het zogeheten Comité van Wijzen, legt op het gebrek aan persoonlijke verantwoordelijkheid moet serieus worden genomen en er moet een einde komen aan de praktijk dat Europese ambtenaren zich achter de rug van een ander verschuilen.
 
813
De groei van het aantal personeelsleden moet in de hand worden gehouden. In dit verband ben ik het niet met het Comité van Wijzen eens.
 
814
Met het huidige aantal personeelsleden moet men veel meer tot stand kunnen brengen mits de personeelsvoorschriften zorgen voor meer flexibiliteit bij een verstandig gebruik van de financiële middelen.
 
815
Met de herziening van de personeelsvoorschriften moet ook meer duidelijkheid komen in de controle op de begroting.
 
816
Bij het financiële beheer moet de nadruk minder komen te liggen op de verantwoordelijkheid voor de rechtvaardiging en goedkeuring van de betalingen en meer op de verantwoordelijkheid voor het resultaat.
 
817
Alleen zo kan de persoonlijke verantwoordelijkheid worden benadrukt en kunnen de betalingen worden versneld.
 
818
Ik ben op zich voor een strak begrotingsbeleid dat in overeenstemming is met het begrotingsbeleid van de regeringen van de lidstaten.
 
819
<P>
 
820
<SPEAKER ID=48 LANGUAGE="ES" NAME="Dührkop Dührkop">
 
821
Mijnheer de Voorzitter, allereerst zou ik de heer Bourlanges willen bedanken voor zijn werk over de richtsnoeren voor de begroting voor het jaar 2000.
 
822
Normalerwijs hecht het Parlement daar tegen deze tijd zijn goedkeuring aan, waarmee dan de jaarlijkse begrotingsprocedure van start gaat.
 
823
In deze Vergadering zijn we het er allen over eens dat de richtsnoeren ditmaal worden opgesteld terwijl we in het ongewisse verkeren, want paradoxaal genoeg zouden we als we vrijdag debatteerden wellicht over meer elementen beschikken om meer concreet te kunnen zijn.
 
824
Gewoonlijk zijn de richtsnoeren echter niet gericht op het verschaffen van cijfers maar op het vaststellen van de prioriteiten van deze Vergadering met het oog op de begroting.
 
825
<P>
 
826
Dan zou ik uw aandacht nu willen vestigen op twee concrete punten van de richtsnoeren voor de begroting voor het jaar 2000.
 
827
Het eerste is een punt dat mij ernstig verontrust. De voorzitter van de Begrotingscommissie, de heer Samland, heeft het reeds vermeld, maar ik zou het eveneens willen benadrukken.
 
828
Die verontrusting - die niets nieuws is want dit is bij de begroting voor 1999 al ter sprake gebracht - heeft betrekking op de verhouding tussen vastleggingen en betalingen, een verhouding die expliciet wordt genoemd in het interinstitutioneel akkoord waarin wordt gesproken van een juiste verhouding tussen vastleggingen en betalingen.
 
829
<P>
 
830
Zoals de heer Samland eveneens al heeft opgemerkt is de afgelopen begrotingsjaren echter de tendens aangehouden volgens welke de betalingen aanzienlijk minder stijgen dan de vastleggingen, om op die - volkomen denkbeeldige - manier op een minder hoge begroting uit te komen.
 
831
En nu worden we geconfronteerd met de zogenaamde "Burden of the future" , die dit jaar al op de begroting drukt, waarbij in sommige gevallen sprake is van een ontwikkeling van de nog te besteden kredieten, die tegen het einde van 1999 wel eens meer dan 200 % van de vastleggingen kunnen bedragen.
 
832
<P>
 
833
 
 
834
Ik wil de rapporteur tevens gelukwensen met het feit dat hij een voorstel terzake geformuleerd heeft, maar ik zou de lidstaten hier ook duidelijk willen zeggen dat het is afgelopen met de termijn om pseudobesparingen te doen en zo de begroting voor het jaar 2000 op te zadelen met de taak die zware druk weg te nemen.
 
835
<P>
 
836
Dan het tweede punt: mijnheer Bourlanges, naar mijn idee is iedereen in deze Vergadering het er volstrekt over eens dat er een strakke begrotingsdiscipline moet worden gehanteerd.
 
837
Ik ben het er echter niet mee eens, en zal dat ook nooit zijn, dat die discipline een doel op zich is; zij dient voort te vloeien uit een gezond en efficiënt beheer, terwijl zij anderzijds moet kunnen garanderen dat de middelen beschikbaar zijn die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het beleid van de Europese Unie, zoals is aangegeven in het Verdrag betreffende de Unie.
 
838
<P>
 
839
Staat u mij toe te herhalen wat ik eerder al gezegd heb: de burgers verwachten van de Unie dat deze gehoor zal geven aan hetgeen zij van ons verwachten.
 
840
Waar het om gaat, is niet enkel dat de inkomsten en uitgaven in evenwicht worden gebracht, maar dat de Europese burgers door middel van de lidstaten bepaalde bevoegdheden hebben overgedragen aan de Unie, onder meer een deel van hun soevereiniteit, opdat wij op die manier aan hun behoeften kunnen beantwoorden.
 
841
<P>
 
842
Mijnheer Bourlanges, ik ben de stellige mening toegedaan dat de begroting van de Unie van een andere orde is dan de begroting van de lidstaten.
 
843
De begroting van de Unie is een aanvulling op de begroting van de lidstaat, maar vergelijkbaar zijn zij nooit.
 
844
Dat betekent beslist niet dat het Europees Parlement in zijn begrotingsjaar niet op verantwoorde wijze te werk zou kunnen zou gaan en op die manier niet zou kunnen bijdragen tot het effenen van de weg naar de euro ten behoeve van de lidstaten, maar het dient wel te betekenen dat de Unie in haar beleid gehoor geeft aan de wensen van de burgers.
 
845
<P>
 
846
<SPEAKER ID=49 NAME="Bourlanges">
 
847
Mijnheer de Voorzitter, alvorens de commissaris aan het woord komt, wil ik snel een aantal zaken verduidelijken.
 
848
Allereerst ben ik het met mevrouw Dührkop-Dührkop eens dat een strakke begroting niet hetzelfde is als bezuinigen.
 
849
Een strakke begroting houdt in dat de middelen goed worden afgestemd op de doelstellingen.
 
850
Het gaat hierbij niet om de prioriteiten. Wat deze prioriteiten betreft, moeten we niet vergeten dat we momenteel praten over een begroting die voor een derde op onzekere rechtsgronden stoelt.
 
851
<P>
 
852
Ik wil graag nog heel snel een tweede opmerking maken waarvoor ik zojuist geen tijd had. Ik wil op mijn beurt het vraagstuk van de betalingsachterstanden onder uw aandacht brengen.
 
853
Een aantal sprekers heeft dit punt al benadrukt, waaronder de voorzitter van de Begrotingscommissie.
 
854
Ook wil ik duidelijk maken dat dit Parlement deze zaak snel geregeld wil zien, maar de betalingen die daadwerkelijk zijn toegezegd moeten ook inderdaad worden gedaan.
 
855
<P>
 
856
Mijn derde opmerking heeft betrekking op de BTB's, de bureaus voor technische bijstand.
 
857
Ik heb zojuist heel snel aangegeven dat we voorstander zijn van de geleidelijke ontmanteling van deze bureaus. Ik wil hieraan toevoegen dat het niet om een totale ontmanteling gaat.
 
858
We begrijpen dat verschillende BTB's noodzakelijk zijn omdat hun projecten tijdelijk of technisch van aard zijn.
 
859
We willen echter voorkomen dat deze BTB's dienen om het personeelsgebrek van de Commissie op te lossen. We willen dat de ze grotendeels ontmanteld worden.
 
860
Het gaat dus niet om het opheffen van alle BTB's. Alleen de overbodige BTB's moeten verdwijnen.
 
861
<P>
 
862
Dit zijn de drie punten die ik wilde verduidelijken. Ik dank u hartelijk, mijnheer de Voorzitter, dat u mij dit toestond.
 
863
<P>
 
864
<SPEAKER ID=50 LANGUAGE="EN" NAME="Liikanen">
 
865
<SPEAKER ID=51 NAME="Bourlanges">
 
866
Mijnheer de Voorzitter, ik wil de heer Liikanen bedanken voor zijn betoog en voor de zeer goede samenwerking die we altijd met hem gehad hebben.
 
867
Ik ben van mening dat hij een zeer goede commissaris is met wie altijd uiterst prettig kon worden samengewerkt. Deze samenwerking vond altijd plaats in een vriendschappelijke sfeer en ik had ook veel vertrouwen in hem als persoon.
 
868
Dat is wat ik vanavond onder meer wilde zeggen.
 
869
<P>
 
870
<SPEAKER ID=52 NAME="De Voorzitter">
 
871
Dank u wel, mijnheer Bourlanges.
 
872
<P>
 
873
Het debat is gesloten.
 
874
<P>
 
875
De stemming vindt om 15.00 uur plaats.
 
876
<P>
 
877
<CHAPTER ID=4>
 
878
Politiële samenwerking
 
879
<SPEAKER ID=53 NAME="De Voorzitter">
 
880
Aan de orde is het verslag (A4-0110/99) van Sir Jack Stewart-Clark, namens de Commissie openbare vrijheden en binnenlandse zaken, over de ontwerpen van gemeenschappelijke optredens, door de Raad vastgesteld op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, inzake
 
881
<P>
 
882
I.politiële samenwerking bij de initiële totstandkoming van de praktische regels voor gemeenschappelijk handelen(14061/98 - C4-0047/99-99/0908(CNS)) enII.de bestrijding van de internationale criminaliteit die zich verspreidt via routes(14060/98 - C4-0048/99-99/0907(CNS)).
 
883
<SPEAKER ID=54 LANGUAGE="EN" NAME="Stewart-Clark">
 
884
Mijnheer de Voorzitter, laat ik allereerst zeggen dat ik teleurgesteld ben dat de Raad hier niet aanwezig is, maar dat ik heel blij ben om mevrouw Gradin te zien.
 
885
Het eerste ontwerp - aangeduid met het nummer 130 - voorziet in het creëren van een commissie die uit ervaren politieambtenaren bestaat en die op het hoogste niveau binnen het kader van Artikel K.3 van het Verdrag van de Europese Unie moet functioneren.
 
886
Hoewel zo'n commissie ongetwijfeld noodzakelijk is, aangezien er vrijwel geen enkel gespreksforum bestaat waar zulke functionarissen bijeen kunnen komen, bereikt het niet echt het doel van daadwerkelijke samenwerking op het gebied van wetshandhaving op operationeel niveau.
 
887
Dientengevolge beogen mijn belangrijkste amendementen de oprichting van een multidisciplinaire groep die bestaat uit leidinggevende politiefunctionarissen, douaneambtenaren en leden van andere ordehandhavingsinstanties, bijvoorbeeld hoge ambtenaren in Ministeries van Binnenlandse Zaken.
 
888
<P>
 
889
Ten tweede vinden wij het belangrijk dat Europol een meer specifieke rol krijgt toebedeeld.
 
890
Het ontwerp duidt op een halfslachtige functie voor dit orgaan.
 
891
Daarom zetten mijn amendementen die rol van Europol meer kracht bij door een grotere betrokkenheid bij bespreking, planning en tenuitvoerlegging voor te stellen.
 
892
Ten derde treed ik, onder andere na overleg met het Duitse voorzitterschap en het Britse Ministerie van Binnenlandse Zaken, meer in details over sommige taken waarmee de nieuwe commissie belast zou moeten worden.
 
893
Hieronder vallen het vaststellen van gemengde controleoperaties aan de buitengrenzen, het zorgen voor doeltreffende uitwisseling van informatie en het opzetten van een systeem voor vroegtijdige waarschuwing.
 
894
<P>
 
895
Het tweede ontwerp - nr. 129 - vraagt om het inzetten van een grote politiemacht op bekende routes.
 
896
Hiervoor hebben wij een essentieel gedeelte over inlichtingentechnieken in het amendement opgenomen en hebben wij de tekst veranderd, zodat deze nu als volgt luidt: "indien nodig, met inzet van veel personeel" .
 
897
Hiermee wil ik alleen maar duidelijk maken dat het van groot belang is dat wij gebruik maken van inlichtingentechnieken en niet alleen maar grote aantallen politiemensen and douaneambtenaren langs de belangrijkste routes plaatsen.
 
898
De grote criminele organisaties zijn zelf intelligent genoeg om te weten waar de politie haar middelen inzet.
 
899
Daarom moeten wij dat tegengaan door onze eigen inlichtingensystemen te verbeteren.
 
900
<P>
 
901
Ten tweede zijn wij tegen de formulering "op politieel gebied een zo groot mogelijk succes, vooral in de vorm van arrestaties te bereiken" .
 
902
Wij hebben dit vervangen door de woorden "het opsporen van misdadigers en hun organisaties en het voor het gerecht brengen van deze misdadigers en organisaties" .
 
903
Het succes van de politie en de douane moet niet alleen afgemeten worden aan het aantal arrestaties, maar aan het aantal criminele organisaties dat berecht wordt.
 
904
Ik hoop dat zowel de Raad, de Commissie als wijzelf in staat zullen zijn om samen erop toe te zien dat deze wijzigingen uitgevoerd worden, omdat het hier twee initiatieven betreft die zeer waardevol zijn; initiatieven waarin dit Parlement verbeteringen heeft weten aan te brengen.
 
905
<P>
 
906
<SPEAKER ID=55 LANGUAGE="DE" NAME="Schmid">
 
907
Mijnheer de Voorzitter, de voorstellen ter verbetering van de politiële samenwerking in Europa die wij hier vandaag bespreken zijn goede voorstellen.
 
908
Deze positieve evaluatie berust enerzijds op het feit dat aan de bijeenkomsten van de voor de politiële samenwerking bevoegde Groep van de Raad ook de eigenlijke uitvoerders van de werkzaamheden deelnemen, namelijk de politiefunctionarissen.
 
909
Anderzijds is het ook een goede zaak dat politiële acties op bekende routes worden uitgevoerd.
 
910
Dit systeem is reeds in het kader van de samenwerking tussen de Schengen-staten bijzonder succesvol gebleken.
 
911
De routestrategie is een methode die resultaat oplevert.
 
912
Gezien de ervaringsgegevens waarover wij thans beschikken - ik heb met een politiefunctionaris gesproken die dergelijke operaties organiseert - is het volkomen gerechtvaardigd dat dit instrument bij de politiële samenwerking in de Europese Unie wordt gehanteerd.
 
913
<P>
 
914
De door de heer Stewart-Clark ingediende amendementen genieten onze steun.
 
915
Wij weten immers dat de desbetreffende voorstellen in overleg met deskundigen tot stand zijn gekomen.
 
916
<P>
 
917
Wij sluiten ons vooral aan bij de voorstellen die betrekking hebben op het gemeenschappelijk optreden inzake politiële samenwerking. Wij zijn het met u eens dat hierbij niet enkel politieagenten moeten worden betrokken, maar ook mensen die bij de douane of bij andere op dit gebied bevoegde instanties werken.
 
918
<P>
 
919
Mijnheer de Voorzitter, wij hebben een probleem met de Duitse vertaling.
 
920
De uitdrukking law enforcement agency , die in het Engels een duidelijk omlijnde betekenis heeft, is in het Duits vertaald als Vollstreckungsteam en Vollstreckungseinrichtung .
 
921
Deze woorden hebben in het Duits een volledig andere betekenis.
 
922
Vollstrecken wordt in het Duits gebruikt bij terdoodveroordelingen of betalingsopdrachten.
 
923
Dit werkwoord is hier dus zeker niet op zijn plaats.
 
924
Wij hebben dan ook een amendement ingediend dat deze situatie moet rechtzetten.
 
925
<P>
 
926
Ik vrees dat zich in het voorstel van de heer Stewart-Clark betreffende de routestrategie een soortgelijk probleem voordoet.
 
927
De Engelse tekst luidt: "the best and most sophisticated intelligence" .
 
928
Ik kan deze woorden van de rapporteur enkel beamen.
 
929
In de Duitse vertaling wordt echter gesproken van "die besten nachrichtendienstlichen Instrumente" .
 
930
Dit betekent in het Duits dat bij de operaties geheime inlichtingendiensten betrokken zijn.
 
931
In bepaalde lidstaten - onder meer in het land waar ik vandaan kom - bestaat nochtans een strikte scheiding tussen de geheime dienst en de politie.
 
932
Wij zouden derhalve willen benadrukken dat de Engelse versie de basistekst is.
 
933
In dat geval kunnen wij voor het verslag stemmen.
 
934
<P>
 
935
De seconden die mij nog resten doe ik een van de volgende sprekers cadeau!
 
936
<P>
 
937
<SPEAKER ID=56 LANGUAGE="PT" NAME="Mendes Bota">
 
938
Mijnheer de Voorzitter, wij kunnen dit verslag van onze collega Sir Jack Stewart-Clark als bondig, relevant en doeltreffend omschrijven.
 
939
Hopelijk slagen de ordehandhavingsinstanties in een kader van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid erin de georganiseerde of gelegenheidsmisdaad, die jammer genoeg almaar toeneemt, snel, direct en doeltreffend te bestrijden.
 
940
Samenwerking tussen de politie- en douanediensten is een hoeksteen voor het welslagen van deze strijd.
 
941
Wij steunen dan ook het pleidooi van de rapporteur voor de oprichting van een multidisciplinaire groep op Europees niveau, die bevoegd is om de nodige beslissingen te nemen om de uitwisseling van informatie te verbeteren en de technische systemen voor de communicatie tussen de verschillende nationale instanties te harmoniseren.
 
942
<P>
 
943
Wij moeten de operationaliteit van de onderzoeksacties aan de buitengrenzen van de Unie verzekeren en de belangrijkste misdaadroutes onderzoeken.
 
944
De deelneming van Europol moet dan ook versterkt worden en de nu voorgestelde wijzigingen gaan in die richting.
 
945
Hoewel we kunnen stellen dat Europol pas sinds oktober jongstleden van start gegaan is na een lang ratificatieproces van de Europol-Overeenkomst uit 1995, wordt Europol in het Verdrag van Amsterdam een specifieke operationaliteit toegekend.
 
946
Het is geen Europese politie, maar een middel waarvan de politiediensten van de lidstaten zeker alle mogelijkheden moeten benutten.
 
947
Dit proces van politiesamenwerking heeft zijn succes bewezen via de echte "proefbank" van de intergouvernementele overeenkomst van Schengen.
 
948
Dit succes steunt natuurlijk op de mogelijkheid om veel politie in te zetten als en wanneer dat nodig is, zoals ook bepleit wordt in ontwerp 129 inzake "Enfopol" . Zoals onze rapporteur terecht zei, mogen de resultaten van deze gemengde samenwerkingsacties op het gebied van de bestrijding van de criminaliteit evenwel niet uitsluitend op het aantal verrichte arrestaties beoordeeld worden, maar moet ook de kwaliteit geëvalueerd worden.
 
949
<P>
 
950
<SPEAKER ID=57 LANGUAGE="PT" NAME="Rosado Fernandes">
 
951
Mijnheer de Voorzitter, bij stierengevechten kennen we de zogenaamde "spontane deelnemer" , een buitenstaander die de arena betreedt om de stier te bevechten.
 
952
Ik kon niet aan de verleiding weerstaan om het woord te voeren over het verslag van Sir Jack Stewart-Clark, aangezien ik in het verslag de bijzondere mentaliteit weerspiegeld zie van iemand die een politie wil, maar dan wel een goede politie.
 
953
Ook de misdaad zelf is er in de loop der jaren immers op vooruitgegaan.
 
954
Misdaden worden niet meer gepleegd door mannen met een gouden tand of met één hand.
 
955
Misdaden zijn nu het werk van mensen die tezamen met ons aan tafel zitten, die dezelfde opleiding genoten hebben, die aan dezelfde universiteiten gestudeerd hebben, die zelfs uit uitstekende families komen.
 
956
De misdaad is de jongste tijd "stijlvol" geworden en de in het verslag voorgestelde interdisciplinaire inspanning lijkt mij derhalve heel lovenswaardig.
 
957
De misdaad is momenteel zo gesofisticeerd dat men inderdaad op de hoogte moet zijn om ze uit te roeien.
 
958
Het gaat met andere woorden niet langer alleen maar over het aspect politie-dief, er is meer, en wel als gevolg van de toenemende mondialisering in de wereld waarin wij leven.
 
959
<P>
 
960
Ik verheug mij dan ook over de voorstellen van Sir Jack Stewart-Clark, aangezien ze mijns inziens beantwoorden aan de eis om een gesofisticeerde en interdisciplinaire Europol te creëren die over uitstekend opgeleide mensen beschikt, die al dan niet een universitaire opleiding genoten hebben.
 
961
<P>
 
962
<SPEAKER ID=58 LANGUAGE="SV" NAME="Sjöstedt">
 
963
Mijnheer de Voorzitter, de samenwerking tussen de politiediensten in de verschillende landen en tussen de politie en de douane is uiteraard noodzakelijk en welkom in de strijd tegen de misdaad.
 
964
Een aanzienlijk deel van de werkzaamheden van Europol behoren hier natuurlijk ook toe.
 
965
Het is echter belangrijk dat de politiële samenwerking niet uitmondt in het ontstaan van politiediensten onder EU-gezag of supranationale wetgeving.
 
966
Het gevaar bestaat dat er op termijn dubbel werk wordt gedaan door Interpol en het nieuwe Europol.
 
967
Het is belangrijk dat Europol het bestaande Interpol aanvult, en niet vervangt.
 
968
<P>
 
969
Ik wil graag iets zeggen over een bepaald punt in het verslag, namelijk amendement 11 over de overdracht van persoonsgegevens.
 
970
Dit is een zeer goed amendement dat onderstreept hoe belangrijk de conventie van de Raad van Europa op dit gebied is.
 
971
Ik betwijfel echter of dit voldoende is.
 
972
Ik denk namelijk dat Europol vandaag tekortschiet.
 
973
<P>
 
974
Met de Europol-Overeenkomst, meer bepaald artikel 10, lid 1, en de toepassingsvoorschriften, is het perfect mogelijk om personen te registreren die noch voor misdadige feiten veroordeeld werden noch van misdadige feiten verdacht zijn.
 
975
Het is zelfs mogelijk zeer delicate persoonsgegevens te registreren.
 
976
Naar mijn mening is het belangrijk dat een strenge controleautoriteit een strikt toezicht uitoefent op dit register zodra het in werking is getreden, zodat men niet hetzelfde meemaakt als met het register van de Overeenkomst van Schengen, het SIS-register.
 
977
In de praktijk heeft men over dit register immers alle controle verloren en ontbreekt het vereiste toezicht.
 
978
Dit is negatief zowel uit het oogpunt van de integratie als voor de bestrijding van de misdaad.
 
979
Een essentiële voorwaarde moet volgens mij zijn dat men alleen mensen mag registreren die veroordeeld zijn voor of verdacht worden van misdaad.
 
980
<P>
 
981
<SPEAKER ID=59 LANGUAGE="FR" NAME="Blot">
 
982
Mijnheer de Voorzitter, wat de eerste tekst betreft wordt er naar mijn mening in amendement 4 op artikel 2 op onsamenhangende wijze gesproken over allerlei maatregelen ter bestrijding van de internationale criminaliteit. Dergelijke maatregelen dienen nergens toe.
 
983
Het zijn maatregelen waarmee men zich politiek gezien wil profileren. Ik denk dus dat er geen bestaansgrond voor dit amendement is.
 
984
<P>
 
985
De tweede tekst gaat over de controle van de routes die door criminelen worden gebruikt. Ik ben enigszins verbaasd hoever de ideologie van de politieke correctheid en de eenheidsgedachte reikt in de amendementen die door de rapporteur zijn voorgesteld.
 
986
In amendement 1 verdwijnt de term "illegale immigratie" en in amendement 4 de term "politie" .
 
987
Ik denk dat men door het schrappen van deze woorden hoopt dat ook de werkelijkheid zal veranderen, maar dit is een al te optimistisch uitgangspunt.
 
988
<P>
 
989
Ik stel daarom voor de rationaliteit niet uit het oog te verliezen en de amendementen die hun oorsprong vinden in een bijgelovige angst voor de werkelijkheid te verwerpen.
 
990
De rapporteur durft deze werkelijkheid wellicht niet onder ogen te zien.
 
991
De illegale immigratie is evenwel een daadwerkelijk probleem en de politie hebben we in onze beschaafde samenleving hard nodig.
 
992
Tenslotte wil ik u niet onthouden dat ik van mening ben dat duidelijk taalgebruik ons alleen maar voordeel kan bieden.
 
993
<P>
 
994
<SPEAKER ID=60 LANGUAGE="FI" NAME="Matikainen-Kallström">
 
995
Mijnheer de Voorzitter, de grote uitdaging van de Europese politiële samenwerking zal niet de harmonisatie van de beleidsnormen zijn, maar het creëren van praktische samenwerkingsvormen op het niveau van de burgers tussen alle Europese staten.
 
996
Zonder gemeenschappelijke beleidscultuur en overeenkomende middelen kunnen verschillende waarschuwingssystemen tegen criminele activiteiten nooit bevredigend functioneren.
 
997
Aan Europol moeten in de toekomst aanzienlijke bevoegdheden worden gegeven. Ze moet een duidelijke en specifieke rol krijgen bij de coördinatie van de gemeenschappelijke controle aan de buitengrenzen van de Unie en bij de ontwikkeling van informatie-uitwisselings- en waarschuwingssystemen in handen van ambtenaren.
 
998
<P>
 
999
Het is belangrijk dat men met behulp van Europol in staat is bij politie en douane een duurzaam samenwerkingsverband te scheppen tussen de kandidaat-landen in Midden- en Oost-Europa en de Europese actoren.
 
1000
Een van de grootste zorgen en wensen van de Europese burgers in verband met het uitbreidingsproces van de Unie is juist het veilig stellen van de activiteiten op de interne markt en een intensivering van de strijd tegen de internationale misdaad.
 
1001
Men moet zich bij de strategie ter voorbereiding van de toetreding daarom meer concentreren op de scholing van politie- en douanebeambten en hun leidinggevenden in de voormalige communistische landen.
 
1002
De kandidaat-landen moeten lang voordat ze lid worden van de Europese Unie deel gaan nemen aan onder Europol functionerende samenwerkingsvormen zoals werkgroepen van politie- en douanebeambten.
 
1003
<P>
 
1004
De extra top in Tampere tijdens het Finse EU-voorzitterschap is gewijd aan de veiligheid binnen de Unie, waaronder de strijd tegen de drugshandel die in de interne markt goed gedijt.
 
1005
In Tampere moet beslist ook in ruimere zin worden gediscussieerd over de toekomstige uitdagingen van de politiële samenwerking in de Unie door zich vooral te concentreren op de problemen die het uitbreidingsproces van de Unie met zich meebrengt.
 
1006
<P>
 
1007
<SPEAKER ID=61 NAME="Gradin">
 
1008
Mijnheer de Voorzitter, de heer Stewart-Clark heeft een uitstekend verslag gemaakt over deze beide gemeenschappelijke maatregelen.
 
1009
Het voorzitterschap wil de Europese samenwerking versterken en de strijd tegen de georganiseerde misdaad coördineren, wat uiteraard de absolute steun van de Commissie krijgt.
 
1010
De behoefte om de uitwisseling van informatie en de samenwerking tussen inlichtingendiensten in de Unie te verbeteren bestaat reeds lang.
 
1011
De Schengensamenwerking is reeds een eind gevorderd en nu komt het erop aan deze samenwerking zoveel mogelijk uit te buiten.
 
1012
Bovendien zijn er volgens ons duidelijke richtlijnen nodig voor de uitvoering van gemeenschappelijke operaties en het geven van opleiding en training.
 
1013
<P>
 
1014
Wij stellen ook tevreden vast dat Europol een belangrijke rol krijgt toebedeeld in de beide gemeenschappelijke maatregelen. Dit geldt in het bijzonder voor de ontwikkeling van goede strategieën voor de opsporing van smokkelroutes.
 
1015
Wij vinden dit zeer positief.
 
1016
De Commissie zal samen met de lidstaten overwegen hoe ze het best kan bijdragen tot de uitvoering van deze maatregelen.
 
1017
Ik denk in de eerste plaats aan de mogelijkheden voor projectsteun die de programma's Oisin en Falcone ons bieden.
 
1018
<P>
 
1019
De Commissie kan de amendementen van de heer Stewart-Clark en de Commissie openbare vrijheden en binnenlandse zaken steunen.
 
1020
Naar onze mening dragen ze op een verdienstelijke wijze bij tot een verduidelijking van beide instrumenten.
 
1021
<P>
 
1022
<SPEAKER ID=62 NAME="De Voorzitter">
 
1023
Dank u wel, mevrouw Gradin.
 
1024
<P>
 
1025
Het debat is gesloten.
 
1026
<P>
 
1027
De stemming vindt om 15.00 uur plaats.
 
1028
<P>
 
1029
<CHAPTER ID=5>
 
1030
Programma "Leonardo da Vinci
 
1031
<SPEAKER ID=63 NAME="De Voorzitter">
 
1032
Aan de orde is de aanbeveling voor de tweede lezing (A4-0108/99), namens de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken, betreffende het gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van het besluit van de Raad tot vaststelling van de tweede fase van het communautaire actieprogramma inzake beroepsopleiding "LEONARDO DA VINCI" (13380/2/98 - C4-0001/99-98/0196 (SYN)) (rapporteur: mevrouw Susan A. Waddington).
 
1033
<P>
 
1034
<SPEAKER ID=64 LANGUAGE="EN" NAME="Waddington">
 
1035
Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, zoals u weet heeft het LEONARDO-programma in het middelpunt van de crisis in de Commissie gestaan.
 
1036
Het heeft niet zozeer de aandacht getrokken vanwege de doelstellingen van het programma en het voornemen om het tot vlaggenschip van het beroepsopleidingsbeleid van de Europese Unie te maken, maar meer omdat het in verband is gebracht met wanbeheer, fraude, geheimzinnigheid en vriendjespolitiek.
 
1037
Het is mijn taak als rapporteur om een nieuw programma, namelijk LEONARDO II, te helpen ontwerpen.
 
1038
Voor mij is het van primair belang om erop toe te zien dat het nieuwe LEONARDO-programma, dat op 1 januari 2000 van start moet gaan, echt van nut is voor de burgers van de Europese Unie, en dat het een bijdrage gaat leveren aan de modernisering van beroepsopleidingssystemen door de mobiliteit, supranationale samenwerking en de verspreiding van goede praktijken te bevorderen.
 
1039
<P>
 
1040
Het LEONARDO-programma moet een laboratorium van de innovatie worden, een actie die een scala aan partners en stagiaires aanmoedigt en hun de gelegenheid geeft om met nieuwe kansen en ideeën in aanraking te komen.
 
1041
Mijn aandacht is dus vrijwel geheel naar de kant van de begunstigden uitgegaan.
 
1042
Het is veelbetekenend dat dit Parlement heeft getoond dat het de belangen van de begunstigden van het programma ter harte neemt en, ondanks de crisis in de Commissie, met betrekking tot LEONARDO II onderzoek blijft doen, met het inwinnen van advies doorgaat, en verbeteringen voorstelt.
 
1043
<P>
 
1044
De Commissie, of althans zekere onderdelen daarvan, heeft niet alleen ons maar zeker ook de potentiële begunstigden gedupeerd door niet voor een efficiënt en correct beheer van het huidige LEONARDO-programma te zorgen; maar ik ben van mening dat wij, als leden van dit Parlement, de taak hebben om door verbetering van de programma's die door de Europese Unie gefinancierd worden meer kansen voor de burger te scheppen.
 
1045
Ik beveel daarom, na beschouwing van het auditverslag en het verslag van de wijzen, twee amendementen voor aanneming door het Parlement aan.
 
1046
<P>
 
1047
Noch de socialistische fractie, noch de PPE-fractie die in de commissie sociale zaken vertegenwoordigd zijn, willen de bestendiging zien van een systeem dat een contractant in staat stelt communautaire middelen te misbruiken, om vervolgens zijn eigen faillissement aan te vragen.
 
1048
Wij vragen daarom de verantwoordelijke Commissiediensten om het administratieve werk voor LEONARDO II op zich te nemen; en daarom ben ik voor amendement 34, waarvan je overigens zou kunnen zeggen dat het bezield is door het oude socialisme, het nieuwe conservatisme, en zelfs de nieuwe derde weg.
 
1049
<P>
 
1050
Ik wil het nu gaan hebben over de andere amendementen die door de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken zijn goedgekeurd.
 
1051
Ten eerste ben ik blij te kunnen zeggen dat de Raad zijn goedkeuring heeft gegeven aan vele amendementen van het Parlement die in eerste lezing zijn vastgesteld.
 
1052
Ook begrijp ik eruit dat óf de geest óf de inhoud van verschillende amendementen die in tweede lezing door de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken zijn ingediend door het Duitse voorzitterschap worden gesteund.
 
1053
<P>
 
1054
De amendementen die weer zijn ingediend gaan over de complementariteit tussen LEONARDO II, het Europees Sociaal Fonds, en de werkgelegenheidsrichtsnoeren.
 
1055
Deze amendementen kennen een hogere prioriteit toe aan levenslang leren in plaats van zich uitsluitend op de opleiding van jongeren te concentreren.
 
1056
Er wordt grotere nadruk gelegd op de toegankelijkheid en toegankelijkheidssystemen voor groepen die kwetsbaar zijn voor uitsluiting en discriminatie, waaronder lichamelijk gehandicapten, en de reeks partners wordt uitgebreid met niet-gouvernementele organisaties en KMO's.
 
1057
<P>
 
1058
De nieuwe amendementen hebben ook het doel om evaluatie- en controlesystemen te verbeteren, en om management-en besluitvormingsprocessen te stroomlijnen en te verbeteren.
 
1059
Kort gesteld is het mijn doel om LEONARDO II te kunnen omschrijven als het programma waarin het ontwikkelen van beroepsopleidingsystemen voor allen centraal staat; een allesomvattende benadering die opleidingskansen door de hele Europese Unie helpt beïnvloeden en ontwikkelen, en waarmee dwarsverbanden met het Europees Sociaal Fonds en de werkgelegenheidsrichtsnoeren gelegd kunnen worden.
 
1060
<P>
 
1061
Het doel van deze amendementen is het voorbereiden van een nieuw programma dat niet zoals voorheen met fraude in verband wordt gebracht, maar met een verhoging van kansen, met strakheid en helderheid.
 
1062
Ik ben mij ook bewust van het belang om vandaag nog overeenstemming over deze voorstellen te bereiken, om te zorgen dat er genoeg tijd voor de voorbereiding van het nieuwe programma overblijft, dit alles met het doel om op 1 januari 2000 van start te kunnen gaan.
 
1063
Dit tijdschema kan niet gehaald worden als wij wachten tot het Verdrag van Amsterdam in mei van kracht wordt.
 
1064
Dus, zoals het LEONARDO I-programma centraal heeft gestaan bij het blootleggen van gebrekkige Commissiestructuren, zo kondigt dit nieuwe programma, LEONARDO II, met behulp van onze beslissingen van vandaag een nieuw begin aan, alsmede de vastberadenheid van dit Parlement om voor de werkgelegenheid en opleidingskansen voor de burgers van Europa te blijven werken.
 
1065
<P>
 
1066
<SPEAKER ID=65 NAME="W. van Velzen">
 
1067
Voorzitter, mevrouw Waddington die voortreffelijk werk heeft geleverd bij dit verslag is in haar toespraak vooral ingegaan op de inhoud van LEONARDO en terecht.
 
1068
Ik wil vooral ingaan op het management daarvan.
 
1069
Het ontbreken van een fatsoenlijk management bij LEONARDO mag gezien worden als één van de centrale oorzaken voor de crisis waarin wij op het ogenblik verkeren.
 
1070
Het zou dan ook belachelijk zijn als wij daar in deze vergadering geen aandacht aan besteden.
 
1071
<P>
 
1072
Het zou echter verkeerd zijn om de conclusies die te trekken zijn uit het functioneren van de technische adviesbureaus uitsluitend te concentreren op dat wat er bij LEONARDO gaat gebeuren in de toekomst, want technisch adviesbureaus zijn een algemeen verschijnsel, die vinden wij in alle directoraten-generaal.
 
1073
Het lijkt mij dan ook fatsoenlijk en verstandig om in het algemeen conclusies te trekken.
 
1074
In feite zijn die conclusies al getrokken in het rapport van wijzen waarin wordt geformuleerd dat de Commissie nooit essentiële politieke verantwoordelijkheden zou mogen delegeren aan particulieren en dat contracten die gesloten zijn strikte bepalingen c.q. verplichtingen moeten bevatten die garanderen dat het algemeen belang altijd gediend wordt en niet het belang van de private onderneming.
 
1075
Vervolgens dat het toezicht van de overheid zo doeltreffend dient te zijn en dat er geen sprake kan zijn op die manier van een te grote afhankelijkheid van de externe adviseurs.
 
1076
Een punt waar ook mevrouw Waddington op heeft gewezen.
 
1077
<P>
 
1078
Dat zijn lessen die naar onze mening getrokken moeten worden door de Commissie, maar het zou belachelijk zijn om uitsluitend te praten over lessen die te trekken zijn door de Commissie.
 
1079
Er zijn ook lessen te trekken door het Europees Parlement en de Raad. Want een van de lessen die helder getrokken moet worden is dat aan de wortel van de crisis onder andere het begrotingsbeleid ligt.
 
1080
Vele vragen van de kant van het Europees Parlement, weinig middelen die daar structureel ter beschikking worden gesteld.
 
1081
Ik vind dan ook dat in de begrotingsdiscussie en vooral in de tweede lezing in september de consequenties helder moeten worden getrokken en dat betekent oplossingen creëren voor de problemen van het verleden en dat betekent een groter budget om deskundigheid in huis te nemen.
 
1082
Dat betekent overigens niet dat ik daarmee formuleer dat technische adviesbureaus altijd uit den boze zijn.
 
1083
Als zij voldoen aan de criteria kan dat absoluut de tijdelijke nood verlichten.
 
1084
<P>
 
1085
Tenslotte, wij verkeren in een hele merkwaardige positie.
 
1086
Mevrouw Waddington heeft vooral onderhandeld met de Raad omdat de Commissie op dit moment niet functioneert.
 
1087
Dat betekent dat er een bijzondere verplichting rust op de Raad.
 
1088
Normaal gesproken kan de Raad uitsluitend bij unanimiteit een amendement van het Parlement verwerpen indien dat gesteund is door de Commissie.
 
1089
Dat ontbreekt op dit moment.
 
1090
Dat betekent dat de Raad zou kunnen overrulen het akkoord tussen mevrouw Waddington en het Duitse voorzitterschap.
 
1091
Ik vind dat de huidige situatie aanleiding is om de Raad ertoe te verplichten zich hard te maken voor het akkoord dat hij heeft gesloten en daarmee te voorkomen dat unanimiteit bereikt kan worden in de Raad ter verwerping van het akkoord gesloten met het Europees Parlement.
 
1092
Dat is een bijzonder facet dat denk ik bijzondere aandacht verdient niet alleen bij ons onderwerp, maar ook bij de volgende.
 
1093
<P>
 
1094
<SPEAKER ID=66 LANGUAGE="DE" NAME="Mann, Thomas">
 
1095
Mijnheer de Voorzitter, sedert de debatten die wij het voorbije jaar op 5 november hebben gehouden over de tweede fase van het LEONARDO DA VINCI-programma is er heel wat veranderd.
 
1096
De doelstelling is nochtans dezelfde gebleven.
 
1097
Wij willen de acties van de lidstaten inzake opleiding aanvullen en op elkaar afstemmen.
 
1098
Teneinde de doelmatigheid van dit specifieke programma te verhogen trachten wij een netwerk uit te bouwen waarvan ook andere opleidingsprogramma's zoals SOCRATES en JEUGD VOOR EUROPA, communautaire initiatieven en de structuurfondsen deel uitmaken.
 
1099
<P>
 
1100
De beroepsopleiding werkt zowel de innovatie als het scheppen van werkgelegenheid in de hand en zorgt voor een duurzame concurrentiepositie op de wereldmarkten. Hiervoor dient nochtans aan twee voorwaarden te worden voldaan.
 
1101
Enerzijds moet men over geïntegreerde systemen beschikken en anderzijds moeten voldoende financiële middelen worden uitgetrokken.
 
1102
<P>
 
1103
Vele trefwoorden blijven actueel, bijvoorbeeld het streven naar kwaliteitsverbetering van de beroepsopleiding, hetgeen in onze lifelong learning strategie vervat zit, de bevordering van gelijke kansen voor mannen en vrouwen, de bestrijding van alle vormen van discriminatie, de gekwalificeerde toegang tot een voortgezette opleiding, speciale aandacht voor omscholing, herintreding, uitsluiting, gehandicapten en oudere werknemers, alsmede de constructieve dialoog met niet-gouvernementele organisaties.
 
1104
De door ons geëiste substantiële verhoging van de middelen die voor LEONARDO worden uitgetrokken is van fundamenteel belang met het oog op de toekomst.
 
1105
Gelet op de nieuwe taken die ons te wachten staan, de nieuwe termijnen en de nieuwe, aanzienlijk verruimde toepassingsgebieden kan niemand hieraan twijfelen.
 
1106
<P>
 
1107
De concrete verwezenlijking van het programma heeft echter drastische veranderingen ondergaan. Een van de redenen waarom de Europese Commissie begin vorige week haar ontslag heeft ingediend, heeft te maken met het gebrekkige beheer van LEONARDO.
 
1108
De ad hoc onderzoekscommissie, het zogenaamde Comité van Wijzen, heeft de conclusies van de Commissie begrotingscontrole van het Europese Parlement inhoudelijk ten volle bevestigd. Er werden talrijke onregelmatigheden geregistreerd.
 
1109
Ik citeer: "Een zienswijze op onregelmatigheden die op zichzelf al moet worden beschouwd als aanmoediging tot corruptie."
 
1110
Bij het sluiten van de overeenkomsten werden geen objectieve beoordelingscriteria gehanteerd.
 
1111
Instanties die een nauwe band met de opdrachtgevers hadden, werden daarentegen als contractant of partner bevoordeeld.
 
1112
Hoe vaak hebben de betrokkenen zich niet bij de bevoegde Europese afgevaardigden beklaagd over dubieuze beslissingen!
 
1113
Mevrouw Cresson heeft het nagelaten de voorzitter van de Commissie en het Europees Parlement over deze onregelmatigheden te informeren.
 
1114
Hoe wordt dit in het rapport van de wijzen geformuleerd? Ik citeer: "Het behoort tot elementair "gezond verstand' dat de Commissie bij de besluitvorming door het Parlement behulpzaam had moeten zijn."
 
1115
Men heeft ons derhalve gegevens verzwegen die bij de opstelling van het vervolgprogramma van betekenis hadden kunnen zijn.
 
1116
<P>
 
1117
Ik zou mevrouw Waddington, die eens te meer uitstekend en nauwkeurig werk heeft geleverd, willen verzoeken de amendementen van de EVP-fractie te steunen.
 
1118
<P>
 
1119
Mijnheer Liikanen, wij wensen dat de Commissie bij de tenuitvoerlegging van LEONARDO geen beroep meer doet op externe krachten, maar de nodige herstructureringen uitvoert om haar eigen personeel in te zetten.
 
1120
De uiteindelijke verantwoordelijkheid berust bij de Commissie. Zij mag het initiatief niet aan anderen overlaten en moet zich ertoe verplichten de acties en de daarvoor uitgetrokken middelen nauwkeurig te controleren.
 
1121
De taken van de nationale beheersinstanties, die het voorwerp van ons tweede amendement uitmaken, moeten eveneens intern worden waargenomen en mogen niet aan derden worden opgedragen.
 
1122
<P>
 
1123
Met behulp van deze wijzigingen zou de Commissie erin moeten slagen de transparantie te vergroten en een nauwkeurige controle op de werkzaamheden en de uitgaven uit te oefenen.
 
1124
Deze nieuwe start komt de toekomstige beroepsuitoefening van honderdduizenden Europeanen ten goede!
 
1125
<P>
 
1126
<SPEAKER ID=67 NAME="Boogerd-Quaak">
 
1127
Mijnheer de Voorzitter, commissaris, collega's, technisch gezien ligt er een goed programma voor.
 
1128
Het vorige LEONARDO-programma was technisch gezien ook een goed programma en tienvoudig overtekend.
 
1129
Er is dus grote belangstelling bij de bevolking in Europa voor dit programma.
 
1130
Mevrouw Waddington heeft haar werk uitstekend gedaan en daar zit het pijnpunt niet.
 
1131
Het pijnpunt naar mijn opvatting zit vandaag dat wij doen alsof er niets gebeurd is, alsof er geen rapport ligt van het Comité van Wijzen en of wij ook niet zelf daar lessen uit zouden moeten trekken.
 
1132
Ik vind het niet wijs om vanmiddag dit programma te stemmen.
 
1133
Wij weten nog steeds niet wat de Europese Raad daadwerkelijk gaat doen met de toekomst van de Europese Commissie, op welke korte termijn men daadwerkelijk oplossingen heeft voor de gerezen problemen, waardoor die tot het verleden gaan behoren.
 
1134
Wij stellen hier wederom voor en ook, mijnheer de Voorzitter, collega's, ben ik daar een voorstander van om op termijn het budget voor LEONARDO te verhogen, maar aan de andere kant hebben wij op dit moment nog geen enkele garantie dat de gerezen problemen adequaat worden opgelost.
 
1135
Ik zal dan ook bij de stemming vragen om uit te stellen tot april.
 
1136
Dit is zeer wel mogelijk, collega's, want COREPER vergadert op 14 april en binnen de daarvoor gestelde tijd zou er alsnog gestemd kunnen worden.
 
1137
Wij hebben dan in ieder geval de zekerheid dat de Europese Raad de crisis serieus neemt en die ook wil oplossen.
 
1138
<P>
 
1139
Tot mijn stomme verbazing moet ik zeggen dat er bij collega's maar heel weinig steun is voor dit idee.
 
1140
Ik begrijp dit niet. Want als wij niet voor het uitstel kiezen verliezen wij op dit moment een drukmiddel.
 
1141
Het brengt mijn fractie ook in de problemen die dan voor de keus staat om wel te stemmen of niet te stemmen.
 
1142
Ik moet dan nog zoeken naar een lijst. Ik voel er niet erg veel voor om de stemmogelijkheid weg te geven.
 
1143
Dus dan kan er misschien een ander drukmiddel bedacht worden om de Raad onder druk te zetten.
 
1144
Maar grote voorkeur en het beste politieke signaal dat wij kunnen afgeven is uitstel van de stemmingen.
 
1145
Collega's, ik doe nogmaals een dringend beroep op u om die weg te bewandelen.
 
1146
Anders zijn wij politiek weer net bezig als wij altijd bezig waren.
 
1147
<P>
 
1148
<SPEAKER ID=68 LANGUAGE="FR" NAME="Guinebertière">
 
1149
Mijnheer de Voorzitter, het beheer van het programma LEONARDO DA VINCI is aan een streng toezicht onderworpen en daarover ben ik verheugd.
 
1150
Wat de recente onthullingen betreft, ben ik er met name ontriefd over dat er zoveel geld over de balk is gesmeten zonder dat de beroepsopleiding daarvan heeft kunnen profiteren.
 
1151
We weten dat de programma's altijd aan een bemiddelingsprocedure onderworpen worden. Deze procedures vormen overigens in de eerste plaats een machtsstrijd tussen de Raad en het Parlement, waarbij het met name om geld draait.
 
1152
Laten we daarom goed gebruik maken van het geld en daarmee onze doelmatigheid vergroten.
 
1153
<P>
 
1154
Dit programma heeft overigens bevredigende resultaten opgeleverd.
 
1155
Het doel ervan wordt immers niet ter discussie gesteld. Het programma moet wel verder worden ontwikkeld en moet zich met name op meer specifieke doelgroepen gaan richten.
 
1156
Als Europa ervan beschuldigd wordt dat het de werkloosheid uit de hand laat lopen, dan moet het met oplossingen komen. Het LEONARDO-programma is zo'n oplossing omdat het mensen beter inzetbaar maakt voor verschillende banen en omdat het de oprichting van nieuwe bedrijven stimuleert.
 
1157
<P>
 
1158
De Raad en de Commissie blijven echter onverbeterlijk, aangezien ze weigeren de amendementen te accepteren op basis waarvan gehandicapten voorrang zouden krijgen in deze programma's en waarbij minder bedeelden onder bijzondere voorwaarden aan deze programma's zouden kunnen deelnemen.
 
1159
Ook het voorstel om dit programma aan te laten sluiten op het Europees Sociaal Fonds is niet overgenomen.
 
1160
<P>
 
1161
Waarom wordt de duur van dit programma op 7 jaar gesteld?
 
1162
Is dat niet te lang?
 
1163
Waartoe dienen alle tussentijdse evaluaties als het programma voor zo'n lange tijd wordt vastgesteld?
 
1164
Verder betreur ik het dat in het gemeenschappelijk standpunt weinig plaats wordt vrijgemaakt voor de sociale partners die dit programma moeten beheren.
 
1165
In Europa is LEONARDO DA VINCI het symbool van creativiteit en vindingrijkheid.
 
1166
De Raad en de Commissie hebben zich blijkbaar niet door deze deugden laten inspireren.
 
1167
<P>
 
1168
Om die reden gelooft de burger niet in de toegevoegde waarde van Europa. Dat betreur ik.
 
1169
We moeten ervoor zorgen dat het Parlement de Commissie en de Raad ertoe aanzet met de burger rekening te houden.
 
1170
<P>
 
1171
<SPEAKER ID=69 LANGUAGE="DE" NAME="Wolf">
 
1172
Mijnheer de Voorzitter, ik meen dat wij hier met een situatie te maken hebben die kenmerkend is voor de problematiek van de Europese programma's.
 
1173
Het opstellen van een degelijk en absoluut noodzakelijk programma is geen vrijbrief voor wanbeheer.
 
1174
Wij hebben mevrouw Cresson tijdens onze laatste discussie opgedragen in het belang van LEONARDO II orde op zaken te stellen.
 
1175
Daar is ondertussen meer vaart in gekomen dan verwacht, maar er wordt in elk geval schoon schip gemaakt.
 
1176
Zoveel is duidelijk.
 
1177
<P>
 
1178
Dankzij LEONARDO II is de Europese dimensie van de beroepsopleiding, de toegang tot het levenslang leren, uitgegroeid van een dekwalificatieslogan tot een ware kans.
 
1179
Het Parlement draagt in dit verband een bijzondere verantwoordelijkheid, aangezien het hieraan in overleg met de Raad concreet vorm moet geven.
 
1180
<P>
 
1181
Wij moeten ons daarbij natuurlijk de vraag stellen hoe een efficiënte oplossing kan worden gevonden voor het probleem van de verantwoordelijkheid met betrekking tot de besteding van overheidsgelden.
 
1182
Wij kunnen ons hiervoor niet zonder meer beroepen op vroegere modellen van overheidsadministratie.
 
1183
Die hebben afgedaan.
 
1184
Wij hebben nieuwe modellen nodig waarin ook de middelen voor uitbesteding van opdrachten een plaats krijgen.
 
1185
We moeten echter vermijden dat het beheer van deze gelden de speelbal van economische mechanismen of maffiastructuren wordt.
 
1186
Deze situatie leidt zonder enige twijfel tot het resultaat dat we maar al te goed kennen.
 
1187
Aan deze mistoestanden moet een einde komen.
 
1188
De verantwoordelijkheid moet opnieuw terrein winnen.
 
1189
Dat is de voornaamste taak die de Raad en het Parlement te wachten staat en die de nieuwe Commissie concreet moet invullen.
 
1190
Ik hoop dan ook dat de demissionaire Commissie deze koers aanhoudt.
 
1191
<P>
 
1192
<SPEAKER ID=70 NAME="Maes">
 
1193
Mijnheer de Voorzitter, dit programma-LEONARDO is belangrijk maar het werd slecht bestuurd.
 
1194
Het mismanagement en de wantoestanden die aan het licht zijn gekomen, hebben mij ertoe aangezet om naar de rechtbank te stappen uit vrees dat het anders in de doofpot zou geraken.
 
1195
Gelukkig is dit niet gebeurd.
 
1196
Integendeel, het heeft een culminatiepunt gebracht in de crisis en wij hebben de zekerheid dat althans deze augiasstal wordt uitgemest.
 
1197
Maar toch zijn wij niet gerust en ik wil de Commissie vragen om er speciaal op te letten dat op dit ogenblik de zaken in het honderd dreigen te lopen en dat men zich verstopt achter het feit dat de zaken, de dossiers, verzegeld zijn door de rechtbank.
 
1198
<P>
 
1199
Op dit ogenblik is de opvolging van het LEONARDO-programma onbestaande en dit is niet verantwoord.
 
1200
Het programma dreigt daardoor te stokken, want de aanvragen worden zelfs niet behandeld.
 
1201
Nochtans is het mogelijk als terzake deskundige personeelsleden van de vroegere BAT'S onverwijld aan het werk worden gezet.
 
1202
Het argument dat de dossiers verzegeld zijn, is niet valabel aangezien van alle dossiers dubbels bestaan die gebruikt kunnen worden, mits een zinnig en dringend overleg tussen de Commissie, de curator en de onderzoeksrechter.
 
1203
<P>
 
1204
In de toekomst moet men de praktijk van de BAT'S zoveel mogelijk vermijden zo niet uitsluiten, al was het maar om te beletten dat onder de ogen van de commissie sociale zaken in ons eigen Europees Parlement door deze BAT's een personeelsbeleid gevoerd kan worden dat haaks staat op elk sociale wetgeving van de lidstaten.
 
1205
Derhalve vraag ik dat onverwijld de Commissie, de Raad en het Parlement samen zouden gaan zitten om te eisen dat de dossiers op tafel komen en dat een programma dat hier door iedereen zo belangrijk wordt geacht ook daadwerkelijk kan worden voortgezet in de toekomst.
 
1206
<P>
 
1207
<SPEAKER ID=71 LANGUAGE="EL" NAME="Papakyriazis">
 
1208
Mijnheer de Voorzitter, de houding van het Europees Parlement ten aanzien van LEONARDO II wordt bepaald door twee beginselen:
 
1209
<P>
 
1210
ten eerste moet dit programma zo spoedig mogelijk worden toegepast.
 
1211
Dit betekent dat wij nu onmiddellijk met de voorbereidingen van start moeten gaan en zodra deze voorbereidende procedure is afgesloten, dit programma onmiddellijk moeten toepassen.-ten tweede moet men bij de toepassing goed beslagen ten ijs komen. Dit betekent dat de voorbereiding dient te geschieden aan de hand van de hier reeds besproken prioriteiten en rekening dient te houden met de problemen die zich bij LEONARDO I voordeden.Ik wil niet nader ingaan op het enorme vraagstuk van de bureaus voor technische bijstand.
 
1212
Dit betekent geenszins dat ik dit vraagstuk onderschat. Integendeel, ik besef wel degelijk hoe belangrijk dit is.
 
1213
Dit is zelfs van doorslaggevend belang voor transparantie en correct beheer.
 
1214
Ik kan mij echter in grote lijnen scharen achter hetgeen de collega's en de rapporteur hierover hebben gezegd.
 
1215
Wel vind ik dat wij dit vraagstuk van de BTB's niet mogen doen ondergaan in het algemene vraagstuk waar wij gisteren over spraken en vanmiddag over stemmen.
 
1216
Ik wil dan ook liever mijn opmerkingen concentreren op het LEONARDO-programma zelf en een verband leggen tussen dit programma en het SOCRATES-programma en het JEUGD-programma.
 
1217
<P>
 
1218
Deze programma's moeten hun krachten bundelen en inspelen op de activiteiten van de structuurfondsen en met name het Cohesiefonds. Daarbij moeten wij altijd blijven beseffen wat de hoofdzaak is van deze programma's.
 
1219
Wij willen hiermee een boodschap de wereld insturen.
 
1220
Wij willen via de beroepsopleiding duidelijk maken hoe belangrijk voor ons de bestrijding van werkloosheid is. Wij willen hiermee de actieve, verantwoorde burger steunen.
 
1221
Wij willen dat ondanks de cultuurverschillen in de Europese Unie gemeenschappelijke fundamentele waarden ontstaan. Ik denk dat deze prioriteiten als zodanig moet worden gehandhaafd en het Europees Parlement vandaag zijn bijdrage tot dit vraagstuk moet afronden.
 
1222
<P>
 
1223
<SPEAKER ID=72 NAME="Pronk">
 
1224
Voorzitter, ik wou ook het belang van het programma onderlijnen. Ik wou ook mevrouw Waddington van harte bedanken voor het vele werk dat zij erin gestoken heeft.
 
1225
Ik denk dat het in een Europese arbeidsmarkt buitengewoon belangrijk is dat mensen ervaringen opdoen in andere lidstaten en dat wordt door dit programma tot stand gebracht.
 
1226
Het blijkt ook uit de overtekening ervan.
 
1227
<P>
 
1228
Ik wil toch even ingaan op de kwestie van de BAT's, omdat dat datgene is wat ons de laatste tijd het meest heeft beziggehouden.
 
1229
Ik ben het helemaal eens met datgene wat met name door Wim van Velzen en Thomas Mann over dat onderwerp gezegd is.
 
1230
Maar ik denk toch dat er nog iets aan de hand is.
 
1231
De commissaris heeft in de Begrotingscommissie gezegd dat iedereen die zich tegen de BAT's verzet eigenlijk old labour was.
 
1232
Ik heb dat mij nogal aangetrokken als iemand wiens grootvader in Nederland op het Malieveld stond om te voorkomen dat er in Nederland een socialistische revolutie zou uitbreken om voor old labour uitgemaakt te worden, terwijl men alleen maar grote vraagtekens kan stellen bij die BAT's.
 
1233
Ik ben het eens met degenen die zeggen en ook wat Wim van Velzen gezegd heeft dat in bepaalde gevallen BAT's aanvaardbaar zijn, maar in heel beperkte gevallen, denk ik, Voorzitter.
 
1234
In het algemeen is er een probleem bij de core business of government .
 
1235
Dat was hier aan de gang.
 
1236
Bij faillissement blijkt dan in welke moeilijkheden men terecht komt.
 
1237
De hele zaak staat stil, omdat een Belgische rechter moet beslissen over iets wat feitelijk Europese papieren zijn.
 
1238
Ik denk dat dat onjuist is.
 
1239
Hoe zou men er over denken als men bijvoorbeeld de hele socialezekerheidsadministratie van Finland zou uitbesteden aan Zweden en de Zweedse firma zou dan failliet gaan.
 
1240
Dat zou, denk ik, toch wat problemen in Finland met zich meebrengen.
 
1241
Ik denk dat wij dat in het oog moeten houden.
 
1242
Wij gaan buiten de rechtsmacht van de Unie om als wij een BAT creëren. Je moet dus ook nadenken als er een faillissement optreedt, worden de belangen van de Unie dan niet in hoge mate geschaad.
 
1243
<P>
 
1244
Een ander punt dat natuurlijk erg meespeelt, is de kwestie van de socialezekerheidsbetalingen.
 
1245
Er zijn tientallen gevallen dat er ofwel sprake is van onderbetaling ofwel is er sprake van het helemaal niet betalen van sociale zekerheid.
 
1246
Daar is onvoldoende controle op van de zijde van de Commissie.
 
1247
Tegenover Belgische autoriteiten beroept men zich er vaak op een uitvloeisel te zijn van Europa, wat dan in feite helemaal niet zo is want men blijkt dan toch gewoon onder Belgisch recht te vallen.
 
1248
Dat geeft een buitengewoon onaangename situatie.
 
1249
Daarom denk ik dat wij zeker in dit programma, dat de aanleiding heeft gegeven tot de hele BAT, de BAT niet toe moet laten.
 
1250
Wij kunnen ons dat niet veroorloven.
 
1251
De Raad kan het zich niet veroorloven, als hij tenminste werkelijk bezig is de bezem door het geheel te halen.
 
1252
Wij kunnen het niet veroorloven en er moeten dan maar budgettaire oplossingen gevonden worden om dat te dichten anders gaat het werkelijk niet.
 
1253
Wij kunnen niet in dit programma uitdrukkelijk een BAT laten staan.
 
1254
Als wij dat doen dan maken wij ons volkomen ongeloofwaardig, vandaar dat wij een amendement hebben ingediend.
 
1255
Dat amendement lost, denk ik, deze zaak op en dan wordt in ieder geval deze BAT gebracht naar datgene wat het is.
 
1256
In dit geval is BAT bad en dat moeten wij niet vergeten.
 
1257
<P>
 
1258
<SPEAKER ID=73 LANGUAGE="SV" NAME="Lindqvist">
 
1259
Mevrouw de Voorzitter, dit is een goed verslag dat de toegang tot opleiding, stage en arbeid in Europa moet bevorderen, discriminatie tegengaan, gelijke kansen en de integratie van gehandicapten op de arbeidsmarkt en in het beroepsleven bevorderen.
 
1260
Het is bijzonder belangrijk voor kleine en middelgrote ondernemingen en voor industriële en ambachtelijke ondernemingen.
 
1261
Het is ook enorm belangrijk dat de sociale partners vanaf het begin bij deze samenwerking betrokken worden om de kansen op een baan te verhogen, want dat is uiteindelijk de bedoeling van een opleiding.
 
1262
Wij moeten samen de werkloosheid terugdringen en de werkgelegenheid in Europa doen toenemen.
 
1263
Dat is een van onze allerbelangrijkste taken.
 
1264
<P>
 
1265
Voor de geloofwaardigheid van deze programma's zijn een nieuwe soort controle, evaluatie en regelmatige rapportering aan het Parlement alsook openheid en inzage in documenten noodzakelijk.
 
1266
Het is nogal provocerend vind ik, dat wij het aftreden van de Commissie en het LEONARDO DA VINCI-programma op dezelfde dag behandelen, want dit programma was een van de oorzaken voor het aftreden van de Commissie wegens fraude, gesjoemel en wanbeheer van financiële middelen.
 
1267
Het zou logisch zijn dat men wacht met de stemming over het programma tot de problemen rond het wanbeheer van financiële middelen in vorige projecten opgelost zijn.
 
1268
Ik hoop dat mijn collega's het belang hiervan inzien, vooral ook met het oog op de beoordeling van onze activiteiten door de publieke opinie.
 
1269
Onze fractie zal dit in elk geval naar voren schuiven voordat een beslissing over dit programma wordt genomen.
 
1270
<P>
 
1271
<SPEAKER ID=74 LANGUAGE="EN" NAME="Liikanen">
 
1272
Mevrouw de Voorzitter, ik voer hier het woord onder zeer uitzonderlijke omstandigheden, dus zal ik het kort maken.
 
1273
Laat ik u ten eerste meedelen dat de Commissie 30 van de 33 op het verslag-Waddington ingediende amendementen aanneemt.
 
1274
De Commissie kan de amendementen 12 en 21 echter niet overnemen.
 
1275
Wat betreft amendement 26, dat het belangrijkste amendement inzake de bureaus voor technische bijstand is, zal ik de bezwaren van de Commissie schriftelijk uiteenzetten.
 
1276
<P>
 
1277
Wij hebben het al eerder in deze Vergadering gehad over ditzelfde punt, toen wij spraken over de begrotingsprioriteiten voor het jaar 2000.
 
1278
Het standpunt van de rapporteur was toen dat men in principe niet alle bureaus voor technische bijstand moest opheffen, maar dat men zou moeten garanderen dat zij geen taken uitvoeren die tot de openbare sector behoren.
 
1279
Wij hebben aan de algemene regelgeving op dit gebied gewerkt en ik zou hier willen opmerken dat het duidelijk is dat de manier waarop de bureaus voor technische bijstand zijn gebruikt te vaag is geweest, en dat die bureaus eigenlijk twee verschillende soorten taken hebben uitgevoerd.
 
1280
<P>
 
1281
Wij moeten een situatie zien te scheppen waarin de taakomschrijving voor de BTB's helder omschreven kan worden. Regels inzake onprofessioneel gedrag, regels voor het juiste beheer van middelen, en - last but not least, het zeer belangrijke punt van de heer Pronk - het benoemen van een externe registeraccountant voor elke BTB, die erop toe moet zien dat aan alle vormen van nationale wetgeving wordt voldaan: dat zou een andere basis voor het functioneren van de bureaus creëren.
 
1282
Maar ik wil liever niet in details treden over deze discussies.
 
1283
Wij zullen daar in een ander verband nog op terugkomen.
 
1284
<P>
 
1285
Het is echter duidelijk dat wij op de korte en middellange termijn enige oplossingen zullen moeten vinden voor die taken die van tijdelijke aard zijn, en die op korte termijn en met snelheid uitgevoerd moeten worden.
 
1286
Wat betreft de Europese instellingen moeten die bureaus die aan de besluitvorming deelnemen, dat wil zeggen, die politieke machtsbevoegdheid hebben, overgeplaatst worden.
 
1287
Ik zal de bijzonderheden over dat standpunt later aan mevrouw Waddington meedelen.
 
1288
<P>
 
1289
<SPEAKER ID=75 NAME="De Voorzitter">
 
1290
Hartelijk dank, mijnheer Liikanen.
 
1291
<P>
 
1292
Het debat is gesloten.
 
1293
<P>
 
1294
De stemming vindt vanmiddag om 15.00 uur plaats.
 
1295
<P>
 
1296
De vergadering wordt om 12.10 uur onderbroken en om 15.05 uur hervat
 
1297
<P>
 
1298
<CHAPTER ID=6>
 
1299
Verwelkoming
 
1300
<SPEAKER ID=76 NAME="De Voorzitter">
 
1301
Waarde collega's, het doet mij genoegen welkom te heten de winnaar van de Nobelprijs voor literatuur, José Saramago, die op de officiële tribune heeft plaatsgenomen.
 
1302
<P>
 
1303
Langdurig applaus
 
1304
<P>
 
1305
<SPEAKER ID=77 LANGUAGE="EN" NAME="Ford">
 
1306
Mijnheer de Voorzitter, een beroep op het Reglement.
 
1307
Ik weet dat iedereen klaagt over het gebrek aan belangstelling voor het werk van het Parlement, maar daar zijn wijzelf gedeeltelijk verantwoordelijk voor.
 
1308
Gisteravond, om tien voor negen, probeerde een lid van de Japanse delegatie toegang te krijgen tot het debat over het verslag van de heer Tindemans over KEDO.
 
1309
Hem werd door de veiligheidsdienst verteld dat de zitting al beëindigd was.
 
1310
Gezien het feit dat ik hier met nog veel andere Parlementsleden tussen negen en elf uur aanwezig was, zou het misschien een idee zijn als wij onze veiligheidsdienst niet alleen een vergaderingskalender maar ook een vergaderingstijdschema zouden geven.
 
1311
<P>
 
1312
<SPEAKER ID=78 NAME="De Voorzitter">
 
1313
Wij zullen deze zaak onmiddellijk onderzoeken en de nodige maatregelen nemen om te voorkomen dat zich een dergelijke situatie in de toekomst opnieuw kan voordoen.
 
1314
<P>
 
1315
<SPEAKER ID=79 NAME="Duhamel">
 
1316
Mijnheer de Voorzitter, ik heb zojuist uit een persbericht van het nieuwsagentschap Reuter vernomen dat er wapens zijn gevonden in een auto van de heer Le Pen in Brussel: een luchtdrukgeweer, traangasbommen en een revolver.
 
1317
Ik zou graag van het Voorzitterschap willen horen wat het kan doen om te vermijden dat het aanzien van het Parlement door dit soort ernstige misstanden wordt geschaad.
 
1318
<P>
 
1319
Applaus
 
1320
<P>
 
1321
<SPEAKER ID=80 NAME="De Voorzitter">
 
1322
Mijnheer Duhamel, ik denk dat de heer Martinez ons gaat uitleggen waarom deze wapens in de auto van de heer Le Pen zijn aangetroffen, ervan uitgaande dat het bericht waar is.
 
1323
<P>
 
1324
<SPEAKER ID=81 LANGUAGE="FR" NAME="Martinez">
 
1325
Mijnheer de Voorzitter, u zei terecht "ervan uitgaande dat het bericht waar is" .
 
1326
Mijnheer Duhamel heeft u al eens attent gemaakt op de aanwezigheid van iemand die voorzitter van de Chileense senaat zou zijn geweest ten tijde van Pinochet, en toen hebt u hem geantwoord dat hij zich vergiste.
 
1327
Welnu, vandaag gaat het om een vergelijkbaar geval.
 
1328
Het ging hier om een traangasbom van het type ffft! ffft! die in iedere willekeurige supermarkt gekocht kan worden.
 
1329
De heer Duhamel noemt dit "riot guns" of iets in die richting.
 
1330
<P>
 
1331
Wat is er werkelijk aan de hand, mijnheer de Voorzitter?
 
1332
Ik heb u zelf rond 11.30 uur een brief overhandigd.
 
1333
Mijn collega en de voorzitter van onze fractie, de heer Le Pen, geniet officiële bescherming van het Franse Ministerie van Binnenlandse Zaken.
 
1334
Deze bescherming reikt niet verder dan de Frans-Belgische grens want zoals u weet, mijnheer de Voorzitter, is deze grens nog niet opgeheven. Om die reden kunnen de officiële agenten van het socialistische Franse Ministerie van Binnenlandse Zaken hun werk niet uitoefenen in België.
 
1335
<P>
 
1336
Voor het traject tussen de Frans-Duitse grens en Brussel heeft de heer Le Pen de beschikking over een officiële bodyguard en een chauffeur.
 
1337
Net als alle bodyguards heeft de officiële bodyguard van de heer Le Pen een officiële wapenvergunning.
 
1338
Mijnheer de Voorzitter, dit is dus wat er aan de hand is.
 
1339
Het gaat hier niet om raketten, lanceringsinstallaties of gepantserde wagens. Er is hier geen sprake van Servische of Albanese wapenhandelaars.
 
1340
Het gaat eenvoudigweg om een kleine traangasbom en het dragen van wapens door een officiële bodyguard.
 
1341
<P>
 
1342
Mijnheer de Voorzitter, de lente hangt in de lucht en deze weersomslag is onze collega Duhamel in de bol geschoten. Of heeft hij soms Brits rundvlees gegeten?
 
1343
Dat is dus wat er aan de hand is, mijnheer de Voorzitter. Laten we de zeepbel van de heer Duhamel maar doorprikken.
 
1344
<P>
 
1345
Applaus, tekenen van instemming, afgevaardigden slaan op de tafels
 
1346
<P>
 
1347
Als er geen terroristen zijn is er ook geen sprake van wapens, raketten of crimineel gedrag.
 
1348
In de brief die ik u gestuurd heb, verzoek ik u eenvoudigweg ervoor te zorgen, mijnheer de Voorzitter, dat de immuniteit van de afgevaardigden in dit Parlement gehandhaafd blijft.
 
1349
<P>
 
1350
<SPEAKER ID=82 NAME="De Voorzitter">
 
1351
Heel goed, ik denk dat iedereen nu op de hoogte is.
 
1352
Iedereen die meer informatie wil, kan een kopie van uw brief krijgen.
 
1353
De zaak is zo goed geregeld en ik geef verder niemand meer het woord over deze zaak.
 
1354
We moeten hier niet debatteren over zaken die betrekking hebben op de Belgische openbare orde of op persoonlijke feiten.
 
1355
<P>
 
1356
<SPEAKER ID=83 LANGUAGE="FI" NAME="Matikainen-Kallström">
 
1357
Mijnheer de Voorzitter, ik spreek niet over wapens, maar over een ander soort terrorisme.
 
1358
We hebben hier een schitterend huis laten bouwen, het parlementsgebouw, waar de ruimtes voor rokers en niet-rokers van elkaar gescheiden zijn.
 
1359
Ik ben niet tegen rokers, zij mogen rustig zo veel roken als ze zelf willen, maar ik hoop dat zij de niet-rokers respecteren en de rookvrije ruimtes met rust laten, zodat wij van een rookvrije omgeving kunnen genieten.
 
1360
<P>
 
1361
Applaus
 
1362
<P>
 
1363
Ik hoop dat de Voorzitter iets aan dit probleem op de gangen en in de cafés en restaurants van het Parlement wil doen.
 
1364
<P>
 
1365
<SPEAKER ID=84 NAME="De Voorzitter">
 
1366
Deze maatregelen zijn in principe al genomen, en het spreekt vanzelf dat bordjes met "niet-roken" in acht zullen worden genomen, maar zo nodig zullen we dit telkens weer onder de aandacht brengen.
 
1367
<P>
 
1368
<CHAPTER ID=7>
 
1369
Stemming
 
1370
<SPEAKER ID=85 NAME="De Voorzitter">
 
1371
Aangezien er geen schriftelijke bezwaren zijn gemaakt wordt de resolutie die in dit verslag is vervat als aangenomen beschouwd en zij zal worden gepubliceerd in de notulen van deze vergadering.
 
1372
<P>
 
1373
<SPEAKER ID=86 LANGUAGE="FR" NAME="Fabre-Aubrespy">
 
1374
Mijnheer de Voorzitter, ik heb een vraag over de ontvankelijkheid van ons eigen amendement.
 
1375
De Franse versie omvat reeds de woorden die ik wil toevoegen, namelijk "de leden van de Commissie" .
 
1376
Moeten we uitgaan van de Franse of van de Engelse tekst?
 
1377
Als de Engelse tekst het uitgangspunt vormt, dan handhaaf ik mijn amendement, omdat deze toevoeging hier volgens mij niet in voorkomt.
 
1378
Is dat wel het geval, dan kan mijn amendement worden ingetrokken.
 
1379
<P>
 
1380
<SPEAKER ID=87 NAME="De Voorzitter">
 
1381
<SPEAKER ID=88 LANGUAGE="FR" NAME="Fabre-Aubrespy">
 
1382
Mijnheer de Voorzitter, ik denk dat voor amendement 3, dat op de stemlijst na paragraaf 9 staat vermeld, een vergelijkbare opmerking van toepassing is. Dit amendement gaat alleen nog verder.
 
1383
Ik denk dat we het vóór amendement 14 in stemming moeten brengen.
 
1384
<P>
 
1385
<SPEAKER ID=89 NAME="De Voorzitter">
 
1386
Uw amendement wordt in stemming gebracht, maar op een later tijdstip.
 
1387
Dit amendement komt na paragraaf 2 en het andere amendement na paragraaf 9, als ik me niet vergis.
 
1388
Ik zal ze dus beide in stemming brengen, maar op een later tijdstip.
 
1389
<P>
 
1390
<SPEAKER ID=90 LANGUAGE="EN" NAME="Elles">
 
1391
Mijnheer de Voorzitter, de heer Fabre-Aubrespy heeft gelijk in dit geval.
 
1392
Het gaat over de zaak Van Buitenen.
 
1393
Amendement 3 gaat ook over andere dingen.
 
1394
Daarom moet daar eerst over gestemd worden.
 
1395
<P>
 
1396
<SPEAKER ID=91 NAME="De Voorzitter">
 
1397
<SPEAKER ID=92 LANGUAGE="FR" NAME="Fabre-Aubrespy">
 
1398
<SPEAKER ID=93 LANGUAGE="DE" NAME="Stenzel">
 
1399
Mijnheer de Voorzitter, ik zou het eerste deel van het amendement 5a dat ik heb ingediend, willen intrekken omdat ik zie dat de verwijzing naar de individuele verantwoordelijkheid van de commissarissen ook in artikel 5 wordt genoemd. Deel 5b, over het verzoek aan de Raad om zo spoedig mogelijk een procedure uit te werken waardoor de commissarissen individueel ter verantwoording kunnen worden geroepen, blijft echter wel van kracht.
 
1400
<P>
 
1401
<SPEAKER ID=94 NAME="De Voorzitter">
 
1402
De indiener van het amendement kan dit weer intrekken, en als niemand het wil overnemen is het nog steeds ingetrokken.
 
1403
Het eerste deel van amendement 12, paragraaf 5 bis, wordt dus ingetrokken.
 
1404
<P>
 
1405
Dan gaan wij nu over tot de stemming over paragraaf 5 van amendement 12.
 
1406
<P>
 
1407
Het woord is aan de heer Fabre-Aubrespy.
 
1408
<P>
 
1409
<SPEAKER ID=95 NAME="Fabre-Aubrespy">
 
1410
Mijnheer de Voorzitter, ik wil u laten weten dat ik dit amendement terugneem en het Parlement een gewijzigd mondeling amendement wil voorleggen.
 
1411
Dit amendement is heel eenvoudig en luidt als volgt: "wijst erop dat in geen geval de demissionaire leden van de Commissie in een toekomstige Commissie mogen terugkeren" .
 
1412
<P>
 
1413
<SPEAKER ID=96 NAME="De Voorzitter">
 
1414
We kunnen alleen over een mondeling amendement stemmen als de leden hier niets op tegen hebben.
 
1415
Ik denk dat het duidelijk is dat er bezwaar bestaat tegen deze stemming. Ik kan de stemming dus niet accepteren.
 
1416
<P>
 
1417
<SPEAKER ID=97 NAME="De Voorzitter">
 
1418
Zijn er 12 afgevaardigden die bezwaar maken tegen het in stemming brengen van dit mondelinge amendement van de heer Fabre-Aubrespy? Dat is inderdaad het geval.
 
1419
Dit amendement kan dus niet in stemming worden gebracht.
 
1420
<P>
 
1421
<SPEAKER ID=98 NAME="De Voorzitter">
 
1422
Mijnheer Fabre-Aubrespy, neemt u het amendement als zodanig terug?
 
1423
<P>
 
1424
<SPEAKER ID=99 LANGUAGE="FR" NAME="Fabre-Aubrespy">
 
1425
<SPEAKER ID=100 LANGUAGE="EN" NAME="Green">
 
1426
Mijnheer de Voorzitter, met betrekking tot het volgende amendement - dat wil zeggen amendement 1 - zou ik de heer Cox willen vragen of hij bereid is om een mondeling amendement te aanvaarden.
 
1427
Ik heb geen probleem met het beginsel dat hij probeert in te voeren, namelijk dat er tegen het eind van dit Parlement een nieuwe Commissie moet zijn.
 
1428
Maar ik ben van mening dat wij ons in dat geval iets meer tijd kunnen veroorloven dan de termijn van 5 mei, als dat nodig mocht blijken.
 
1429
Het zou mij een genoegen doen als hij zijn goedkeuring aan het volgende mondelinge amendement zou kunnen hechten: "op uiterlijk 5 mei of uiterlijk vóór het einde van deze zittingsperiode" .
 
1430
Dat zou ons wat meer ruimte geven.
 
1431
<P>
 
1432
<SPEAKER ID=101 LANGUAGE="EN" NAME="Cox">
 
1433
Mijnheer de Voorzitter, dit lijkt wel een tv-quiz: ik krijg van alle kanten goede raad toegeroepen.
 
1434
Ik ben content zolang wij onze voorkeur met betrekking tot de tijdsfactor te kennen geven, maar tegelijkertijd realistisch genoeg zijn om te beseffen dat wij geen greep op alle mogelijkheden hebben.
 
1435
Het zou ons verheugen als de Raad ons zo snel mogelijk met een beslissing van dienst kon zijn, maar als de nieuwe Commissie niet vóór 5 mei door de Raad wordt goedgekeurd dan moeten wij tenminste de uitwijkmogelijkheid hebben om onze goedkeuring aan de Commissie vóór het einde van deze zittingsperiode te kunnen geven.
 
1436
Laten wij aan de gegeven datum vasthouden, en dan heb ik geen bezwaar als de uitwijkmogelijkheid aan de tekst wordt toegevoegd, zolang de Vergadering hiermee akkoord gaat.
 
1437
<P>
 
1438
Meer dan 12 afgevaardigden maken bezwaar tegen de voorgestelde mondelinge toevoeging van amendement 1
 
1439
<P>
 
1440
(Het Parlement neemt de resolutie aan)
 
1441
<P>
 
1442
<SPEAKER ID=102 NAME="De Voorzitter">
 
1443
Waarde collega's, de tekst van de resolutie die we zojuist hebben aangenomen, zal vanmiddag in alle talen beschikbaar zijn.
 
1444
<P>
 
1445
<SPEAKER ID=103 NAME="Boogerd-Quaak">
 
1446
Mijnheer de Voorzitter, collega's, wij hebben zojuist de resolutie aangenomen waarin wij de Top vragen om met een nieuwe Commissie voor te komen.
 
1447
Nu wordt ons gevraagd te stemmen over de voortgang van het LEONARDO-programma, een verslag van collega Waddington waar op zichzelf niets mis mee is.
 
1448
Collega Waddington heeft haar werk uitstekend gedaan, maar mijn fractie vindt dat het een buitengewoon slecht signaal is om op dit moment over dit verslag te stemmen alsof er niets aan de hand is, terwijl wij niet weten of de Raad zijn verantwoordelijkheid oppakt en dus inderdaad met de juiste voorstellen komt op de volgende Top.
 
1449
Technisch is het mogelijk om deze stemming uit te stellen tot april.
 
1450
Mijn fractie heeft daar grote voorkeur voor en verzoekt dan ook om uitstel van de stemming.
 
1451
<P>
 
1452
<SPEAKER ID=104 NAME="De Voorzitter">
 
1453
Mevrouw Boogerd-Quaak, als ik het goed begrepen heb, verzoekt u om uitstel van de stemming op basis van artikel 131 van ons Reglement.
 
1454
Ik zal zowel een spreker die voor is aan het woord laten als een spreker die tegen is. Maar eerst geef ik het woord aan de rapporteur.
 
1455
<P>
 
1456
<SPEAKER ID=105 LANGUAGE="EN" NAME="Waddington">
 
1457
Mijnheer de Voorzitter, ik moet zeggen dat ik tegen het voorstel van mevrouw Boogerd-Quaak ben om de stemming uit te stellen.
 
1458
In onze commissie hebben wij niets te behandelen, en wij zouden vandaag nog een duidelijke boodschap over het nieuwe programma aan de Raad en de Commissie willen sturen.
 
1459
Het is immers essentieel dat zowel de Raad als de Commissie de tijd krijgen om het nieuwe programma op 1 januari 2000 te kunnen presenteren.
 
1460
Daaruit volgt dat er nu zo snel mogelijk voorbereidingen getroffen moeten worden, en aangezien er in deze Vergadering eigenlijk geen enkele onenigheid over deze zaak bestaat, zijn wij van mening dat de stemming vanmiddag nog gehouden moet worden.
 
1461
<P>
 
1462
Applaus
 
1463
<P>
 
1464
<SPEAKER ID=106 LANGUAGE="DE" NAME="Wolf">
 
1465
Mijnheer de Voorzitter, waarde collega's, wij moeten een onderscheid leren maken tussen de Europese programma's enerzijds en de onbevredigende wijze waardoor deze door de Commissie worden verwezenlijkt anderzijds.
 
1466
Mevrouw Cresson is uitgegaan van het idee dat dit een goed programma is en dat er bijgevolg niets kan misgaan wat zij ook doet.
 
1467
Omgekeerd is het echter ook zo dat wij een op zich goed programma niet in gevaar mogen brengen door wanbeheer. Dit leidt immers onvermijdelijk tot het uitstel van de tenuitvoerlegging van het desbetreffende programma.
 
1468
Wij moeten deze twee zaken goed uit elkaar houden en daarom moeten wij vandaag stemmen.
 
1469
<P>
 
1470
Applaus
 
1471
<P>
 
1472
(Het Parlement verwerpt het verzoek)
 
1473
<P>
 
1474
(De Voorzitter verklaart dat het aldus gewijzigde gemeenschappelijk standpunt is goedgekeurd)
 
1475
<P>
 
1476
<SPEAKER ID=107 NAME="Tindemans">
 
1477
Dames en heren, de commissie buitenlandse zaken heeft nog drie amendementen ingediend op haar eigen ontwerpresolutie. Dit ten einde rekening te houden met de verklaringen van commissaris Sir Leon Brittan hier gisteravond tijdens het debat afgelegd, wat de betrokkenheid van het Europees Parlement betreft bij internationale overeenkomsten die onder het Euratom-Verdrag vallen.
 
1478
De commissie buitenlandse zaken stelt bijgevolg drie amendementen voor plus een beslissing om de paragrafen 4 en 5 van de ontwerptekst die een blokkering van de financiering voor KEDO voorstelden te laten vallen.
 
1479
Als rapporteur en in akkoord met de rapporteurs voor advies van de commissie onderzoek en begroting vraag ik dan ook dat het Parlement de amendementen 1, 2 en 3 zou goedkeuren en tegen de paragrafen 4 en 5 zou stemmen.
 
1480
<P>
 
1481
Het Parlement neemt de resolutie aan
 
1482
<P>
 
1483
<SPEAKER ID=108 LANGUAGE="EN" NAME="Brinkhorst">
 
1484
Gisteravond, gedurende de discussie over de mondelinge vraag was de Raad afwezig.
 
1485
Ik vroeg namens de aanwezigen of het Duitse voorzitterschap deze vraag vóór de stemming van vandaag konden beantwoorden.
 
1486
Heeft de Raad inderdaad een antwoord gegeven?
 
1487
<P>
 
1488
<SPEAKER ID=109 NAME="De Voorzitter">
 
1489
Ik hoor hier dat we inderdaad een antwoord ontvangen hebben, mijnheer Brinkhorst. Uw interventie heeft dus haar vruchten afgeworpen.
 
1490
<P>
 
1491
<SPEAKER ID=110 LANGUAGE="EN" NAME="Brinkhorst">
 
1492
Mijnheer de Voorzitter, zou u dit misschien onder de leden kunnen laten rondgaan?
 
1493
<P>
 
1494
<SPEAKER ID=111 NAME="De Voorzitter">
 
1495
We sturen dit antwoord natuurlijk rond, als het tenminste klopt dat we het ontvangen hebben.
 
1496
<P>
 
1497
<SPEAKER ID=112 NAME="Tindemans">
 
1498
Mijnheer de Voorzitter, dames en heren, ik zou iets willen zeggen over de amendementen ingediend door de Fractie Europese Radicale Alliantie op de ontwerpresolutie over de relaties tussen de Europese Unie en de Democratische Volksrepubliek Korea.
 
1499
Deze amendementen waren ons gisteravond in het debat over deze aangelegenheid niet bekend, zodat ik er ook geen oordeel of commentaar kon over geven gisteravond.
 
1500
De ontwerpresolutie waarover wij zo dadelijk zullen moeten stemmen werd voorgesteld door de commissie buitenlandse zaken als een complement bij haar verslag over KEDO en met de uitdrukkelijke bedoeling een gerechtvaardigde poging te ondernemen om het wantrouwen in de zo afgezonderde Noord-Koreaanse staat weg te nemen en die staat meer in de internationale gemeenschap te brengen.
 
1501
De drie rapporteurs van de commissies buitenlandse zaken, begroting en onderzoek zijn daarbij betrokken geweest.
 
1502
Zij zochten naar verbintenissen, naar ontmoetingen en hoe kunnen wij die mogelijk maken. Hoe kunnen wij elementen vinden om een mogelijk wederzijds vertrouwen te creëren waarbij onder meer ook parlementaire contacten behoren.
 
1503
Het komt er op aan elementen te vinden om een dialoog mogelijk te maken.
 
1504
Wij hadden als overtuigde democraten vanzelfsprekend kritiek kunnen formuleren en die ligt blijkbaar aan de basis van de amendementen van de Europese radicalen.
 
1505
Doch sta mij toe dit hier te zeggen: het was niet de bedoeling van de ontwerpresolutie nu een vooral kritische houding vorm te geven.
 
1506
Wij waren er ons ten zeerste van bewust dat indien wij geen betere contacten met Noord-Korea tot stand kunnen brengen, indien wij Noord-Korea niet kunnen overtuigen lid van de internationale gemeenschap te worden, wij af te rekenen zullen hebben met een humanitaire en wellicht ook met een veiligheidscatastrofe van zeer grote afmetingen.
 
1507
De ontwerpresolutie werd door de commissie buitenlandse zaken met grote zorg opgesteld ook met inbreng van de mederapporteurs de heer Ford en de heer Brinkhorst.
 
1508
Ik durf u dan ook te vragen de amendementen van de Europese radicalen niet goed te keuren en de ontwerpresolutie, zoals die door de commissie buitenlandse zaken werd ingediend in haar geheel ongewijzigd te handhaven.
 
1509
<P>
 
1510
<SPEAKER ID=113 LANGUAGE="FR" NAME="Dupuis">
 
1511
Mijnheer de Voorzitter, met betrekking tot de procedure wil ik opmerken dat het echt onaanvaardbaar is als we niet over deze amendementen kunnen stemmen.
 
1512
We hebben in de Commissie buitenlandse zaken, veiligheids- en defensiebeleid geen amendementen kunnen indienen en nu zou blijken dat we dat ook niet kunnen doen in de plenaire vergadering?
 
1513
Dat zou toch wel het toppunt zijn.
 
1514
<P>
 
1515
Wat de kern van de zaak betreft wil ik opmerken dat de heer Tindemans uitgaat van vertrouwen.
 
1516
Dat doen wij niet, aangezien we in een psychopathisch bewind geen vertrouwen kunnen stellen.
 
1517
Dit regime moet onder internationaal toezicht geplaatst worden, en wel onmiddellijk!
 
1518
<P>
 
1519
<SPEAKER ID=114 NAME="De Voorzitter">
 
1520
<SPEAKER ID=115 NAME="Terrón i Cusí">
 
1521
Mijnheer de Voorzitter, ik wil alleen maar zeggen dat ik, ter wille van de consensus die heerste tijdens de opstelling van het onderhavige verslag, twee van de amendementen die door mijn eigen fractie zijn ingediend, voor de helft zou willen intrekken.
 
1522
Van amendement 1, dat luidt: "Brengt de invallen van Turkije in het gebied in herinnering" , zou ik de rest van de tekst willen intrekken, en van amendement 4 dat luidt: "Verzoekt de lidstaten, de Raad en de Commissie opnieuw een inspanning te leveren teneinde een gemeenschappelijk buitenlands beleid te formuleren met het oog op de uitdaging waarvoor de onderdrukking van het Koerdische volk ons stelt" , zou ik de overige tekst willen schrappen.
 
1523
Dus dit is de tekst waarvan ik graag zag dat hij in stemming werd gebracht.
 
1524
<P>
 
1525
Voorts zou ik net zoals mijn collega Brinkhorst willen opmerken dat ik gisteren eveneens geconstateerd heb dat de Raad tijdens het debat over dit verslag afwezig was.
 
1526
Dit is een document van de Raad dat één jaar nadat het werd aangenomen voor advies werd voorgelegd aan de commissie openbare vrijheden.
 
1527
En bovendien weten we nu niet eens of de Raad de ontvangst van dit verslag heeft bevestigd, wat mij wel heel vreemd lijkt.
 
1528
Ik zou willen weten of gehoor is gegeven aan het verzoek om ons protest aan de Raad over te brengen en hem om een reactie te vragen, welke hij gisteren heeft gegeven.
 
1529
<P>
 
1530
<SPEAKER ID=116 NAME="De Voorzitter">
 
1531
Hartelijk dank, mevrouw.
 
1532
<P>
 
1533
Het Parlement neemt de resolutie aan
 
1534
<P>
 
1535
<SPEAKER ID=117 LANGUAGE="EL" NAME="Ephremidis">
 
1536
Mijnheer de Voorzitter, ten eerste is de Commissie, als engelbewaarder van het Verdrag, met het verslag van het Comité van Wijzen met man en muis in de modder ten onder gegaan.
 
1537
Dit komt, ten tweede, omdat de Commissie zat vastgeklonken aan de belangen van het grote, monopolistische kapitaal, waar zij als beheerster van optrad.
 
1538
Ten derde kon de Commissie ongebreideld te werk gaan: strenge, concrete, objectieve en collectieve controle was in geen velden of wegen te bekennen.
 
1539
<P>
 
1540
Nu worden pogingen ondernomen om dit team van de heer Santer te vervangen door een ander team en de belangen en de bevoegdheden opnieuw te verdelen.
 
1541
Als daarbij echter niet twee voorwaarden in acht genomen worden - te weten controle en bevrijding van de Commissie uit de dodelijke omhelzing van de belangen - zullen wij van hetzelfde laken een pak krijgen en dan zal vrees ik het moment komen waarop dit Parlement zegt: "Wij hebben alles verloren: de strijd en onze eer " .
 
1542
<P>
 
1543
Dan zullen wij niet met Frans de zoveelste, in vijftienhonderd en nog wat, kunnen zeggen: "Alles is in de strijd ten onder gegaan, behalve onze eer" .
 
1544
Dat zullen wij dan niet kunnen zeggen.
 
1545
Ook de eer van de Europese Unie zal dan teloor zijn gegaan.
 
1546
<P>
 
1547
<SPEAKER ID=118 LANGUAGE="DE" NAME="von Habsburg">
 
1548
Mijnheer de Voorzitter, ik heb mij jammer genoeg bij deze stemming moeten onthouden en ik zou de redenen van mijn onthouding willen uiteenzetten.
 
1549
In de grond van de zaak ga ik akkoord. Er zijn echter twee punten die ik onmogelijk kan steunen.
 
1550
Ten eerste wordt met deze resolutie de weg geëffend voor de permanente voortzetting van de werkzaamheden van het zogenaamde Comité van onafhankelijke deskundigen, dat hier overigens uitstekend werk heeft verricht.
 
1551
Het Parlement begaat echter een grove vergissing door deze taken die de instellingen zelf, met name de Commissie begrotingscontrole, toekomen, over te dragen aan buitenstaanders.
 
1552
Dat is de eerste reden.
 
1553
Ten tweede vind ik de resolutie te laks.
 
1554
Wij hadden hier veel energieker en duidelijker moeten zijn. Dit was nu eindelijk eens een situatie waarin het Parlement blijk heeft gegeven van een zekere slagvaardigheid en wij hadden die in deze resolutie beter tot haar recht kunnen laten komen.
 
1555
<P>
 
1556
<SPEAKER ID=119 LANGUAGE="FR" NAME="Lulling">
 
1557
Mijnheer de Voorzitter, aangezien ik gisteren geen spreektijd had tijdens het debat, wil ik in eerste instantie zeggen hoezeer ik het betreur dat naar aanleiding van het verslag van het Comité van onafhankelijke deskundigen en diens slecht gefundeerde conclusies, en naar aanleiding van de onbezonnen en onverantwoorde reacties van een aantal collega's in dit Parlement, een deel van de publieke opinie geneigd is te geloven dat de Europese eenwording slechts een laag-bij-de-grondse operatie is waarin fraude, verspilling en onverantwoordelijk gedrag de boventoon voeren.
 
1558
<P>
 
1559
Gelukkig is dat allemaal niet het geval en ik wil dan ook laten weten dat ik zeer ben ingenomen met de balans van vier jaar werkzaamheden van de Commissie-Santer, die het gehele politieke programma heeft verwezenlijkt dat voorzitter Santer aan dit Parlement gepresenteerd had.
 
1560
Bovendien mag niet ontkend worden dat de Commissie-Santer besluiten en maatregelen heeft genomen om orde te scheppen in de erfenis van wanorde die Delors heeft nagelaten op bestuurlijk en ander gebied.
 
1561
Ik vind het onjuist dat de Commissie-Santer door de onafhankelijke deskundigen wordt afgeschilderd als onverantwoordelijk wat betreft de controle van haar beheer.
 
1562
<P>
 
1563
Ik vind het vooral jammer dat het om een vrouwelijke commissaris ging, die zich niet als goed politica kon gedragen en niet tijdig haar conclusies kon trekken uit de gevolgen van haar intriges en overduidelijke vriendjespolitiek.
 
1564
Ze heeft het slechte voorbeeld gegeven en daarmee de gehele vrouwelijke politieke klasse schade berokkend.
 
1565
<P>
 
1566
Ik heb uiteindelijk niet tegen de resolutie gestemd. Ik heb me van stemming onthouden omdat met deze resolutie wordt beoogd te redden wat er te redden valt.
 
1567
In de resolutie wordt immers een redelijk tijdschema voorgesteld met betrekking tot de benoeming van de nieuwe Commissie. Maar ik heb ook niet voor de resolutie kunnen stemmen omdat paragraaf 2 onevenwichtig is.
 
1568
In deze paragraaf wordt een te mild oordeel gegeven over de zeer willekeurige conclusies van het Comité van deskundigen. Bovendien wordt het Comité verzocht zijn onderzoek voort te zetten.
 
1569
<P>
 
1570
<SPEAKER ID=120 LANGUAGE="DE" NAME="Breyer">
 
1571
Mijnheer de Voorzitter, ik heb voor de resolutie gestemd, ook al ben ik van mening dat het Parlement zich niet bepaald met roem heeft overladen.
 
1572
Het was beter geweest als dit Parlement in januari de moed had gehad de knoop door te hakken.
 
1573
Mijns inziens moet in de toekomst niet enkel naar een nieuwe structuur voor de Commissie worden gezocht, maar moeten wij tevens ons zelfbewustzijn ten aanzien van de Commissie vergroten.
 
1574
De manier waarop deze instelling onze schriftelijke vragen afhandelt, lijkt mij bijvoorbeeld volkomen onaanvaardbaar!
 
1575
In vele gevallen zijn hun antwoorden gewoon belachelijk. Ik dring er dan ook op aan dat de voorzitter van de Commissie en ook het Bureau van het Parlement de Commissie voor eens en altijd duidelijk maken dat wij hier correcte antwoorden verwachten, antwoorden waarvoor de Commissie later ter verantwoording kan worden geroepen.
 
1576
Wij hebben geen boodschap aan informatie waarover wij reeds beschikken!
 
1577
<P>
 
1578
Ten tweede zou ik willen dat grondig wordt nagegaan of men werkelijk van indirecte partijfinanciering kan spreken.
 
1579
Ik hoop dat deze verslagen nog voor de Europese verkiezingen bekend worden gemaakt zodat wij de belastingbetalers in de gelegenheid kunnen stellen uit te maken voor wie zij willen stemmen.
 
1580
Om kort te gaan, ik vind dat het Parlement de houding van de Commissie niet zonder meer moet slikken. Ik dring er dan ook uitdrukkelijk op aan dat het Bureau de Commissie ertoe aanzet onze vragen in de toekomst nauwkeurig en correct te beantwoorden.
 
1581
<P>
 
1582
<SPEAKER ID=121 LANGUAGE="FR" NAME="Fabre-Aubrespy">
 
1583
Mijnheer de Voorzitter, aangezien amendement 16 aangenomen is, moet de titel van de resolutie gewijzigd worden.
 
1584
Er is immers wel degelijk sprake van het aftreden van leden van de Commissie.
 
1585
<P>
 
1586
Wat betreft de kern van de zaak, wil ik zeggen dat de meeste leden van dit Parlement niet hun les hebben geleerd uit de laatste gebeurtenissen inzake de vervanging van de leden van de Commissie en het Comité van deskundigen.
 
1587
Wat betreft de vervanging van de leden van de Commissie, is ons amendement 20 abusievelijk geweigerd. In dit amendement stond dat geen van de commissarissen mocht aanblijven.
 
1588
Het verslag van het Comité van deskundigen windt er immers geen doekjes om.
 
1589
Het heeft de collectieve verantwoordelijkheid van de commissarissen en de Commissie als geheel aan de kaak gesteld en veroordeeld. Het ging hierbij om de huidige en de vorige Commissie.
 
1590
<P>
 
1591
Met het aannemen van paragraaf 7 van de resolutie hebben de meeste afgevaardigden van dit Parlement duidelijk gemaakt dat ze niets hebben geleerd van dit verslag en met name van de vele verklaringen die de deskundigen vanaf dat moment hebben afgelegd.
 
1592
We hadden flink de bezem door de Commissie moeten halen en een speciale interim-Commissie moeten benoemen van deskundigen op het gebied van het beheer. Deze deskundigen hadden de Commissie weer gezond moeten maken, nadat de onafhankelijke deskundigen de diagnose hadden gesteld.
 
1593
<P>
 
1594
We hebben dit Comité van deskundigen onterecht tot 1 september de tijd gegeven om zijn verslag op te stellen en we hebben niet toegestaan dat het zich bezighoudt met het functioneren van het Parlement.
 
1595
De bevoegdheden van het Europees Parlement zijn opnieuw aangetast.
 
1596
<P>
 
1597
<SPEAKER ID=122 LANGUAGE="DE" NAME="Habsburg-Lothringen">
 
1598
Mijnheer de Voorzitter, ik heb mij bij de stemming over deze resolutie onthouden en wel om de volgende reden. Ik acht het volkomen ongepast dat deze resolutie een verlenging van het mandaat van het Comité van onafhankelijke deskundigen vooropstelt.
 
1599
Hoewel dit comité goed werk heeft verricht, heb ik ook in de vorige stemming tegengestemd. Ik ben namelijk van oordeel dat de rechtsgrond voor dit comité ontbreekt.
 
1600
Ik ben trouwens niet de enige die deze stelling verdedigt. Siegbert Alber bijvoorbeeld, advocaat-generaal van het Hof van Justitie en voormalig parlementslid, is dezelfde mening toegedaan.
 
1601
Ook hij heeft klaar en duidelijk gezegd dat de nodige rechtsgrondslagen ontbreken.
 
1602
Dat is de reden waarom ik de resolutie niet kan steunen.
 
1603
<P>
 
1604
Ik moet echter toegeven dat zij ook enkele bijzonder positieve punten bevat.
 
1605
Ik denk dan niet alleen aan het feit dat de Raad ertoe wordt aangezet de individuele verantwoording van de commissarissen door te zetten, maar ook aan het verwijt dat de Raad zijn plichten ten opzichte van het Parlement niet ten volle is nagekomen. De Raad heeft immers nagelaten zijn standpunt te bepalen ten aanzien van een hele reeks zaken die reeds lang behandeld hadden moeten worden.
 
1606
Het is voornamelijk dankzij de inzet van de Commissie begrotingscontrole en dit Parlement in het algemeen dat in dit alles enige beweging is gekomen.
 
1607
<P>
 
1608
<SPEAKER ID=123 LANGUAGE="SV" NAME="Palm">
 
1609
Mijnheer de Voorzitter, het is de eerste keer dat ik een mondelinge stemverklaring afleg en ik hoop dat ik juist handel.
 
1610
Ik heb mij bij de opeenvolgende stemmingen over deze resolutie van stemming onthouden, maar in de eindstemming heb ik voor gestemd. Het was verschrikkelijk moeilijk om alle wijzigingen van de resolutie te kunnen volgen.
 
1611
Ik heb mij bij de stemmingen in onderdelen dus van stemming onthouden, maar uiteraard vind ik dat aspecten zoals bescherming van degene die een mededeling doet, openheid enzovoort zeer belangrijk zijn.
 
1612
Daarom besloot ik in de eindstemming voor de resolutie te stemmen.
 
1613
<P>
 
1614
<SPEAKER ID=124 NAME="De Voorzitter">
 
1615
Hartelijk dank, mevrouw Palm.
 
1616
U ziet dat u zich uitstekend gered heeft.
 
1617
<P>
 
1618
<SPEAKER ID=125 NAME="Banotti">
 
1619
Ik heb altijd geloofd dat een krachtige Commissie essentieel was om de belangen van de kleinere landen te beschermen.
 
1620
Wat betreft de toekomst van de Europese Unie is het belangrijk dat er een krachtige Commissie in het middelpunt van ons politieke bestel staat.
 
1621
<P>
 
1622
De geschiedenis van de laatste 25 jaar toont duidelijk aan dat de Ierse belangen op eerlijke en genereuze wijze door de opeenvolgende Commissies behartigd zijn.
 
1623
Ondanks de gebeurtenissen in het jongste verleden geloof ik dat nog steeds.
 
1624
Het is onvermijdelijk dat de interim-Commissie als manke eend wordt beschouwd - maar soms zijn zelfs manke eenden nog in staat om ons te verbazen.
 
1625
Wij verwachten dat op de Top van Berlijn een nieuwe voorzitter zal worden benoemd, zodat er zo snel mogelijk een nieuwe Commissie ingesteld kan worden.
 
1626
<P>
 
1627
Om praktische redenen zullen veel regeringen besluiten om hun zittende commissarissen te herbenoemen.
 
1628
De interim-Commissie moet de hervormingen van de instellingen de hoogste prioriteit toekennen.
 
1629
<P>
 
1630
Net zo belangrijk is dat wij beseffen dat de echt bewezen fraudegevallen tot de individuele lidstaten zijn beperkt, en dat een groot gedeelte daarvan met name heeft plaatsgevonden in de uitvoering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, zoals het zogenaamde "Beef Tribunal" in Dublin duidelijk heeft aangetoond.
 
1631
<P>
 
1632
In de toekomst moeten wij een krachtige, hervormde en onafhankelijke Commissie krijgen, die in staat is om fraude te voorkomen en Europa de politieke stimulans te geven die het zo hard nodig blijkt te hebben.
 
1633
<P>
 
1634
<SPEAKER ID=126 NAME="Berthu">
 
1635
We hebben gestemd tegen de resolutie van het Parlement die naar aanleiding van het aftreden van de Commissie is opgesteld. Wij vinden dat deze resolutie een hypocriet standpunt weergeeft: enerzijds wil men de verantwoordelijkheid van de Commissie vergroten en de democratische dimensie van de Europese Unie versterken (paragraaf 4), en anderzijds wil men dat het tweede verslag van de onafhankelijke deskundigen pas in september 1999 wordt overhandigd.
 
1636
Wil men zo vermijden dat een aantal pijnlijke kwesties onder de aandacht van de burgers wordt gebracht tijdens de campagne voor de Europese verkiezingen?
 
1637
Is dat soms de democratische dimensie die in de resolutie staat verwoord?
 
1638
<P>
 
1639
Wij verwerpen het meerderheidsstandpunt van dit Parlement, waarin ervan wordt uitgegaan dat de oplossing van de crisis gezocht moet worden in een versterking van de bevoegdheden van het Europees Parlement.
 
1640
Hier is slechts sprake van een politiek machtsspel dat door de federalisten wordt georganiseerd.
 
1641
We weten heel goed dat deze zogenaamde remedie een averechts effect zal hebben.
 
1642
<P>
 
1643
Alvorens we met veel misbaar pleiten voor meer macht voor Brussel, moeten we ons de volgende vraag stellen: waarom wordt er fraude gepleegd?
 
1644
Is het Europees federalisme, dat hier plotseling als wondermiddel gepresenteerd wordt, niet al vanaf het allereerste begin de oorzaak van het kwaad dat hier aan de kaak gesteld wordt?
 
1645
<P>
 
1646
In werkelijkheid heeft de fraude zich kunnen ontwikkelen omdat in Brussel een ondoorzichtige ruimte gecreëerd is, waartoe de burgers geen toegang hebben en waar enorme hoeveelheden geld doorheen gesluisd worden. Bovendien konden de lidstaten geen enkele directe controle op deze ruimte uitoefenen.
 
1647
Dat is overigens nog steeds zo.
 
1648
<P>
 
1649
Natuurlijk, het Europees Parlement heeft op papier de controle over de communautaire begroting, maar behoudens een aantal duidelijke uitzonderingen heeft deze controle nooit gefunctioneerd.
 
1650
Dankzij de Fractie van onafhankelijken voor het Europa van de Nationale Staten heeft er tenminste één keer een goede controle plaatsgevonden.
 
1651
Dat is een goede zaak.
 
1652
Maar deze positieve ontwikkeling bewijst nog niet dat het Europees Parlement het beste instrument voor de begrotingscontrole is of dat het voldoet aan de belangrijkste voorwaarden waaraan het Parlement van een toekomstig federaal Europa moet voldoen, dat wil zeggen een Parlement dat de belangrijkste bevoegdheden van de nationale parlementen in één keer kan overnemen.
 
1653
<P>
 
1654
Het Parlement vormt niet het beste instrument voor de begrotingscontrole. Het is immers verbonden met de instelling die het moet controleren, namelijk de Commissie.
 
1655
Het Parlement droomt ervan zijn bevoegdheden te vergroten en weet dat dit alleen mogelijk is als het meer Europa weet te bewerkstelligen. Meer Europa is ook het belangrijkste doel van de Commissie.
 
1656
Beide instelling zitten dus wat dit punt betreft op één lijn.
 
1657
Sinds zijn oprichting heeft het Parlement zelfs de meest flagrante onregelmatigheden van de Commissie nooit aan de kaak gesteld. Zo heeft het Parlement - enkele maanden voordat het huidige schandaal bekend werd - de Commissie nooit gewezen op de uitgaven die zonder rechtsgrondslag werden gedaan.
 
1658
Alleen de verbetenheid waarmee sommige afgevaardigden hun werkzaamheden sinds januari hebben uitgevoerd heeft uiteindelijk geleid tot de gebeurtenis die de meerderheid van het Parlement in werkelijkheid absoluut niet wenste, namelijk het aftreden van de Commissie. De misgrepen van de voorzitters van de federalistische fracties hebben onbedoeld aan dit aftreden bijgedragen.
 
1659
<P>
 
1660
We weten het nu maar al te goed: het Europees Parlement en de Commissie spelen structureel onder één hoedje en de controle kan alleen van buitenaf komen, dat wil zeggen van de Raad en de nationale parlementen. We moeten de bevoegdheden van deze instellingen vergroten.
 
1661
Het kan toch niet zo zijn dat Frankrijk jaarlijks zijn contributie aan de Unie betaalt terwijl zijn afgevaardigden niet het recht hebben "nee" te zeggen als er over de begroting gestemd wordt of zelfs niet het recht hebben te controleren wat er met het geld van de belastingbetalers gebeurt.
 
1662
Zolang dit niet voor iedereen duidelijk is, zal de controle die in Brussel wordt verricht een wassen neus blijven en zal de Commissie in haar oude dwalingen vervallen.
 
1663
<P>
 
1664
Het Europees Parlement voldoet dus aan geen van de voorwaarden waaraan het parlement van een federaal Europa moet voldoen.
 
1665
We moeten niet vergeten dat Europa geen natie is, maar een samenvoeging van landen. Om die reden beschikt de Unie over instellingen met een geheel eigen karakter en ligt de soevereiniteit bij de lidstaten.
 
1666
Dit mag in de toekomst niet veranderen. Het Europees Parlement kan bijvoorbeeld, als gespecialiseerd parlement, zijn dienst bewijzen bij het goed uitvoeren van specialistische taken.
 
1667
Het Europees Parlement kan echter geen soevereine taken uitvoeren.
 
1668
Het vertegenwoordigt immers geen Europees volk. Wat de begroting betreft, kan ik me niet voorstellen dat de Fransen nu zullen accepteren dat een meerderheid van Duitsers en Spanjaarden over hun belastinggeld beslist.
 
1669
Alleen als er een "Europees volk" zou bestaan, zou er sprake kunnen zijn van een "Europese democratie" .
 
1670
<P>
 
1671
We moeten dus niet met het hoofd in de wolken blijven rondlopen als we een einde willen maken aan de fraude en het slechte functioneren binnen de Europese instellingen.
 
1672
We moeten de situatie niet nog erger maken dan ze al is door te pleiten voor meer bevoegdheden voor Brussel en een kunstmatige democratie op te richten. Dit kan alleen maar leiden tot nieuwe desillusies.
 
1673
De federalistische dogma's, die alle goede oplossingen van de afgelopen jaren onmogelijk hebben gemaakt, mogen na de ondergang van de Commissie niet opnieuw, in een andere vorm, de boventoon gaan voeren.
 
1674
<P>
 
1675
Met het oog op de komende Europese verkiezingscampagnes moeten we daarom kiezen voor de enige optie die een daadwerkelijke oplossing kan bieden, namelijk de lidstaten opnieuw het recht geven de Commissie te controleren en de nationale parlementen inzage geven in de wijze waarop het geld van hun burgers wordt aangewend.
 
1676
<P>
 
1677
<SPEAKER ID=127 NAME="Blokland en Van Dam">
 
1678
In grote lijnen kunnen wij instemmen met de gezamenlijke resolutie over de gebeurtenissen rondom het aftreden van de Commissie. Wij hebben dan ook voor deze resolutie gestemd.
 
1679
Ook wij zijn van mening dat er zo snel mogelijk een interim-Commissie benoemd moet worden voor het resterende deel van het mandaat van de afgetreden Commissie.
 
1680
Het kan niet zo zijn dat deze demissionaire Commissie nog negen maanden op haar post blijft.
 
1681
Dat komt de slagvaardigheid en geloofwaardigheid van de Unie niet ten goede.
 
1682
<P>
 
1683
Toch hebben wij in de gezamenlijke ontwerpresolutie een aantal belangrijke punten gemist.
 
1684
Vandaar dat wij onze eigen resolutie in stemming hebben laten komen en niet de gezamenlijke resolutie mede hebben ingediend.
 
1685
Een belangrijk aspect dat ontbreekt is de kwestie van het al dan niet benoemen van huidige demissionaire commissarissen in de interim-Commissie.
 
1686
Wij zijn van mening dat er in de nieuwe interim-Commissie geen leden van de huidige Commissie kunnen zitten, omdat het werk van het Comité nog niet is afgerond.
 
1687
Er kunnen nog allerlei nieuwe fraudegevallen boven water komen.
 
1688
Wanneer uit het verdere onderzoek van het Comité blijkt dat bepaalde commissarissen volledig onschuldig zijn, hebben wij er geen bezwaar tegen dat die terugkeren in de volgende mandaatsperiode (2000-2005).
 
1689
<P>
 
1690
Een ander aspect dat niet duidelijk is geformuleerd in de gezamenlijke resolutie is de taak van de interim-Commissie.
 
1691
De komende negen maanden moeten in het teken staan van een grondige sanering van de administratieve en financiële circuits en het verbeteren en moderniseren van het financiële beheer.
 
1692
Daar moet de interim-Commissie zich toe beperken.
 
1693
Aan de verwezenlijking van allerlei grootse idealen over de verdere opbouw van Europa, gepaard gaande met een verdere uitbreiding van het takenpakket van de Commissie, bestaat geen enkele behoefte. In de komende maanden al helemaal niet.
 
1694
<P>
 
1695
<SPEAKER ID=128 NAME="Blot">
 
1696
In overweging D en paragraaf 4 van de resolutie staat vermeld dat we een sterke Commissie moeten hebben. Dit is vreemd in het licht van de fraudegevallen die door het Comité van onafhankelijke deskundigen zijn geconstateerd en die tot het aftreden van de Commissie hebben geleid.
 
1697
<P>
 
1698
De Commissie voelde zich zo machtig dat ze zich tot ernstige beheersfouten heeft laten verleiden. Ze ging hierbij zelfs zover dat ze, zoals in overweging B van de resolutie staat vermeld, "belangrijke documenten aan het toezicht van het Parlement heeft onttrokken" .
 
1699
<P>
 
1700
De rol van de Commissie, die omschreven is in de Verdragen die aan de Europese Unie ten grondslag liggen, is veel te belangrijk.
 
1701
Als we kijken naar de manier waarop de commissarissen benoemd worden, kunnen we constateren dat dit orgaan de minst democratische instelling van de Unie is. De Commissie zou de rol moeten spelen die normaal gesproken een regering ten deel valt: het uitvoeren van de orders van de hoogste politieke instelling, namelijk de Raad.
 
1702
<P>
 
1703
De stichters van Europa hebben de Commissie opgericht volgens het model van de Hoge Autoriteit van de EGKS, omdat ze geen vertrouwen hadden in de democratie.
 
1704
<P>
 
1705
We moeten onze les leren uit de huidige crisis en weer tot rede komen.
 
1706
In een democratisch stelsel moet de Commissie het uitvoerend orgaan van de Raad zijn en niet meer.
 
1707
We moeten de Verdragen in die richting aanpassen.
 
1708
Gezien de druk van de gebeurtenissen zal dit in de toekomst ook zeker gebeuren.
 
1709
<P>
 
1710
<SPEAKER ID=129 NAME="Ferrer">
 
1711
Door haar politieke verantwoording op zich te nemen en collectief ontslag in te dienen heeft de Commissie een gebaar gemaakt waarvoor wij haar dankbaar mogen zijn, zoals we haar ook erkentelijk moeten zijn voor de politieke werkzaamheden die zij tijdens haar mandaat heeft verricht.
 
1712
Nu is het aan de Raad om eveneens zijn verantwoording op zich te nemen, net zoals het Parlement, dat in december geen kwijting heeft verleend voor de begroting voor het jaar 1996 en dat een Comité van onafhankelijke deskundigen heeft ingesteld om de bij die gelegenheid ontdekte onregelmatigheden te onderzoeken.
 
1713
De Raad dient zonder uitstel een oplossing te vinden voor de institutionele crisis die door dit ontslag ontstaan is.
 
1714
Een crisis waarvan het risico niet gelegen is in het ontslag op zich noch in de oorzaken die de crisis in de hand hebben gewerkt maar in de gevolgen die zij kan hebben afhankelijk van de manier waarop de Raad haar tot een oplossing brengt.
 
1715
<P>
 
1716
Als de Raad met als argument het slechte bestuur en het gebrek aan financiële controle, die het verslag van het Comité van deskundigen aan het licht heeft gebracht, zou aankomen met een Commissievoorzitter zonder politiek allure en hij de omstandigheden zou gebruiken om de Commissie te ondermijnen en haar bevoegdheden te beknotten, dan zou de crisis onderhuids blijven broeien en de toekomst van de Europese Unie op bijzonder negatieve wijze beïnvloeden, vooral in een periode van zo'n grote politieke betekenis als de huidige tijd.
 
1717
Vandaar mijn steun aan de resolutie over het ontslag van de Commissie; deze resolutie geeft namelijk aan welke weg de Raad moet bewandelen bij het benoemen van een nieuwe Commissie, terwijl hierin eveneens de overtuiging van dit Parlement wordt uiteengezet dat deze crisis moet worden aangegrepen om de politieke en democratische dimensie van de Europese Unie te versterken, hetgeen ook versterking van de Commissie inhoudt.
 
1718
We hebben werkelijk behoefte aan een sterke en efficiënte Commissie, die wordt benoemd aan de hand van de procedures welke zijn vastgelegd in het Verdrag van Amsterdam, dat wil zeggen een Commissie wier bestaan op democratische wijze gewettigd is.
 
1719
Want alleen zo zal de Commissie in staat zijn om de haar door de Verdragen toegekende taak te vervullen, die inhoudt dat zij het algemeen belang van de Europese Unie dient veilig te stellen.
 
1720
Alleen op die manier zal zij de drijvende kracht kunnen zijn achter de Europese eenwording die ons in staat stelt om op te trekken naar het globale Europa dat wij allen nastreven.
 
1721
<P>
 
1722
<SPEAKER ID=130 LANGUAGE="IT" NAME="Filippi">
 
1723
Ik heb voor de gezamenlijke resolutie over het aftreden van de Commissie gestemd en onderschrijf haar gehele inhoud, met name paragraaf 8, waarin wordt gevraagd om ambitieuze hervormingen en programma's, hetgeen natuurlijk een gezaghebbende Commissie veronderstelt, te beginnen bij haar voorzitter.
 
1724
Paragraaf 7 moet vanuit dit standpunt bezien en geïnterpreteerd worden, dat wil zeggen vanuit het standpunt van een Parlement dat enerzijds wijst op de noodzaak van een strikte naleving van de Verdragen, maar anderzijds een snelle beslissing en een gezaghebbende oplossing vraagt.
 
1725
<P>
 
1726
Ik hoop dan ook dat de Raad van Berlijn deze aansporingen ter harte zal nemen en overeenstemming zal weten te bereiken over de benoeming van een Commissievoorzitter. Die voorzitter moet de Unie een competent en representatief bestuur kunnen garanderen, zodat er een definitieve oplossing geboden kan worden die een periode van stabiliteit en hervormingen inluidt.
 
1727
<P>
 
1728
<SPEAKER ID=131 NAME="Hautala">
 
1729
De Commissie moet nu nauwkeurig overwegen wat de door het Europees Parlement geëiste hervorming van de bestuurscultuur in de praktijk betekent.
 
1730
Het Verdrag van Amsterdam verplicht de Commissie een nieuwe verordening betreffende de openbaarheid van documenten voor te bereiden voor de Europese Unie.
 
1731
Dit mag men niet uitstellen, want een snelle komst van een voorstel van de Commissie is in het licht van de gebeurtenissen van de afgelopen weken belangrijker dan ooit.
 
1732
De verordening moet de burgers van de Europese Unie een zo uitgebreid mogelijk recht garanderen om de documenten van alle Europese instellingen in te zien.
 
1733
<P>
 
1734
Op voorstel van de Fractie De Groenen heeft het Europees Parlement vandaag besloten dat er in de nieuwe Commissie aanzienlijk meer vrouwelijke leden moeten komen.
 
1735
Momenteel bestaat de Commissie voor een kwart uit vrouwen, wat niet bevredigend is als wij de nieuwe bepalingen van het Verdrag van Amsterdam bekijken die de nadruk leggen op gelijke kansen.
 
1736
<P>
 
1737
Het is van belang dat het in juni te kiezen nieuwe Parlement werkelijk de mogelijkheid heeft deel te nemen aan de benoeming van de commissarissen en dat het de vrije hand heeft om een naar zijn mening geschikte Commissie voor de komende vijf jaar te kiezen.
 
1738
<P>
 
1739
<SPEAKER ID=132 NAME="Holm, Lindholm en Schörling">
 
1740
Na het rapport van het Comité van Wijzen en de onderzoeken van de Commissie begrotingscontrole en de Rekenkamer lag het aftreden van de Commissie voor de hand.
 
1741
De vraag is nu welke conclusies we daaruit moeten trekken.
 
1742
<P>
 
1743
Wij vinden dat de Commissie op twee niveaus gefaald heeft, enerzijds heeft ze gesjoemeld en anderzijds heeft ze een slecht beleid gevoerd.
 
1744
Fraude is een reden tot aftreden en naar aanleiding van dit wanbeheer moet de toekomstige rol van de Commissie herzien worden.
 
1745
In de toekomst moet de Commissie niet méér, maar minder taken krijgen.
 
1746
Bepaalde dingen die de Commissie vandaag voor haar rekening neemt, zouden veel efficiënter door de lidstaten gedaan kunnen worden.
 
1747
De Commissie mag zich ook niet bezighouden met detailregelingen op gebieden waarvoor ze geen bevoegdheid heeft.
 
1748
<P>
 
1749
Wij zijn het dus niet eens met de vaststelling van de resolutie dat de Unie een sterke politieke Commissie nodig heeft.
 
1750
Desalniettemin stemmen wij voor de resolutie.
 
1751
<P>
 
1752
<SPEAKER ID=133 NAME="Martinez">
 
1753
Tussen 1989 en 1996 heeft de Commissie willens en wetens verzuimd besmet meel uit de handel te nemen. Verder heeft ze geen actie ondernomen met betrekking tot de met BSE-besmette runderen, ook al vormden deze runderen wellicht een gevaar voor de volksgezondheid.
 
1754
Voor deze fout - het in gevaar brengen van de volksgezondheid en het leven van miljoenen Europeanen - is de Commissie niet bestraft of aan de kant gezet.
 
1755
<P>
 
1756
Het verslag van vijf personen daarentegen, die alleen zichzelf vertegenwoordigden maar als "wijzen" werden omschreven, heeft op 15 maart 1999 geleid tot het aftreden van de Europese Commissie.
 
1757
De redenen voor dit aftreden zijn iedereen al jaren bekend: vriendjespolitiek, ernstige onregelmatigheden, "fraude" , "gebrek aan controle met betrekking tot het bureaucratisch beheer" en andere oligarchische neigingen die de afgevaardigden van het Front national onder leiding van Jean-Marie Le Pen hier al drie zittingsperiodes aan de kaak stellen.
 
1758
<P>
 
1759
De volgende lessen kunnen uit dit aftreden worden geleerd:
 
1760
<P>
 
1761
In de eerste plaats stelt het Parlement, na een jarenlange strijd over begrotingsvraagstukken te hebben gevoerd, dat het zo zijn macht kan consolideren en dat het de belangrijkste instelling wordt achter de Europese eenwording.
 
1762
<P>
 
1763
In de tweede plaats hebben de twintig leden van de Commissie ondervonden dat er nog grotere oligarchen zijn dan zij. Ze zijn geconfronteerd met een verslag van vijf deskundigen die door de twaalf leden van de Conferentie van voorzitters van het Europees Parlement zijn aangesteld.
 
1764
In een regering die door slechts een klein aantal mensen wordt gevormd, is er altijd baas boven baas.
 
1765
<P>
 
1766
Hulpverleningsmissies naar landen in Oost-Europa of naar landen ten zuiden van de Middellandse Zee kunnen niet aan instellingen met winstoogmerk worden toevertrouwd, dat wil zeggen aan commerciële bedrijven. Sinds Jacques Delors doet de Commissie dit jammer genoeg wel.
 
1767
<P>
 
1768
De ultraliberalen, die altijd klaar staan om de ontmanteling van de lidstaten en hun regeringen te eisen, hebben hier aangetoond dat de traditionele Franse staat veel meer morele garanties biedt dan een door de privé-sector gedomineerde regering zoals die in de Verenigde Staten.
 
1769
<P>
 
1770
De twee meest gecompromitteerde commissarissen waren socialisten.
 
1771
Dit toont aan dat de dwalingen van de sociaal-democratische regeringen hun weerslag hebben op communautair niveau. Denk hierbij maar aan socialistische, corrupte politici zoals Gonzalez, Mitterrand, Craxi, Dumas en de Belgische socialistische kopstukken die bij de Augusta-affaire betrokken waren.
 
1772
<P>
 
1773
De redenen die aan het aftreden van de Commissie ten grondslag liggen, tonen aan dat de Europese Commissie niet de regering van Europa kan zijn.
 
1774
De Commissie is een administratief secretariaat op hoog niveau, dat geen taken meer moet kunnen uitvoeren die buiten het kader liggen van de strikte grenzen die door de teksten zijn vastgesteld.
 
1775
<P>
 
1776
De Europese macht moet binnen de intergouvernementele structuur blijven, die door de Raad wordt gevormd. En de controle moet worden uitgeoefend door ons Parlement, dat al onze volkeren vertegenwoordigt.
 
1777
<P>
 
1778
Verslag-Lehne (A4-0112/99)
 
1779
<SPEAKER ID=134 NAME="Eriksson, Sjöstedt en Svensson">
 
1780
Wij stemmen tegen het verslag-Lehne.
 
1781
De EU ziet vluchtelingen en asielzoekers tegenwoordig steeds meer als een bedreiging voor de veiligheid.
 
1782
De burgers van een toenemend aantal landen komen de Unie zonder visum niet meer in.
 
1783
Bovendien wordt strenger opgetreden tegen asielzoekers met valse papieren.
 
1784
Wij keuren het af dat vluchtelingen alleen om deze redenen worden geweigerd.
 
1785
Het is niet gemakkelijk zijn identiteit te verliezen, het is iets waartoe men gedwongen wordt wanneer meerdere vluchtwegen afgesneden zijn.
 
1786
<P>
 
1787
<SPEAKER ID=135 NAME="Hager">
 
1788
De niet-ingeschrevenen kunnen zich vinden in de twee gemeenschappelijke optredens betreffende de verbetering van de informatie-uitwisseling ter bestrijding van de vervalsing van reisdocumenten en de invoering van minimumnormen inzake de door de bevoegde autoriteiten gebezigde apparatuur.
 
1789
Zij juichen beide initiatieven toe omdat ze bijdragen aan de strijd tegen illegale immigratie.
 
1790
Het feit dat de rapporteur de gemeenschappelijke optredens als tijdelijke maatregelen beschouwt en de Commissie verzoekt voorstellen in te dienen om de in het Verdrag van Amsterdam vervatte mogelijkheden in te vullen, heeft er echter toe geleid dat de niet-ingeschrevenen in de eindstemming tegen het verslag hebben gestemd.
 
1791
<P>
 
1792
Verslag-Evans (A4-0122/99)
 
1793
<SPEAKER ID=136 NAME="Eriksson, Sjöstedt en Svensson">
 
1794
Wij stemmen tegen het verslag-Evans betreffende een Europese studentenkaart.
 
1795
<P>
 
1796
In Zweden bestaat een uitstekend legitimatiebewijs dat alle studenten aan hogescholen en universiteiten gratis ontvangen.
 
1797
Dit bewijs wordt autonoom gefinancierd en in samenwerking met de lokale studentenorganisaties uitgegeven.
 
1798
Er zijn echter ook studentenkaarten die door internationale non-profitorganisaties worden uitgegeven, bijvoorbeeld de ISIC-kaart.
 
1799
<P>
 
1800
De Zweedse liberale partij is van oordeel dat een gemeenschappelijk universiteitsbewijs niet meer waarde heeft dan de bestaande studentenkaarten op Europees en internationaal niveau. Wij vinden dat de EU niet mag proberen het enthousiasme en de initiatieven van de studentenbewegingen en andere non-profitorganisaties aan banden te leggen.
 
1801
<P>
 
1802
<SPEAKER ID=137 NAME="Palm, Theorin en Wibe">
 
1803
Het verslag wil de mogelijkheden voor studenten om te genieten van studentenkortingen verbeteren.
 
1804
De rapporteur is van oordeel dat de Commissie moet onderzoeken hoe dit het beste gerealiseerd kan worden: met de invoering van een gemeenschappelijke studentenkaart of met een logo dat op alle bestaande kaarten gedrukt wordt.
 
1805
Wij steunen het verslag en zijn conclusies.
 
1806
Ongeacht welke methode men kiest, vinden wij het belangrijk dat het systeem ook geldt voor studenten uit derde landen.
 
1807
<P>
 
1808
Daarnaast signaleren wij dat wij het niet eens zijn met de argumenten voor de invoering van een toekomstige studentenkaart.
 
1809
In het verslag wordt gezegd dat de studentenkaart een goede manier kan zijn om bij de EU-studenten een gemeenschappelijke identiteit te scheppen.
 
1810
Wij staan sceptisch tegenover het idee dat politici de taak op zich nemen om de burgers een identiteitsgevoel te geven.
 
1811
<P>
 
1812
<SPEAKER ID=138 LANGUAGE="EN" NAME="Titley">
 
1813
Mijnheer de Voorzitter, ik stem voor dit verslag.
 
1814
Een van de belangrijkste successen in de Europese samenwerking sinds de vijftiger jaren zijn de kansen die er voor jongeren geschapen zijn om overal in de Europese Unie te reizen, te werken en te studeren.
 
1815
Ga op elke willekeurige dag naar de vlieghaven van Manchester, en zie de honderden jongeren die het vrije verkeer van personen in de praktijk brengen.
 
1816
In mijn eigen kiesdistrict heeft ook de uitmuntende Universiteit van Salford gretig gebruik gemaakt van de kansen die de Europese Unie biedt, door het ontwikkelen van uitwisselingsprogramma's met zusterinstellingen over de hele Europese Unie.
 
1817
Het bezit van een Europese studentenkaart zou het nog makkelijker maken voor studenten uit het noordwesten van Engeland om zelf steeds nauwere banden aan te gaan met hun collega's op het vasteland.
 
1818
<P>
 
1819
De labourregering is vastbesloten om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk mensen in de toekomst studentenkaarten nodig zullen hebben.
 
1820
Als Groot-Brittannië naar een economie streeft die op vakbekwaamheid en hoge lonen is gebaseerd dan zal het hoger onderwijs opengesteld moeten worden voor een zo'n ruim mogelijk dwarsprofiel van de maatschappij.
 
1821
Dat is de reden waarom de labourregering de Universiteit voor de Industrie in het leven heeft geroepen, die het plan heeft om vóór 2004 een aanbod van 1 miljoen opleidingen te organiseren.
 
1822
Deze geavanceerde technische universiteit bevordert het levenslang leren en maakt het hoger onderwijs toegankelijk voor diegenen die normaliter die kans niet zouden hebben.
 
1823
<P>
 
1824
Dit alles staat in scherp contrast tot de Engelse conservatieven, die er altijd de voorkeur aan hebben gegeven om geld in privé-onderwijs voor de "happy few" te steken, ten koste van het hoger onderwijs voor de massa.
 
1825
<P>
 
1826
aanbeveling voor de tweede lezing-Roth-Behrendt (A4-0068/99)
 
1827
<SPEAKER ID=139 NAME="Bonde en Sandbæk">
 
1828
In het belang van de consumenten stemt de Junibeweging voor de amendementen van de milieucommissie betreffende consumentenbescherming op het gebied van productaansprakelijkheid.
 
1829
Wij willen echter niet verhelen dat wij serieuze bedenkingen hebben bij de gekozen methode.
 
1830
De Junibeweging wil dat de Commissie haar initiatiefrecht niet aan dit Parlement, maar aan de nationale parlementen afstaat.
 
1831
<P>
 
1832
aanbeveling voor de tweede lezing-Waddington (A4-0108/99)
 
1833
<SPEAKER ID=140 LANGUAGE="DE" NAME="Raschhofer">
 
1834
Mijnheer de Voorzitter, met uw welnemen zou ik er eerst en vooral op willen wijzen dat de stemmingen naar mijn mening soms te snel verlopen.
 
1835
Ik heb bij de stemming mijn hand opgestoken, maar de Voorzitter heeft het jammer genoeg niet gezien.
 
1836
Alvorens tot de kern van de zaak over te gaan zou ik ook nog willen zeggen dat ik bij amendement 19 van de I-EDN-fractie betreffende de gezamenlijke resolutie over de ontslagneming van de huidige Commissie en de benoeming van een nieuwe Commissie bij vergissing heb tegengestemd terwijl ik eigenlijk voor had willen stemmen.
 
1837
<P>
 
1838
Nu ga ik over tot mijn mondelinge stemverklaring.
 
1839
Wij hebben de nieuwe versie van het LEONARDO II-programma reeds in eerste lezing goedgekeurd.
 
1840
Wij zijn er immers van overtuigd dat het principe van de levenslange opleiding dient te worden gesteund en aan de hand van concrete maatregelen in de praktijk moet worden gebracht.
 
1841
<P>
 
1842
Wij zijn bijzonder ingenomen met de amendementen die betrekking hebben op de flankerende maatregelen.
 
1843
De omschrijving van concrete bevoegdheden en de mogelijkheid tot indienstneming van tijdelijk personeel zijn ongetwijfeld stappen in de goede richting.
 
1844
Wij steunen deze amendementen volmondig. Daarom hebben wij voor het verslag gestemd.
 
1845
<P>
 
1846
<SPEAKER ID=141 NAME="Lindqvist">
 
1847
Het verslag bevat vele goede voorstellen voor een verbetering van de mogelijkheden op het gebied van opleiding, stage en arbeid in Europa, voor het tegengaan van discriminatie en het bevorderen van gelijke kansen.
 
1848
Gezien het feit dat fraude en wanbeheer met de middelen van het LEONARDO DA VINCI-programma een van de doorslaggevende redenen was voor het aftreden van de Commissie, zou het al te sterk zijn om nu tot een tweede fase over te gaan zonder eerst de problemen van wanbeheer te hebben aangepakt.
 
1849
Er moeten daarom onmiddellijk maatregelen worden genomen voor een betere controle, evaluatie, rapportering, openheid en inzage van documenten.
 
1850
In afwachting daarvan moet elke beslissing over dit programma uitgesteld worden.
 
1851
<P>
 
1852
Verslag-Stewart-Clark (A4-0110/99)
 
1853
<SPEAKER ID=142 NAME="Deprez">
 
1854
Als we willen dat de Europese burgers zich scharen achter de Europese eenwording, waarvan de interne markt een zeer belangrijk element vormt, dan moeten we de derde pijler ten uitvoer brengen. Deze pijler heeft immers betrekking op de bestrijding van zware en georganiseerde internationale criminaliteit.
 
1855
<P>
 
1856
De interne markt voorziet in het vrije verkeer van personen, goederen en diensten, maar mag in geen geval leiden tot vrij verkeer van drugshandelaren en bandieten.
 
1857
Er bestaat geen twijfel over dat onze medeburgers zich tegen de Europese eenwording zullen verzetten als ze al dan niet terecht de interne markt verantwoordelijk houden voor de groeiende onveiligheid die ze ondervinden.
 
1858
<P>
 
1859
Ik schaar me dan ook geheel achter de bewering van onze rapporteur dat de oprichting van een comité van leidinggevende politiefunctionarissen op hoog niveau niet de juiste oplossing is, maar dat we een multidisciplinaire groep moeten opzetten waar de hoofden van politie, douane en andere ordehandhavingsinstanties deel van uitmaken. Dit moet op zo kort mogelijke termijn leiden tot een daadwerkelijk operationele samenwerking.
 
1860
Uiteraard moet een lid van Europol de vergaderingen van deze multidisciplinaire groep bijwonen en er actief aan bijdragen.
 
1861
<P>
 
1862
Ik onderschrijf verder de mening van de rapporteur dat de doelmatigheid van de politiemacht niet uit het aantal arrestaties blijkt, maar uit het aantal criminele organisaties dat voor de rechter wordt voorgeleid.
 
1863
<P>
 
1864
Ik schaar me derhalve achter het geamendeerde ontwerp voor een gemeenschappelijk optreden, waarbij ik benadruk dat het wenselijk is dat de gemengde controleoperaties zich niet alleen tot de buitengrenzen van de Unie beperken (met inbegrip van havens en vliegvelden), maar op het gehele grondgebied van de Unie van toepassing moeten zijn en zo vaak als nodig is.
 
1865
<P>
 
1866
<SPEAKER ID=143 NAME="Lindqvist">
 
1867
Het verslag bevat vele goede voorstellen betreffende de invoering van een efficiënte uitwisseling van informatie en het opzetten van een systeem voor vroegtijdige waarschuwing inzake criminele activiteiten.
 
1868
Politiediensten onder gemeenschappelijk EU-gezag zijn niet wenselijk.
 
1869
De samenwerking met Interpol moet versterkt worden om dubbel werk te vermijden.
 
1870
Het register voor de overdracht van persoonsgegevens moet beperkt zijn tot personen die veroordeeld zijn voor of verdacht worden van misdaad om te vermijden dat dit register een mislukking wordt en een schending van de integriteit vormt, zoals het geval is met het SIS-register van Schengen.
 
1871
<P>
 
1872
<SPEAKER ID=144 NAME="Palm, Theorin en Wibe">
 
1873
Wij staan zeer kritisch tegenover de gemeenschappelijke Europese politiedienst Europol.
 
1874
Het ontstaan van Europol is in het geheim gebeurd en de organisatie valt volledig buiten de democratische controle.
 
1875
Dit is zeer onrustbarend, vooral omdat men deze politiedienst een aantal uitvoerende bevoegdheden wil toekennen.
 
1876
Er zijn bijvoorbeeld voorstellen om Europol een leidende rol te laten spelen in het onderzoek voor internationale misdaad.
 
1877
<P>
 
1878
De oprichting van een geheim naspeuringsregister, waarin misdadigers, misdaadslachtoffers en getuigen worden geregistreerd en dat inlichtingen kan bevatten over politieke opvattingen, ras, seksuele geaardheid en religieuze opvattingen, is gepland.
 
1879
Het zal mogelijk zijn ongegronde geruchten en pure verzinsels over personen die niet eens verdacht worden van misdaad, te registreren, wat tot gevolg heeft dat de persoonlijke integriteit van de burgers bedreigd wordt en de rechtszekerheid verdwijnt.
 
1880
<P>
 
1881
Wij vinden dat Interpol met zijn 177 lidstaten als organisatie volstaat om de activiteiten van de politiediensten internationaal te coördineren.
 
1882
Het is zeer belangrijk dat politiële activiteiten onder democratische controle staan.
 
1883
<P>
 
1884
Verslag-Bourlanges (A4-0109/99)
 
1885
<SPEAKER ID=145 LANGUAGE="FR" NAME="Fabre-Aubrespy">
 
1886
Mijnheer de Voorzitter, ik wil twee procedurele opmerkingen over de kern van dit verslag maken.
 
1887
Verder wil ik benadrukken dat we dit verslag om budgettaire redenen in Straatsburg hadden moeten behandelen in plaats van hier in Brussel. Ik wil aangeven dat overweging B van het verslag, dat door de meerderheid van dit Parlement is aangenomen, getuigt van ingenomenheid met de conclusies van de informele Europese Raad in Berlijn.
 
1888
Deze Raad vindt morgen en overmorgen plaats. Ik ben bang dat dit niet alleen een vergissing in de agenda is, maar ook dat we, zoals zo vaak, vooruitlopen op wat er zich tussen de instellingen afspeelt.
 
1889
Dit bewijst dat het functioneren van de Unie nog af en toe te wensen overlaat.
 
1890
<P>
 
1891
Wat de kern van de zaak betreft, ben ik verbaasd over wat er zowel in paragraaf 2 als paragraaf 3 beweerd wordt.
 
1892
In paragraaf 2 willen we dat er bij het opstellen van de begroting voor het jaar 2000 rekening kan worden gehouden met de privileges van het Parlement.
 
1893
Dit toont jammer genoeg aan dat de meeste afgevaardigden in het Europees Parlement vaker redeneren in termen van een conflict over de bevoegdheden dan dat ze daadwerkelijk over de begroting spreken of het belang van de belastingbetalers van de verschillende lidstaten behartigen.
 
1894
<P>
 
1895
In paragraaf 3 wordt het belang van deze belastingbetalers niet in overweging genomen. We brengen immers graag in herinnering dat het Europees Parlement de afgelopen drie jaar aan de begrotingdiscipline heeft gewerkt omdat het een begroting heeft aangenomen die onder het niveau van de ontwerpbegroting lag.
 
1896
Maar hoewel we beweren dat we samen met de Raad streven naar bezuinigingen, vergeten we te vermelden dat we de begroting van de Raad bij iedere gelegenheid verhoogd hebben.
 
1897
De bezuinigingen zijn dus niet eerlijk over beide instellingen verdeeld.
 
1898
<P>
 
1899
We zouden bijvoorbeeld de niet-gebruikte kredieten ter hoogte van 243 %, 142 % en 110 % niet voor andere doeleinden moeten aanwenden.
 
1900
We moeten eens flink binnen de Europese Unie bezuinigen. Dergelijke bezuinigingen vragen we immers ook aan de lidstaten.
 
1901
<P>
 
1902
<SPEAKER ID=146 NAME="Palm, Theorin en Wibe">
 
1903
Uiteraard is een coördinatie van het asielbeleid noodzakelijk, vooral wanneer er conflicthaarden zijn en besloten wordt de VN-vluchtelingenquota's te verdelen.
 
1904
Wij willen toch beklemtonen dat de nationale bevoegdheid voor het asiel- en immigratiebeleid niet heimelijk naar de Unie mag worden overgebracht door bepaalde delen naar de derde pijler over te hevelen.
 
1905
Wij staan kritisch tegenover paragraaf 15 van het verslag, dus ook tegenover de tekst over de aangekondigde uitvoering van het Eurodac-systeem.
 
1906
<P>
 
1907
Verslag-Tindemans (A4-0104/99)
 
1908
<SPEAKER ID=147 LANGUAGE="DE" NAME="von Habsburg">
 
1909
Mijnheer de Voorzitter, tot mijn grote spijt heb ik tegen een aantal amendementen van mijn vrienden uit de radicale fractie moeten stemmen hoewel zij in principe gelijk hebben.
 
1910
Ter rechtvaardiging zou ik willen zeggen dat wij deze kwestie in de Commissie buitenlandse zaken, veiligheids- en defensiebeleid grondig hebben bestudeerd.
 
1911
<P>
 
1912
Het gaat hier in feite om twee dingen.
 
1913
Ten eerste staat de buitenlandse veiligheid op het spel. Hier moeten wij bereid zijn de nodige maatregelen te treffen.
 
1914
Indien wij dit niet doen en de Noord-Koreanen op nucleair gebied hun gang laten gaan, zouden de gevolgen wel eens rampzalig kunnen zijn.
 
1915
Het is dan ook onze plicht in te grijpen en toezicht uit te oefenen.
 
1916
<P>
 
1917
Ten tweede moeten wij goed beseffen dat Noord-Korea in diepe ellende verkeert.
 
1918
De heer Tindemans heeft onlangs een bezoek aan dit land gebracht en heeft ons over de toestand aldaar ingelicht.
 
1919
De situatie is huiveringwekkend en gaat werkelijk alle perken te buiten.
 
1920
Wij moeten manieren bedenken om humanitaire hulp te bieden.
 
1921
Dat acht ik volstrekt noodzakelijk ondanks de vele bedenkingen en de afschuw die het Noord-Koreaanse regime bij ons opwekt.
 
1922
Wij moeten bereid zijn te helpen, al was het maar om het leed van dit overigens zeer eerbiedwaardige volk een klein beetje te verzachten.
 
1923
<P>
 
1924
<SPEAKER ID=148 LANGUAGE="DA" NAME="Iversen">
 
1925
Met betrekking tot het verslag-Tindemans wil ik er net als de heer von Habsburg op wijzen dat in Noord-Korea een schrijnend voedseltekort heerst.
 
1926
Het verheugt mij dat dit in het verslag vermeld wordt, ook al wordt het niet beklemtoond.
 
1927
Men kan zich afvragen of wij de juiste prioriteiten leggen door eenzijdig te beslissen de energieontwikkeling te steunen zonder ook de hongerlijdende mensen in Noord-Korea hulp te bieden.
 
1928
Nog niet zo lang geleden besloot de Unie voedselhulp naar Rusland te sturen.
 
1929
Dit initiatief kreeg onze steun.
 
1930
Noord-Korea heeft in de zomer van 1997 een officieel verzoek hiertoe gedaan, maar deze aanvraag ligt nog steeds in de lade van de Commissie.
 
1931
De Commissie heeft steeds beweerd dat de overschotten van rundvlees niet als eerste in aanmerking komen voor voedselhulp en vanuit een gezondheidsoogpunt ook niet het juiste voedsel zijn.
 
1932
Ik moet echter zeggen dat ik absoluut niet begrijp waarom wij via Euratom hopen geld in energievoorziening investeren, terwijl we het vlees in onze opslagplaatsen oud laten worden in plaats van het aan hongerlijdende mensen in Noord-Korea te geven.
 
1933
<P>
 
1934
<SPEAKER ID=149 NAME="Lindqvist (ELDR), Holm, Lindholm en Schörling (V)">
 
1935
Naar onze mening heeft de EU helemaal geen reden om met de KEDO (Organisatie voor energieontwikkeling op het Koreaans schiereiland) een overeenkomst te sluiten, die onder andere de bouw van twee lichtwaterreactoren alsook de levering van zware stookolie en steenkool in en aan Noord-Korea voorziet.
 
1936
Het risico is groot dat Noord-Korea zijn kernwapenprogramma voortzet met onder andere de ondergrondse installatie van Kumchagri, waar de vereiste techniek en kennis aanwezig zijn om plutonium uit de nieuwe lichtwaterreactoren af te splitsen.
 
1937
Ook het risico dat het land de rakettechnologie verder ontwikkelt is reëel, zoals reeds is gebeurd met de verkoop aan derde landen en de lancering van raketten.
 
1938
<P>
 
1939
Gezien de ernstige economische situatie en de levensmiddelencrisis in Noord-Korea moeten wij humanitaire hulp bieden en onze steun onder andere op de fundamentele energiebehoeften afstemmen.
 
1940
In dit verband lijkt de verouderde en gecentraliseerde kernenergie een totaal ongeschikte energiebron voor de toekomst.
 
1941
Toekomstgerichte hulp is steun aan hernieuwbare energiebronnen, gebaseerd op een gedecentraliseerd systeem.
 
1942
<P>
 
1943
Het risico bestaat dat de overeenkomst met de KEDO de verspreiding van kernwapens helpt bevorderen.
 
1944
Het Europees Parlement moet deze overeenkomst daarom verwerpen.
 
1945
Wij hebben in de eindstemming dan ook tegen het verslag gestemd.
 
1946
<P>
 
1947
Verslag-Terrón i Cusí (A4-0079/99)
 
1948
<SPEAKER ID=150 NAME="Andersson, Lööw, Palm, Sandberg-Fries en Theorin (PSE)">
 
1949
Gezien de grote migratiestroom vanuit Irak en het omliggend gebied, vinden wij dat deze problematiek aandacht moet krijgen en daarom begroeten wij het verslag-Terrón i Cusí.
 
1950
Met deze stemverklaring wensen wij echter een belangrijk punt aan te stippen.
 
1951
Naar onze mening is paragraaf 16 van het verslag, met name de zin "... dat vluchtelingen zoveel mogelijk in een cultureel vergelijkbaar land moeten worden opgevangen" ongelukkig geformuleerd, omdat dit kan worden opgevat alsof vluchtelingen in andere landen niet welkom zijn.
 
1952
Wij vinden dat vluchtelingen dezelfde vanzelfsprekende mogelijkheden moeten hebben om asiel aan te vragen in eender welk land, ongeacht de specifieke cultuur in hun eigen land.
 
1953
<P>
 
1954
<SPEAKER ID=151 NAME="Lindqvist (ELDR)">
 
1955
De vluchtelingensituatie in Iran, Irak en Turkije is veelomvattend en ernstig.
 
1956
Met regelmatige tussenpauzes worden Koerden die in Bagdad wonen het land uitgezet en gedwongen naar Iran te vluchten. Meestal gaat het om kinderen en vrouwen.
 
1957
Vele mannen zitten nog gevangen in het Irak van Saddam Hoessein.
 
1958
<P>
 
1959
In Turkije voeren de Turkse overheid en het Turkse leger een aanvalsoorlog op de Koerden in het zuidoosten van het land.
 
1960
Opsluitingen, verdwijningen, terechtstellingen en foltering behoren tot het leven van alledag in het Turks oorlogsoffensief, met duizenden platgebrande steden en miljoenen vluchtelingen tot gevolg.
 
1961
De EU draagt een speciale verantwoordelijkheid door de douaneovereenkomst die zij met Turkije heeft ondertekend. Daarin verplicht de Turkse overheid zich ertoe de democratie te versterken, de vrijheid van meningsuiting en de mensenrechten te respecteren.
 
1962
Dit doet ze echter niet.
 
1963
Integendeel, de situatie is verslechterd en de vluchtelingenstromen nemen gestaag toe.
 
1964
<P>
 
1965
De ernstige crisis moet vooral voor de Koerden in Iran, Irak en Turkije worden opgelost.
 
1966
De Raad moet het initiatief nemen voor een internationale vredesconferentie met de VN, OESO, EU, VS, de regeringen van de betrokken landen en de Koerdische partijen en organisaties.
 
1967
Enkele belangrijke doelstellingen van de conferentie moeten zijn: de totstandbrenging van een grotere regionale autonomie voor de Koerdische gebieden, het waarborgen van de democratische rechten van het Koerdische volk en de erkenning van de Koerdische identiteit, taal en cultuur.
 
1968
<P>
 
1969
Verslag-De Melo (A4-0077/99)
 
1970
<SPEAKER ID=152 NAME="Deprez">
 
1971
De mondialisering van de handel heeft als gevolg dat grote bedrijven steeds machtiger worden, hun concurrentiepositie nog meer trachten te verbeteren en nog meer winst willen behalen. Dat heeft weer als gevolg dat de belangrijke economische besluitvormers, en met name ook de financiële consortia, steeds machtiger worden.
 
1972
Deze machtstoename van de particuliere sector gaat ten koste van de macht van de legitieme regeringen. Vroeger hadden deze economische en financiële besluitvormers het met name voor het zeggen in wat men - niet zonder minachting - de bananenrepublieken noemde.
 
1973
Nu, twee decennia later, geldt dit ook voor onze lidstaten.
 
1974
<P>
 
1975
Het is dus van groot belang en zeer urgent dat er een internationaal politiek tegengewicht wordt gevormd die de machtsverhoudingen tussen de economie en de politiek kan rechttrekken. Momenteel liggen deze verhoudingen immers in het voordeel van de economie.
 
1976
De Verenigde Naties moeten ingrijpend veranderd worden om aan deze scheefgroei het hoofd te kunnen bieden. De eerste taak van de Veiligheidsraad blijft evenwel het handhaven van de vrede tussen de naties.
 
1977
Ik overdrijf niet als ik beweer dat het de Veiligheidsraad net als de Europese Unie aan middelen en daadkracht ontbreekt.
 
1978
<P>
 
1979
Op economisch en sociaal gebied is iedereen het erover eens dat de coördinatie tussen de bestaande internationale instellingen beter moet verlopen.
 
1980
In dit opzicht is het ook wenselijk dat er een Wereldmilieuagentschap komt door samenvoeging van de verschillende VN-organen die zich momenteel bezighouden met deze zaken, die van zo'n groot belang zijn voor de toekomst van de mensheid.
 
1981
<P>
 
1982
De activiteiten van de internationale instellingen moeten in ieder geval transparanter en legitiemer gemaakt worden.
 
1983
Daarom onderschrijf ik zeker ook het idee om een vorm van parlementaire aansprakelijkheid in te voeren binnen de Verenigde Naties.
 
1984
<P>
 
1985
Het verslag waarover we vandaag stemmen is even ambitieus als destijds de wens van de grondleggers van de Europese eenwording toen ze tot de conclusie kwamen dat alleen eenheid onder de Europese volkeren oorlog tussen deze landen in de toekomst zou kunnen voorkomen.
 
1986
<P>
 
1987
<SPEAKER ID=153 NAME="Palm, Theorin en Wibe">
 
1988
De VN is het belangrijkste orgaan voor vrede en veiligheid in de wereld.
 
1989
De VN is ook uniek omdat bijna alle landen ter wereld lid zijn van de organisatie.
 
1990
Wij vinden dat de VN over efficiënte diplomatieke instrumenten moet beschikken, preventieve diplomatie moet kunnen bedrijven en vroegtijdig moet kunnen waarschuwen voor conflicten.
 
1991
Wij vinden echter niet dat de VN over snelle interventietroepen met militaire bevoegdheid moet beschikken. Om deze reden kunnen wij paragraaf 8 en amendement 3 niet steunen.
 
1992
Wij staan ook aarzelend tegenover paragraaf 29 waarin wordt voorgesteld het Handvest van de VN te herschrijven om inmenging in nationale conflicten mogelijk te maken.
 
1993
<P>
 
1994
<SPEAKER ID=154 NAME="De Voorzitter">
 
1995
Hartelijk dank, waarde collega.
 
1996
<P>
 
1997
Het Parlement heeft alle punten van de agenda behandeld.
 
1998
<P>
 
1999
<CHAPTER ID=8>
 
2000
Onderbreking van de zitting
 
2001
<SPEAKER ID=155 NAME="De Voorzitter">
 
2002
Ik verklaar de zitting van het Europees Parlement te zijn onderbroken.
 
2003
<P>
 
2004
De vergadering wordt om 16.40 uur gesloten
 
2005
<P>